Contact
  1. 5311-Fistel anus

​Een fistel bij de anus (peri-anale fistel of fistula ani) is een verbinding tussen de endeldarm en de huid, meestal als een overblijfsel van een ontsteking in een anaalkliertje. Zo’n ontsteking kan zich uitbreiden in de sluitspier van de anus en vervolgens naar de huid. Wanneer de ontsteking door de huid heen breekt, kan er later een fistel overblijven. Hier kunt u meer lezen over de behandeling van een fistel.

Oorzaak en klachten

Een fistel is meestal een overblijfsel van een ontsteking in een anaalkliertje. De fistel loopt bijna altijd door het onderste deel van de sluitspier van de anus. De fistelgang kan een rechtstreeks verloop hebben naar de endeldarm, maar kan ook heel ingewikkeld verlopen, bijvoorbeeld kronkelig, eventueel met vertakkingen, of hogerop door de sluitspier. Met de plaats van de uitwendige opening is dus niet altijd de plaats van de inwendige opening direct te vinden.

Een fistel bij de anus veroorzaakt meestal verontreiniging: regelmatig komt er vuil of vocht uit. Ook kan er af en toe weer een abcesje ontstaan, dat zich via de fistel ontlast. Waarom deze aandoening bij de ene mens wel en bij de ander niet voorkomt, is niet bekend. Het komt dus niet door gebrekkige hygiëne.

Onderzoek

Meestal zijn de klachten en de bevindingen bij onderzoek door de arts duidelijk genoeg om de diagnose te kunnen stellen. Nader onderzoek is dan ook meestal niet nodig.

Behandeling

Er is eigenlijk maar één afdoende behandeling en dat is een operatie. Daarvoor moet u kortdurend in het ziekenhuis worden opgenomen, maar bij eenvoudige fistels kan het ook in dagbehandeling. De anesthesioloog bespreekt met u of de operatie kan plaatsvinden onder verdoving met behulp van een prik in de rug of onder algehele anesthesie (narcose). De operatie duurt meestal drie kwartier tot een uur. Voor een beeldverslag van deze ingreep kunt u terecht op www.heelmeester.nl onder ‘ingrepen in beeld’.

Bij de operatie stelt de arts het verloop van de fistelgang vast en legt hij de fistelgang helemaal open. Wanneer de fistel door het onderste deel van de sluitspier van de anus verloopt – en dat is vaak het geval – wordt ook dit deel van de sluitspier doorgenomen en opengelegd. Er blijft echter genoeg sluitspierweefsel over om incontinentie te voorkomen. De operatiewond wordt opengelaten en geneest spontaan in de loop van een paar weken.

Bij ingewikkelde fistels komt het voor dat er een zogenoemde verschuivingsplastiek moet worden aangelegd. Hierbij wordt in de anus de inwendige opening van de fistel opgezocht en vervolgens gesloten en afgedekt door het slijmvlies van de darm als een soort gordijntje over deze opening vast te hechten. Na deze operatie is er iets meer kans op infectie. Hierdoor is het nodig dat u één of twee dagen in het ziekenhuis blijft.

Als het bij een ingewikkelde fistel niet mogelijk is om een verschuivingsplastiek aan te leggen (bijvoorbeeld doordat het operatiegebied nog te onrustig is), kan de chirurg besluiten om een tijdelijk draadje (seton) door de fistel te leggen om die goed open te houden.

Mogelijke complicaties

Geen enkele operatie is zonder risico’s. Zo is ook bij deze operatie de normale kans op complicaties aanwezig. Daarnaast zijn er nog enkele specifieke complicaties mogelijk. Omdat de ingreep plaatsvindt in een bloedvatrijk gebied (de anus), kan na de behandeling wat bloedverlies optreden. De kans op wondinfectie is echter nauwelijks aanwezig, aangezien de wond geheel wordt opengelaten. Bij deze ingrepen wordt geopereerd in de nabijheid van of aan een deel van de sluitspier van de anus. Dit kan tijdelijke of blijvende gevolgen hebben voor de continentie. Onder continentie van de anus wordt verstaan het vermogen om lucht (winden), vocht (slijm, diarree) en ontlasting onder controle te houden. In het begin kan er zeker enig verlies van controle van de sluitspier optreden, met name op winden, maar mogelijk ook op vocht, zeker omdat de wonden open zijn. Dit betekent dat wanneer u een windje of wat vocht voelt aankomen, u de sluitspier bewust moet aanspannen, terwijl dat voorheen moeiteloos en bijna onbewust ging. U moet dus de continentie meer bewust gaan beheersen. Meestal is dit van tijdelijke aard. Helaas kan echter in een klein aantal gevallen het verlies van deze controle blijvend zijn. Vooral het verlies van vocht kan dan hinderlijk zijn.

Na de behandeling

Aangezien de wond wordt opengelaten, zult u na de operatie zeker wat ongemak en pijn hebben. Bij pijn is het innemen van een eenvoudige pijnstiller (paracetamol) meestal voldoende. Het is raadzaam om deze pijnstillers vóór de operatie al in huis te hebben.

Na de operatie moet u de ontlasting zacht houden. U krijgt daarom een recept voor poeders of een drankje mee naar huis. Het wondgebied wordt bij de anus bedekt met een gaasje. Ook voor deze gaasjes krijgt u een recept mee naar huis.

Weer naar huis

Bij ontslag uit het ziekenhuis krijgt u een afspraak mee voor de poliklinische controle.

Verzorging thuis

Het wondgebied moet u regelmatig onder de douche schoonspoelen, met name na de stoelgang, maar ook tussendoor. Twee à drie keer per dag is vaak voldoende. Ook kunt u een zitbadje nemen.

Contact

Heeft u nog vragen, dan kunt u bellen met:

Buikchirurgie
088 624 62 95 (bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.30 tot 17.00 uur)

Kunt u niet komen? Laat het ons snel weten, dan maken wij een nieuwe afspraak.

Verantwoording

Bij het maken van deze tekst heeft Isala gebruik gemaakt van voorlichtingsmateriaal van de Nederlandse Vereniging voor Heelkunde.

Laatst gewijzigd 7 april 2022 / 5311