Contact
  1. ‘De dagen vlogen voorbij’

Mariet Overesch rekte zich uit na een dag werken op haar biologische boerderij in Raalte. Opeens voelde zij iets in haar borst. ‘Ik dacht nog even misschien komt het door de val met de fiets eerder die week. Maar na een bezoek aan de huisarts en onderzoeken in het ziekenhuis was het snel duidelijk. Ik had borstkanker. Een agressieve soort, maar wel goed te behandelen.’

Mevrouw Overesch

Inmiddels heeft Mariet Overesch zes kuren (combinatie van chemo en immuuntherapie) achter de rug. De laatste drie mag ze, zoals het nu lijkt, laten schieten. ‘Ik doe mee met een onderzoek. Dan wordt er vaker gekeken hoe het gaat, met bloedonderzoek bijvoorbeeld. Na de eerste drie kuren kreeg ik een MRI. Maar toen was ik nog niet schoon. Na zes kuren kreeg ik weer een MRI en toen was ik wel schoon. Ook na de echo zag alles er goed uit. Nu is het nog wachten op een biopt. Maar ik heb goede hoop dat de laatste drie chemokuren niet nodig zijn. Ik moet nog wel geopereerd worden en krijg nog bestraling.’

In de watten

De diagnose kanker wil je nooit horen in je leven. Maar nu in combinatie met de coronapandemie is het extra zwaar. ‘Ik heb het geluk dat ik redelijk goed door de kuren heen fiets. Ik ben fit genoeg om mijn werk te doen op de boerderij. Achter in de winkel bijvoorbeeld en bij de varkens. Ik was bang dat ik door de chemo misschien niet tegen de geur zou kunnen. Maar dat gaat gelukkig goed. Blijven werken leidt af en dat helpt mij om deze tijd door te komen. Als je alleen maar op de bank kunt zitten, voel je juist ieder pijntje. Maar corona betekent wel dat je alleen het ziekenhuis ingaat voor je kuren. Mijn man mag daar niet bij zijn en dat is niet leuk.

De afdeling zelf is overigens geweldig. Je wordt er helemaal in de watten gelegd en krijgt alle aandacht. Thuis ben ik door de angst besmet te kunnen raken wel voorzichter geworden. Normaal drink ik ‘s ochtends koffie met onze medewerkers. Daar ben ik mee gestopt. Met bezoek zijn wij terughoudend. Mijn broer, schoonzus en een goede vriendin komen langs voor koffie op afstand. Maar meer niet. Terwijl je juist nu zo graag meer mensen om je heen wilt. En normaal vind ik het heerlijk om even te winkelen. Dat heb ik ook al een tijd niet gedaan.  Gelukkig was het druk in onze winkel. Onder meer door de vele kerstpakketten die wij moesten maken. Zo vlogen de dagen voorbij en had ik niet veel tijd om na te denken.’

Conditie op peil houden

Door de chemo verloor Mariet haar haar. ‘Dat vind ik erg. Het overviel mij toch, terwijl ik er eerst zo nuchter over was. Ik probeerde het wel met de koelkap, maar je haar wordt daar fragiel van en ik kon het dan niet meer echt wassen. Dat was voor mij geen optie hier op de boerderij. Ik heb een pruik, maar je ziet er dan toch anders uit. Mensen zien dat je ziek bent, of stellen vragen over je haar. Dat vond ik lastig. Ook verloor ik mijn smaak. Dingen die ik normaal heel lekker vind, zoals chocolade en een boterham met kaas, lust ik nu niet meer. Stamppot juist weer wel. Dus dat eten wij vaker.

Dit soort dingen, waar je tegenaan loopt als je kanker hebt, kun je normaal over praten in het nazorgcentrum Intermezzo. Maar om extra contacten te vermijden heb ik dat niet gedaan. Ik ga wel naar fysiotherapie om mijn conditie op peil te houden. Dat adviseren ze ook vanuit het ziekenhuis. Ik ga altijd, ook al voel ik mij soms wat minder fit. Vaak kom je er wel doorheen. En je ziet andere mensen met kanker. Niet dat ik de hele dag over kanker wil praten. Maar zo nu en dan lotgenotencontact is best fijn.’

Meer informatie?

Kijk dan gerust op Isala.nl/oncologie.

Gerelateerd nieuws