Contact
  1. 'Diaconessenhuis was ideale leerschool'

ANDERE TIJDEN | In maart is het zover. Dan nemen wij het nieuwe ziekenhuis in Meppel in gebruik. Alle reden om met diverse Meppelaars terug te kijken. Deze keer voormalig huisarts in de regio, Baucke Jongebreur. ‘Het is belangrijk dat huisartsen en medisch specialisten elkaar blijven opzoeken.'

Voormalig huisarts Baucke Jongebreur: 'Diaconessenhuis was ideale leerschool'

Baucke Jongebreur dokterde ruim dertig jaar in De Wijk: ‘Ik zou het zo over doen.’

Na het voltooien van de huisartsenopleiding in Utrecht wilde Baucke Jongebreur zich graag verder bekwamen in de geneeskunde. In 1972 werd hij aangenomen als de allereerste algemeen assistent in het Diaconessenhuis. In die twee jaar leerde hij de fijne kneepjes van het doktersvak. ‘Daar heb ik als huisarts enorm veel profijt van gehad.’

De jonge pionier werd enthousiast ontvangen en rondgeleid door het Diaconessenhuis. ‘De sfeer in dit kleine plattelandsziekenhuis was gemoedelijk, ik voelde me er meteen thuis.’ Er was destijds wel sprake van enige hiërarchie, herinnert hij zich. ‘De heren doctoren waren leidend, maar persoonlijk heb ik daar nooit last van gehad. Ik mocht de meeste artsen gewoon tutoyeren.’

Als algemeen assistent verleende hij eerste hulp en liep mee met de internisten, chirurgen en gynaecologen. Jongebreur kreeg alle ruimte om zijn assistentschap vorm te geven. Zo maakte én beoordeelde hij röntgenfoto’s en verfijnde hij zijn chirurgische vaardigheden. ‘Alle aspecten van de geneeskunde kwamen aan bod.’ In zijn enthousiasme bleef hij vaak tot ’s avonds laat in de kliniek. ‘Ik was meer in het ziekenhuis dan thuis. De balans was een beetje zoek en dat ging wel eens ten koste van mijn gezin’, beseft hij naderhand.

Ideale leerschool

Na twee jaar meekijken, assisteren en diensten draaien was Jongebreur klaar voor het echte werk. In 1974 begon hij als huisarts in een duo-praktijk in De Wijk, onder de rook van Meppel. Hij ontdekte al snel dat het Diaconessenhuis een ideale leerschool was geweest, die hem goed had voorbereid op het zelfstandig dokteren. Zijn contacten met de Meppeler medisch specialisten bleken eveneens waardevol. ‘Ik kende iedere dokter van gezicht en bij naam, daardoor verliep de transmurale samenwerking heel laagdrempelig en plezierig.’

Vanuit het huidige perspectief kun je Baucke Jongebreur gerust als een ouderwetse dorpsdokter kwalificeren. Hij begeleidde bevallingen en bezocht zijn eigen opgenomen patiënten trouw in het ziekenhuis. Ook nam hij deel aan het wekelijkse koffie- c.q. scholingsuurtje met artsen van het Diaconessenhuis. ‘Zo bleef het lijntje kort.’

Stoorzender

Jongebreur heeft als huisarts grote veranderingen meegemaakt. Zo deed hij aanvankelijk alle diensten zelf, of beter gezegd samen met zijn vrouw. ‘Als ik naar een patiënt ging, moest Margreet altijd bij de telefoon blijven. Dat was soms best pittig.’ Aanvankelijk ging hij op pad met een semafoon, daarna deed de walkietalkie zijn intrede. Het signaal werd overgebracht via een hoge (stoor)zender op het dak. ‘Als ik met mijn vrouw communiceerde, stoorden alle televisies in de omgeving...’

De overstap naar een gezamenlijke dienstenstructuur (met vijf andere huisartsenpraktijken) zorgde voor een aanzienlijke taakverlichting. ‘Niet alleen voor mijzelf, maar ook voor Margreet.’ Hij tekent daar wel bij aan dat de dienstendruk voor huisartsen vroeger veel lager was. ‘Tegenwoordig hebben huisartsenposten hun handen vol aan problemen die best kunnen wachten tot de volgende dag. Het consumptiepatroon van patiënten is veranderd.’ Is dat een verslechtering? ‘Ach, anders is niet per definitie slechter’, klinkt het diplomatiek.

Aanwinst

Jongebreur, die zijn stethoscoop in 2005 aan de wilgen hing, kijkt terug op een prachtige loopbaan. ‘Ik zou het zo over doen.’ Vooral de variatie en zijn poortwachtersrol spraken hem daarin aan. ‘Een groot deel van je werk als huisarts bestaat uit luisteren, overleggen en patiënten zo mogelijk geruststellen. Niet elk probleem vereist een medisch onderzoek of ingreep. Níét behandelen is ook een keuze.’

Na zijn afscheid als huisarts bleef hij nog lang organisatorisch en bestuurlijk actief. Hij was mede architect van het ketenprotocol Diabetes en lid van de raad van toezicht van ‘zijn’ Diaconessenhuis. Hij is blij dat Meppel onder de Zwolse vleugels is geschaard. ‘Het nieuwe ziekenhuis is een aanwinst voor de regio.’

De inmiddels 79-jarige Jongebreur heeft nog wel een tip voor zijn voormalige vakbroeders. Hij roept huisartsen en medisch specialisten op om elkaar te blijven opzoeken en elkaar proactief feedback te geven. ‘Zorg dat je elkaar kent en naar elkaar luistert, dat komt de samenwerking ten goede.’

Andere verhalen

Lees ook de verhalen van andere Meppelaars: 

Gerelateerd nieuws