Contact
  1. ‘Ook als een patiënt is overleden, moet er nog voor hem of haar gezorgd worden’

Al 33 jaar werkt Martin Papiermole in het ziekenhuis. Eerst in voormalig ziekenhuis De Weezenlanden, daarna in Sophia en nu in Isala Zwolle. ‘De eerste 28 jaar zorgde ik als verpleegkundige voor levende mensen en nu als mortuariummedewerker voor overleden mensen. Maar het blijven nog steeds mensen die onze beste zorg moeten krijgen.’

'Bij Isala zijn de ruimtes heel mooi en waardig aangekleed'

Verzorgen

‘Veel mensen denken bij een mortuarium alleen aan een kille, koude betegelde ruimte met lades’, vertelt Martin, ‘Zoals je het in films ziet. Maar bij Isala zijn de ruimtes heel mooi en waardig aangekleed. Het is ook niet eng om hier binnen te komen. Er is hier zelfs veel levendigheid, hoe gek dat ook klinkt.’

Tijdens zijn werk heeft Martin contact met de naasten van de overledenen en werkt hij samen met begrafenisondernemers, GGD-artsen en soms met de politie. ‘Als iemand om het leven komt door een ongeval of misdrijf wordt het lichaam ook bij Isala binnengebracht. Soms zijn dat beschadigde lichamen. Mijn collega’s en ik verzorgen de overledene dan en doen ons uiterste best om het lichaam toonbaar te maken. Dat is belangrijk voor de naasten om waardig afscheid van hun dierbare te kunnen nemen. Zij moeten er daarna mee verder kunnen.’

Van terminale zorg naar zorg voor overledenen

Tijdens mijn jaren als verpleegkundige heb ik geregeld terminale zorg geleverd. Ik vond dat altijd heel fascinerend. In die laatste levensfase is het alsof je, samen met de terminale patiënt en diens naasten, in een andere wereld beland. Maar als een patiënt is overleden, moet er ook nog voor hem of haar gezorgd worden. Dat leek mij heel mooi om dat te doen. Daarom heb ik vijf jaar geleden de overstap gemaakt van verpleegkundige naar mortuariummedewerker.’

‘Elke werkdag begint met een administratieve dienst. Je leest dan in de overdracht welke mensen in het ziekenhuis zijn overleden en of er mensen bij ons zijn binnengebracht. Nadat een arts heeft vastgesteld dat iemand echt overleden is, komt het lichaam bij ons terecht. Dan is het onze taak om het lichaam op de juiste manier te koelen en te verzorgen, zodat de overledene zo waardig mogelijk door de uitvaartverzorger kan worden opgehaald.’

Afscheid door naasten

‘In het mortuarium ontvangen we ook de familie van de overledene, zodat zij de gelegenheid krijgen om afscheid te nemen. Het is dan mijn taak om hen zo goed mogelijk te begeleiden, om hen echt bij te staan. Dat doe ik niet door stil in een hoekje te gaan staan. Nee, ik wil er voor hen zijn met aandacht, betrokkenheid en een kopje koffie. En ja, dan pink ik zelf ook weleens een traantje weg. Maar is dat erg? Ik denk het niet, het laat alleen maar zien dat we betrokken zijn.’

‘Ik herinner me een moeder die haar overleden zoon al jaren niet had gezien. Hij was bij ons binnengebracht. Zo’n moeder laat je niet alleen naar haar overleden zoon gaan, die heel anders is dan de jongen die zij jaren geleden voor het laatst gezien heeft. Dan ga ik eerst even met haar zitten om haar te vertellen wat ze kan verwachten. Dat ik iemand kan bijstaan op zulke moeilijke momenten in het leven geeft me voldoening. Net als het zo goed mogelijk verzorgen van iemand die overleden is, zodat de naasten hun dierbare nog kunnen zien zoals hij of zij was. Pas kregen we nog een kaartje waarop stond ‘Papa is mooi thuisgekomen, bedankt’. Daar doe ik het voor.’

Aangrijpende situaties

Het zijn vaak aangrijpende situaties die Martin en zijn collega’s meemaken. ‘Daarom vullen we ook elke dag een impactscore in, die terechtkomt bij het BOT-team. Als je een score invult die aangeeft dat je behoorlijk geraakt bent door wat je die dag hebt meegemaakt, nemen collega’s uit het bedrijfsopvangteam contact met je op om erover te praten. Om te polsen hoe het met je gaat. Zelf zit ik ook in het BOT-team en neem die rol dus ook op me voor collega’s. Vooral situaties die je binnen je eigen familiekring ook hebt meegemaakt, grijpen je vaak aan. Dan moet je soms letterlijk een stapje terugdoen en een collega vragen om de zorg voor de betreffende overledene over te nemen. Zo moet je jezelf af en toe een beetje beschermen.’