Orale endo-echografie Orale endo-echografie

Uitleg onderzoek

Bij een endo-echografie worden de opnamen gemaakt met behulp van onhoorbare geluidsgolven (echografie). Het maken van de opnamen is daarom geheel onschadelijk. De echo-opnamen worden ’van binnenuit’ gemaakt via een endoscoop. Dat is een flexibele slang met een doorsnede van een centimeter, met aan het uiteinde een echoapparaatje en een kleine camera. Het beeld van de camera wordt op een monitor weergegeven.

Uw medicijngebruik

Voorafgaand aan het onderzoek is het belangrijk dat we weten welke medicijnen u gebruikt en dat we op de hoogte zijn van uw medische voorgeschiedenis. Wilt u daarom de digitale vragenlijst zo volledig mogelijk invullen? Graag namen en doseringen van uw medicatie vermelden op de digitale vragenlijst.

Speciale aandachtspunten

• Bent u (mogelijk) zwanger? Meld dit dan zo snel mogelijk aan de behandelend arts.
• Gebruikt u medicatie voor de diabetes mellitus (suikerziekte)? Lees dan hieronder wat u moet doen:
  • Op de ochtend van het onderzoek neemt u geen tabletten tegen de suikerziekte in. Zodra u na het onderzoek weer gewoon mag eten, dan mag u deze medicatie weer innemen.
  • Spuit u normaal gesproken in de ochtend insuline? Stel de injecties dan uit tot na het onderzoek. Wanneer u weer mag eten.
  • Spuit u voor het slapen gaan insuline? Spuit dan de avond vóór het onderzoek 50% van de gebruikelijke dosering.

Voorbereiding (bloedverdunners)

Gebruikt u bloedverdunners? In sommige gevallen moet u tijdelijk stoppen met het gebruik van de bloedverdunners vóór de echo-endoscopie. U hoort dit van uw behandelend arts of intakeverpleegkundige.

Het gebruik van Acenocoumarol of Fenprocoumon(marcoumar®)

Indien u deze medicatie dient te stoppen voor het onderzoek, neemt de trombosedienst contact met u op voor verdere instructies. Wij melden u vooraf aan bij de trombosedienst

Het gebruik van (Dabigatran (Pradaxa®), Rivaroxaban (Xarelto®), Apixaban (Eliquis®), Edoxaban(Lixiana®)

Indien u deze medicatie dient te stoppen voor het onderzoek, neemt de trombosedienst contact met u op voor de instructies. Wij melden u vooraf aan bij de trombosedienst.

Het gebruik van Carbasalaatcalcium (Ascal cardio®), Acetylsalicylzuur (Aspirine®) Clopidrogel (Plavix®, Grepid®, Iscover®), Ticagrelor (Brilique®), Prasugrel (Efient®), Persantin (Dipyridamol)®)

Deze medicatie kunt u gewoon doorgebruiken. Gebruikt u een combinatie van bloedverdunners? De intakeverpleegkundige neemt voor het onderzoek contact met u op als u deze moet stoppen. Weet u niet zeker of u bloedverdunnende medicatie gebruikt? Neem dan contact op om overleggen.

Verdere voorbereiding

Niet eten en drinken

Tijdens dit onderzoek mag er geen voedsel meer in uw slokdarm of maag zitten. Om ernstige complicaties zoals longontsteking te voorkomen, moet u voor het onderzoek nuchter zijn. Dit houdt in:

• Tot 6 uur vóór het onderzoek alleen een licht ontbijt zoals 2 beschuiten of 2 crackers of 1 boterham.
• Tot 2 uur vóór het onderzoek alleen heldere dranken gebruiken (thee, water of appelsap).
• Vanaf 2 uur vóór de opname in het ziekenhuis niets meer drinken.
  Als u medicijnen gebruikt, mag u deze met een klein beetje water innemen.

Voorbeeld

U wordt om 15.00 uur verwacht in het ziekenhuis. U mag dan vanaf 9.00 uur niets meer eten. Vanaf 13.00 uur mag u niets meer drinken.

Sedatie

U krijgt tijdens het onderzoek een slaapmiddel (lichte sedatie) toegediend. Dit is geen narcose. Vanwege de sedatie mag u na het onderzoek niet zelf naar huis. Regelt u daarom voor het onderzoek iemand die u begeleidt om naar huis te gaan. Over sedatie is meer informatie beschikbaar in de folder Lichte sedatie. Wilt u deze goed doorlezen vóór uw behandeling? Hier staan belangrijke adviezen in.

Onderzoek

In de onderzoekkamer

In de onderzoekkamer neemt u plaats op een onderzoekstafel. Als u een gebitsprothese heeft, moet u deze uitdoen.

Knijper en bijtring

Tijdens het onderzoek ligt u op uw buik of linkerzij. U krijgt een knijper op uw vinger om uw hartslag en het zuurstofgehalte in uw bloed te controleren. Ook wordt uw bloeddruk gemeten.

Verdoving

U krijgt een keelverdoving tijdens het onderzoek, waardoor u de slang minder voelt en minder gaat kokhalzen. Via een infuusnaaldje krijgt u een slaapmiddel (lichte sedatie) toegediend, waardoor u slaperig en ontspannen bent.

Inbrengen endoscoop

De arts smeert de endoscoop in met een glijmiddel. Vervolgens brengt de arts de endoscoop via uw mond in en vraagt u te slikken. Dit kan een vervelend gevoel geven. Tijdens het onderzoek houdt u voldoende ruimte over in uw keelholte om normaal te kunnen ademen.

Opnamen

De arts maakt vervolgens de gewenste opnamen van de organen, klieren en bloedvaten. Ook zal hij indien nodig een klein stukje weefsel of wat vocht wegnemen voor verder onderzoek. Dit gebeurt met een holle naald die via de endoscoop wordt ingebracht. Dit is geheel pijnloos.

Duur

Het onderzoek duurt ongeveer 45 minuten.

Na het onderzoek

Na het onderzoek blijft u meestal een uur op de afdeling Dagverpleging.

Mogelijke complicaties

Een endo-echografie onderzoek is een veilig onderzoek. Toch kan er een enkele keer een complicatie optreden, zoals een longontsteking. Dit kan gebeuren als u zich zou verslikken in de maaginhoud. Daarom is het belangrijk dat u nuchter naar het onderzoek komt. Verder kan na het onderzoek de keel wat schraal aanvoelen. Als er tijdens de procedure vocht wordt afgenomen kan het soms nodig zijn dat u uit voorzorg antibiotica krijgt. Uw arts zal dit met u bespreken.

Klachten

Als u na afloop klachten heeft, kunt u contact opnemen met de arts die de behandeling heeft uitgevoerd. Afdeling Endoscopie is van maandag tot en met vrijdag bereikbaar op 088 624 33 20  van 08:30 uur tot 10:30 uur. Buiten kantooruren kunt u via de receptie contact opnemen met de dienstdoende maag, darm- en leverarts, bel daarvoor naar 088 624 50 00.

Contact

Heeft u nog vragen, dan kunt u bellen met de afdeling Endoscopie van de polikliniek Maag-, darm- en leverziekten.

Endoscopie

088 624 33 20 (bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.30 tot 10.30 uur)