Basisbehoeften van uw baby Basisbehoeften van uw baby

Wat heeft uw baby nodig?

Geborgenheid

Uw pasgeboren baby wil graag dicht bij u zijn. Hij was in uw buik gewend aan geluid, beweging, voeding en een constante temperatuur, zowel overdag als ’s nachts. Maar na de geboorte is uw kindje opeens ‘alleen’ en bemerkt hij andere geluiden, geuren en voeding. Door uw baby dan dicht bij u te houden, voelt hij zich veilig en geborgen.

Huid-op-huid contact

Huid-op-huid contact is het moment waarop uw baby direct na de geboorte en in de periode daarna, bloot bij u op de blote borst wordt gelegd. Dit zorgt ervoor dat uw baby:

• went aan het leven buiten de baarmoeder
• kan rusten na de geboorte
• warm blijft
• u leert kennen.

Huid-op-huid contact heeft de volgende voordelen:

• Het stimuleert het onderlinge hechtingsproces.
• Het geeft uw baby een veilig en geborgen gevoel, waardoor hij of zij minder huilt.
• Het zorgt voor een stabiele en normale temperatuur, hartslag en bloeddruk van uw baby.
• Het stimuleert de borstvoeding. De kans is groot dat uw baby zelf de borst zoekt en goed hapt.
• Uw baby geeft zelf zijn drinkbehoefte aan.

Leg uw baby gelijk, na de geboorte, minstens een uur lang bloot bij u op de borst. En blijf dit in de periode daarna ook zo vaak mogelijk doen.

Veilig en vertrouwd

Baby’s die zich in hun eerste levensperiode veilig en vertrouwd voelen, voelen zich later blijer en hebben meer zelfvertrouwen. Uw baby vasthouden, knuffelen, er tegen praten en lachen, zorgt bovendien voor het vrijkomen van het ‘knuffelhormoon’ oxytocine. Zowel bij uw baby als bij u zelf. U voelt zich beiden daardoor rustiger en gelukkiger. Daarnaast heeft oxytocine een positieve invloed op de hersenontwikkeling van uw kindje.

Voeding

Als u borstvoeding wilt geven, zoekt uw baby na een poosje zelf uw borst. Ook zorgt borstvoeding geven voor het vrijkomen van oxytocine. U kunt gerust de borst aanbieden om uw kindje op die manier te troosten. Dat stimuleert het op gang komen van de moedermelk.

Signalen van uw baby

Houdt uw baby de eerste dagen dicht bij u. Zo leert u de signalen snel herkennen. Ook als hij bijvoorbeeld getroost of geknuffeld wil worden of wanneer uw baby moe is. Hoe sneller u de verschillende signalen herkent, hoe sneller u op de behoefte van uw baby kunt inspelen. En dat is weer gunstig voor het hechtingsproces.

Signalen dat uw baby wil drinken:

• smakken
• draaien met het hoofdje
• zoek- of zuigbewegingen
• sabbelen op vingers/handjes
• onrustig
• ‘maaien’ met de armen.

Hoe vaak voeden?

Het is niet erg als uw baby niet direct uit de borst kan drinken. Zeker bij voldragen gezonde baby’s is er meestal geen haast om uw baby te laten drinken. Baby’s geven zelf aan wanneer ze voeding nodig hebben. U en uw baby moeten dit nog leren; neem de tijd. Bied uw borst minimaal acht keer per 24 uur aan. Maar als uw baby vaker uit de borst wil drinken, dan is dat ook goed.

Er wordt vaak gezegd dat een baby precies elke drie uur aan de borst moet. Maar een baby die nog niet geïnteresseerd is in drinken, ‘gaat vaak niet goed aan de borst’. De baby is dan of te slaperig of stribbelt tegen. Als uw baby 8-10 keer per dag goed aan de borst gaat, dan krijgt hij voldoende voedingsstoffen binnen.

Onrustige baby’s worden nog weleens bijgevoed, terwijl de baby op zo’n moment eigenlijk rust wil door bijvoorbeeld huid-op-huid-contact.

Nachtvoeding

Nachtvoedingen horen erbij. Als u borstvoeding geeft, is nachtvoeding goed voor het op gang komen en behouden van de productie van moedermelk. De ene baby slaapt 's nachts sneller door zonder voeding dan de andere baby. Dat is normaal. Door uw baby in uw slaapkamer te laten slapen (rooming-in), kunt u snel reageren op zijn signalen. Stichting Veilig Slapen adviseert rooming-in tot de leeftijd van minimaal zes maanden.

Ritme

• Als uw baby ongeveer twee weken oud is, slaapt hij minder en is soms wat onrustiger. Probeer uw ritme/dagelijkse activiteiten zoveel mogelijk af te stemmen op het tempo van uw baby.
• Een onrustige baby heeft een rustige slaapplaats nodig.
• Uw baby stevig instoppen, kan helpen bij het (in)slapen.
• Een baby die te veel prikkels krijgt, kan moeite hebben met in slaap vallen. Een vast patroon in de dagelijkse handelingen kan dan helpen.
• Uw baby is de eerste weken ongeveer 45 minuten wakker tussen de voedingen. Als uw baby ongeveer drie maanden oud is, is dat anderhalf uur.
• Na ongeveer zes weken is uw baby toe aan spelen (in plaats van drinken), knuffelen en weer slapen.

Slapen

Soms is het moeilijk te zien wanneer uw baby wil slapen. Als uw baby na een goede voeding niet tevreden is, dan is het vaak een teken van slaap. Of hij heeft misschien te veel prikkels gehad.

Slaapsignalen

Iedere baby heeft een eigen slaappatroon. Uw baby is hoogstwaarschijnlijk toe aan slaap als hij de volgende signalen vertoont:

• starende blik of wegkijken
• grijnzen
• huilen
• gebalde vuistjes
• druk bewegen met armen en/of benen.

Ontwikkeling

In het begin kan het best lastig zijn om je ‘ritme’ met elkaar te vinden. En net als u denkt dat het goed gaat, verandert er weer wat. Baby’s ontwikkelen zich en bij elke ontwikkeling kan een ander ritme horen. Iedere baby ontwikkelt zich anders. Kijk goed naar wat uw baby doet. Goedbedoelde adviezen van anderen hoeven niet de juiste adviezen voor uw baby te zijn.

In het begin groeit uw baby met name in lengte en gewicht. En probeert hij z’n hoofdje onder controle te krijgen. Uw baby zal op een bepaald moment reageren op stemmen en geuren.

Huilen

Elke baby huilt; de één soms meer dan de ander. Ook elke ouder ervaart het huilen anders. Maar bijna elke ouder wordt onzeker van het huilen van hun baby. U krijgt misschien verschillende adviezen uit uw omgeving, die u vervolgens nog onzekerder kunnen maken.

Wat is normaal bij huilen?

Soms is niet duidelijk waarom baby’s huilen. Baby’s kunnen vooral ’s avonds en ‘s nachts onrustig zijn en huilen.

• Een baby huilt gemiddeld één tot anderhalf uur per dag.
• Als uw baby ongeveer zes weken oud is, is dit twee tot tweeëneenhalf uur per dag.

Tips bij huilen

Wat probeert uw baby u duidelijk te maken? Heeft hij misschien honger, een vieze luier of wil hij getroost worden? Probeer het volgende als uw baby huilt:

• Vasthouden/knuffelen en troosten.
• Draag uw baby in een draagdoek.
• Stop uw baby stevig in.
• Masseer uw baby.

Maakt u zich zorgen, omdat uw baby veel huilt? Neem dan eerst contact op met uw eigen huisarts.

Contact

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Dan kunt u contact opnemen met een van onze lactatiekundigen (alleen tijdens de zwangerschap of als u (of uw baby) opgenomen bent in Isala):

Lactatiekundigen Isala Zwolle

088 624 74 10 (bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 9.00 tot 15.00 uur)
lactatiekundige@isala.nl