Contact
  1. 5280-Verwijdering hypofysetumor neus

Informatie over operatie en ziekenhuisopname

​Een hypofysetumor is meestal goedaardig, maar kan wel klachten veroorzaken. Een operatie verkleint de kans op toename van de klachten. Hier kunt u meer lezen over deze operatie.

Informatie over operatie en opname

Uit onderzoek is gebleken dat u een tumor aan uw hypofyse heeft. In overleg met de neurochirurg heeft u ermee ingestemd dat de tumor tijdens een operatie wordt weggehaald. Deze operatie heet officieel ‘transnasale (transphenoïdale) hypofysetumor-resectie’. Oftewel: het verwijderen van een hypofysetumor via de neus.
Hier geven wij u informatie over deze operatie en de opname op de verpleegafdeling. Verder krijgt u een aantal richtlijnen en adviezen die kunnen bijdragen aan een voorspoedig herstel.

Wat is een hypofysetumor?

De hypofyse is een klier die ongeveer midden in het hoofd onderaan de hersenen hangt. De klier ligt in een holte, het Turkse zadel (sella) genoemd, in de schedelbasis niet ver achter de oogkassen. In de hypofyse worden hormonen aangemaakt; dit zijn stoffen die bepaalde organen, zoals de schildklier en de bijnieren, aan het werk zetten. De hypofyse speelt een belangrijke rol in de hormoonhuishouding. Daarnaast regelt de hypofyse de water- en zouthuishouding in het lichaam.

Wanneer cellen in de hypofyse zich gaan vermenigvuldigen, wat abnormaal is, ontstaat er een gezwel. Dit gezwel heet een hypofysetumor en is meestal goedaardig. De tumor kan klachten veroorzaken. Welke klachten dat zijn, hangt af van de ligging van de tumor en van de mate waarin de functie van de hypofyse is verstoord. Door druk op de oogzenuw kunnen er bijvoorbeeld problemen met het zien ontstaan. En door een verstoorde hormoonhuishouding kunnen er vruchtbaarheidsproblemen optreden of extreme groei van handen, neus en/of kaak. Om de kans op toename van de klachten te verkleinen is besloten dat u geopereerd moet worden.

De operatiemethode

De neurochirurg voert de operatie samen met een keel-, neus- en oorarts (KNO-arts) uit. De KNO-arts maakt via de neusgang een weg tot achterin de neusholte waaraan het Turkse zadel grenst. Hij maakt de benige wand open, zodat de neurochirurg de tumor kan weghalen.
Wanneer de tumor is verwijderd, wordt een plastiek aangebracht. De plastiek sluit de geopende wand, waardoor eventuele lekkage van hersenvocht (liquor) wordt voorkomen. De plastiek blijft voor altijd zitten en vergroeit met het weefsel eromheen. Inmiddels wordt bij deze operatie steeds vaker gebruik gemaakt van een kijkbuis (endoscoop). Als u volgens de kijkbuismethode wordt geopereerd, dan hoeft u na de operatie niet naar de Intensive Careafdeling, maar gaat u terug naar de verpleegafdeling.

Complicaties

Zoals bij elke operatieve behandeling, bestaat ook bij deze operatie een risico op complicaties. Meestal hangen die samen met de plaats en de grootte van de tumor. Uw behandelend arts heeft mogelijke complicaties al met u besproken. Heeft u hier toch nog vragen over, dan kunt u die aan de arts stellen.

Vóór de opname

Gebruikt u bloedverdunnende medicijnen, zoals Ascal of medicijnen waarvoor u regelmatig naar de trombosedienst moet, dan moet u daarmee - in overleg met de neurochirurg - tien dagen vóór de opname te stoppen. Bent u er niet zeker van of u bloedverdunnende medicijnen gebruikt, neem dan altijd contact op met uw huisarts of met uw behandelend arts.

De opnamedag

Minimaal één dag voor de operatie wordt u opgenomen. U krijgt dan informatie over de afdeling en de gang van zaken rond de operatie en natuurlijk kunt u dan vragen stellen. De anesthesioloog bespreekt ook met u het nuchterbeleid van Isala. Meer informatie vindt u in de patiëntenfolder Verdoving (anesthesie). Lees deze folder aandachtig door.

Let op
Voor een operatie moet u nuchter zijn om ernstige complicaties te voorkomen.
Dit houdt in:

  • Vanaf zes uur voor de opname in het ziekenhuis niets meer eten.
  • Tot twee uur vóór de opname alleen heldere vloeibare dranken gebruiken (thee, water of appelsap).
  • Vanaf twee uur voor de opname in het ziekenhuis niets meer drinken.

Voorbeeld
U wordt om 15.00 uur verwacht in het ziekenhuis. Dit wordt ook wel de opnametijd genoemd. U mag dan vanaf 09.00 uur niets meer eten. Vanaf 13.00 uur mag u niets meer drinken. 

Op de dag voor de operatie zijn er enkele voorbereidingen:

  • Uw polsslag, bloeddruk en temperatuur worden gemeten.
  • Wanneer u nog geen ontlasting heeft gehad, wordt u gelaxeerd.
  • U spreekt een tijd af waarop uw contactpersoon na de operatie kan bellen om te informeren hoe het met u gaat.
  • De internist komt bij u langs om met u te bespreken welke medicijnen u na de operatie krijgt in verband met de hormoonhuishouding en de daarmee samenhangende water- en zouthuishouding (zie ook onder ‘Medicijnen’).
  • Omdat het kan zijn dat u na de operatie op de afdeling Intensive Care (IC) komt te liggen, kunt u met een verpleegkundige daar even gaan kijken.

Vlak na de operatie

Na de operatie wordt u wakker op de uitslaapkamer (recovery). De recoveryverpleegkundige belt uw eerste contactpersoon om te vertellen dat de operatie klaar is. U ligt aan de monitor: zo kan de verpleegkundige onder andere uw hartslag, ademhaling en bloeddruk controleren. Ook worden regelmatig neurologische controles uitgevoerd, waarbij uw bewustzijn, pupilcontrole (met een lampje in uw ogen kijken) en motoriek worden getest. Als alle controles in orde zijn, geeft de anesthesist toestemming om u naar de verpleegafdeling, of in een enkel geval de Intensive care over te plaatsen.

Op zowel de standaard verpleegafdeling als de IC mag u bezoek ontvangen tijdens de vaste bezoektijden van Isala. In overleg met de verpleging kan hiervan worden afgeweken.

Herstel

Terug op de afdeling heeft u waarschijnlijk nog een infuus en een blaaskatheter. Wanneer u weer voldoende drinkt, geen medicijnen meer via het infuus krijgt en de vochtbalans goed is, kan het infuus eruit. Na de operatie heeft u in één of beide neusgaten neustampons, waardoor u niet of moeilijk door uw neus kunt ademen. De KNO-arts verwijdert deze tampons een paar dagen na de operatie. Als u volgens de kijkbuismethode bent geopereerd, dan is het meestal niet nodig de neusholte op te vullen met neustampons. De verpleegkundige controleert regelmatig of u last heeft van lekkage van liquor (hersenvocht) uit de neus.

U mag uit bed zodra uw lichamelijke toestand dit toelaat. Dit is vaak al op de eerste dag na de operatie. Als dat nodig is, krijgt u hulp bij de verzorging. Na de operatie wordt regelmatig bloed afgenomen voor controle van de hormoonspiegel en voor de bepaling van onder andere natrium en kalium. Hoe vaak dit gebeurt, hangt af van uw lichamelijke toestand.

Medicijnen

Om uw hormoonhuishouding te reguleren is het noodzakelijk dat u voor lange tijd (vaak voor de rest van uw leven) medicijnen moet gebruiken. Voordat u naar huis gaat, moet u goed ingesteld zijn op de medicijnen. De internist behandelt u hiervoor tijdens en na de opname.

Onderzoek van de tumor

Het verwijderde weefsel wordt na de operatie nog onderzocht. Het kan enkele weken duren voordat de uitslag er is. De meeste tumoren van de hypofyse zijn goedaardig maar het blijft belangrijk het weefsel te onderzoeken. De uitslag van het onderzoek krijgt u te horen via uw neurochirurg.

Naar huis

Op het moment dat u naar huis gaat, krijgt u een controleafspraak mee voor de neurochirurg en de internist. De neurochirurg kijkt dan wat het resultaat van de operatie is geweest. De internist houdt uw hormoonhuishouding en daarmee uw medicatie in de gaten.

Richtlijnen voor thuis

Weer thuis moet u zich houden aan de volgende leefregels:

  • U mag de eerste zes weken na de operatie niet bukken met uw hoofd voorover.
  • U mag de eerste zes weken na de operatie niet hard uw neus snuiten.
  • U mag de eerste zes weken na de operatie geen zware (huishoudelijke) werkzaamheden verrichten.
  • Tijdens de eerste poliklinische afspraak kunt u met uw arts overleggen wanneer u weer kunt gaan werken. Afhankelijk van uw toestand en de aard van uw werk zal dit tussen de vier weken en drie maanden na de operatie zijn.
  • U mag vrij bewegen, maar het is verstandig om uzelf niet te forceren. Probeer te luisteren naar wat uw lichaam aankan en wat niet. Bouw uw conditie gedurende de eerste zes weken langzaam op.
  • Wanneer u thuis onverhoopt hoge koorts krijgt, moet u contact opnemen met uw neurochirurg.

Contact

Heeft u nog vragen, dan kunt u bellen met de locatie waar u onder behandeling bent:

Zwolle

Neurochirurgie
(bereikbaar op maandag tot en met vrijdag van 8.30 tot 17.00 uur)

 Tabel van folder Verwijdering hypofysetumor via de neus
Neurochirurg Telefoonnummer secretaresse
dr. T.T.A. Aalders 088 624 53 57
dr. W.A. van den Brink ​088 624 53 59
​dr. D. Nanda ​088 624 53 58
dr. M. Podlogar ​088 624 78 98

Verpleegafdeling Neurochirurgie
088 624 12 50 (ook buiten werkdagen bereikbaar)
De verpleegkundige kan u zo nodig doorschakelen met de neurochirurg

Kunt u niet komen? Laat het ons snel weten, dan maken wij een nieuwe afspraak.

Meer informatie over neurochirurgie kunt u ook nalezen op de website van het Neurochirurgisch centrum Zwolle.

Wij wensen u een goede opname en een voorspoedig herstel toe!

Laatst gewijzigd 30 november 2021 / 5280