Contact
  1. 5593-Slokdarmstent

Uitleg behandeling

Een slokdarmstent wordt geplaatst om de voedsel- en speekselpassage te verbeteren. Het is een flexibel buisje dat wordt geplaatst met een endoscoop (camera). Hier leggen we uit hoe dat in zijn werk gaat.

Wat is een slokdarmstent?

Een slokdarmstent is een flexibel buisje, dat tijdens een endoscopisch onderzoek wordt geplaatst. Het doel van het plaatsen van een slokdarmstent is de voedsel- en speekselpassage te verbeteren. Deze behandeling wordt uitgevoerd door een maag-, darm- en leverarts met behulp van een endoscoop. Dat is een flexibele slang met een doorsnede van ruim een halve centimeter, met aan het uiteinde een heel kleine camera. Het beeld van de camera wordt op een monitor weergegeven.

Voorbereiding

Eten en drinken

Tijdens dit onderzoek mag er geen voedsel meer in uw slokdarm of maag zitten. Om ernstige complicaties zoals longontsteking te voorkomen, moet u voor het onderzoek nuchter zijn. Dit houdt in:

  • Tot 6 uur vóór het onderzoek alleen een licht ontbijt zoals 2 beschuiten of 2 crackers of 1 boterham.
  • Tot 2 uur vóór het onderzoek alleen heldere dranken gebruiken (thee, water of appelsap).
  • Vanaf 2 uur vóór de opname in het ziekenhuis niets meer drinken.
    Als u medicijnen gebruikt, mag u deze met een klein beetje water innemen

Bijvoorbeeld:

U wordt om 15.00 uur verwacht in het ziekenhuis. U mag dan vanaf 9.00 uur niets meer eten. Vanaf 13.00 uur mag u niets meer drinken.

Sedatie

Deze behandeling kan zowel onder diepere sedatie als minder diepe sedatie plaatsvinden. Het doel van sedatie is dat u wat slaperig wordt, zodat het onderzoek minder belastend voor u is. U leest meer over dit onderwerp in de folders 'Sedatie' en 'Verdoving buiten de operatiekamer' op onze website. Wilt u deze goed doorlezen vóór uw behandeling? Hier staan belangrijke adviezen in.

Speciale aandachtspunten

  • Gebruikt u bloedverdunners? Neem dan minimaal vijf dagen vóór het onderzoek contact op met de arts die deze medicijnen heeft voorgeschreven. Deze spreekt met u af, wanneer u met deze medicijnen moet stoppen ter voorbereiding op de behandeling.
  • Heeft u diabetes? Neem dan vóór het onderzoek contact op met de arts die uw medicijnen heeft voorgeschreven. Deze spreekt met u af, hoe u uw medicijnen moet innemen ter voorbereiding op dit onderzoek.
  • Heeft u een kunstmatige hartklep? Neem dan vóór het onderzoek contact op met de arts die het onderzoek aangevraagd heeft.
  • Röntgenonderzoek kan tijdens de zwangerschap schadelijk zijn voor de ongeboren vrucht. Het is belangrijk, als u zwanger bent of zou kunnen zijn, de behandelend arts zo spoedig mogelijk daarvan op de hoogte te brengen.

Onderzoek

  • De verpleegkundigen van de afdeling brengen u op het afgesproken tijdstip naar de afdeling Radiologie (röntgenafdeling).
  • In de onderzoekkamer wordt u gevraagd op een onderzoekstafel plaats te nemen.
  • Tijdens het onderzoek ligt u op uw linkerzij of rug.
  • U krijgt een knijper aan uw vinger om tijdens het onderzoek uw hartslag en het zuurstofgehalte in uw bloed te controleren.
  • Via een infuusnaaldje krijgt u een medicijn (sedatie) toegediend, waardoor u tijdens de behandeling een beetje slaperig en ontspannen bent.
  • Als u een gebitsprothese heeft, dan moet u die aan het begin van het onderzoek uitdoen.
  • U krijgt een bijtring tussen uw tanden (kaken) ter bescherming van de endoscoop.
  • De arts brengt de endoscoop via uw mond in en vraagt u te slikken. Dit kan een vervelend gevoel geven.
  • Met behulp van röntgenonderzoek wordt de stent op de juiste plaats in de slokdarm geplaatst.
  • Na een aantal uren neemt het buisje de vorm van uw slokdarm aan.
  • De behandeling duurt ongeveer een half uur.

Na het onderzoek

  • Na afloop wordt u overgetild op uw ziekenhuisbed. U bent dan waarschijnlijk nog wat slaperig. De verpleegkundigen van de afdeling komen u dan weer ophalen.
  • Nadat de gegeven medicatie is uitgewerkt en u geen klachten heeft, mag u een slokje water drinken, tenzij de arts anders afspreekt. De hoeveelheid kan langzaam uitgebreid worden.
  • Het is aan te raden de eerste dag zacht voedsel te gebruiken. Als dit goed gaat, mag u in principe weer alles eten en drinken.
  • Ook gaat u dezelfde dag weer onder begeleiding naar huis, tenzij de arts anders afspreekt.

Weer thuis

De functie van de slokdarm wordt door het buisje niet geheel overgenomen. Vooral de knedende werking van de slokdarm blijft achterwege. Goed gekauwd, smeuïg voedsel zult u zonder meer kunnen doorslikken. Grotere brokken voedsel, droog voedsel en harde stukjes zullen echter problemen kunnen geven.

Verstopping van de buis voorkomen:

  • Gebruik de maaltijden rechtop zittend.
  • Snijd het eten in kleine stukjes.
  • Goed kauwen.
  • Eet meerdere kleine porties per dag.
  • Eet in uw eigen tempo; probeer niet anderen ‘bij te houden’ aan tafel.
  • Drink voldoende voor, tijdens en na de maaltijd (bij voorkeur een koolzuurhoudende drank, frisdranken en mineraalwater).

Voorzichting

Wees voorzichtig met voedsel dat kan blijven steken, zoals:

  • vlees: in kleine stukjes snijden;
  • vis: moet graatloos zijn;
  • appel: in kleine stukjes snijden;
  • citrusvruchten: zonder vruchtvlees of in zeer kleine stukjes snijden;
  • rauwe groenten;
  • hardgekookte eieren;
  • harde chips of noten;
  • kleffe voedingsmiddelen zoals kaas (eventueel raspen), drop, vers wit brood.

Als u problemen heeft met het innemen van medicijnen, kunt u deze na overleg met de arts eventueel fijnmaken en daarna doorslikken met ruim water.

Heeft u geen eetlust of heeft u moeite uw lichaamsgewicht op peil te houden, dan kunt u tussen de maaltijden door ijs, milkshakes, yoghurt of andere dranken nuttigen. Voeg eventueel extra suiker of room toe.

Controle

De uitslag van de behandeling wordt opgestuurd naar de arts die het onderzoek heeft aangevraagd. Bij eventuele klachten kunt u contact met hem/haar opnemen. Vaak is er al een controleafspraak gemaakt.

Complicaties

  • Het plaatsen van een slokdarmstent is een veilig onderzoek. Toch kan er een enkele keer een complicatie optreden, bijvoorbeeld een longontsteking. Dit kan gebeuren als een patiënt zich verslikt in de maaginhoud. Daarom is het belangrijk om nuchter te komen.
  • Tijdens het plaatsen van de stent kan er, vooral als de slokdarm eerst moet worden opgerekt, een scheurtje in de slokdarm ontstaan. De belangrijkste klacht die hierbij optreedt, is pijn en koorts. Ook is het mogelijk dat een (geringe) bloeding ontstaat. Soms ervaren patiënten pijnklachten achter het borstbeen. Meestal verdwijnen deze klachten na verloop van tijd spontaan. Soms zijn pijnstillers noodzakelijk.
  • De stent kan verstopt raken door voedsel dat erin blijft steken. Met een endoscopisch onderzoek is de stent vaak weer doorgankelijk te maken.
  • Na verloop van weken of maanden kan opnieuw een vernauwing ontstaan, waardoor het nodig kan zijn een tweede stent te plaatsen.
  • Ook kan een stent in de maag doorzakken, waardoor het effect van de behandeling verloren gaat.
  • Ten slotte kan door plaatsing van een stent een verbinding tussen de luchtwegen en de slokdarm ontstaan, een fistel. Hierdoor moet u bij iedere hap of slok hoesten.

Klachten?

Bij klachten moet u contact opnemen met de arts die het onderzoek heeft verricht. Buiten kantooruren kunt u contact opnemen met de dienstdoend maag-, darm- en leverarts via de receptie: 088 624 50 00.

Contact

Heeft u nog vragen, dan kunt u bellen met de afdeling Endoscopie van de polikliniek Maag-, darm- en leverziekten.

Endoscopie

088 624 33 20 (bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.30 tot 10.30 uur)

In uw afspraakbevestiging staat op welke locatie u wordt verwacht. Kunt u niet komen? Laat het ons snel weten, dan maken wij een nieuwe afspraak.

Laatst gewijzigd 30 november 2021 / 5593