Flesvoeding Flesvoeding

Vooraf

Graag willen wij benadrukken dat als een moeder geen borstvoeding kan of wil geven, haar keuze wordt gerespecteerd door alle medewerkers binnen Isala.

Keuze van soort flesvoeding

In principe gebruikt u normale zuigelingenvoeding voor uw baby. Alle flesvoedingen die in Nederland worden verkocht, zijn van goede kwaliteit. Hoewel de voedingsindustrie vele verschillende soorten flesvoeding op de markt brengt (voor hongerige baby’s, voor baby’s met krampjes, enzovoort) zijn de verschillen klein.

Verschillende ‘hypoallergene’ voedingen worden aangeprezen omdat ze allergische ziekten bij het kind zouden kunnen voorkómen. Uit onderzoek is gebleken dat dit effect tegenvalt. Het enige dat deze hypoallergene voedingen doen, is milde eczeemklachten uitstellen. Deze voedingen hebben echter geen effect op het niet optreden van astma of hooikoorts. Van échte allergiepreventie is dan ook geen sprake. De kinderartsen van Isala bevelen deze hypoallergene voedingen dan ook niet aan.

Als er sprake is van een bewezen allergie bij uw baby, kunt u in samenspraak met de kinderarts starten met een andere voeding. Het is onverstandig om zelf van soort voeding te wisselen; het is beter om dit te overleggen met de verpleegkundige van het consultatiebureau.

Starten met de flesvoeding

Kort na de geboorte zal uw baby de eerste fles krijgen. De hoeveelheid voeding is afhankelijk van het geboortegewicht van uw baby. Niet alle baby’s drinken vanaf de eerste fles alles op. Dit is geen reden tot ongerustheid. Na een paar dagen oefenen komt dit in de meeste gevallen vanzelf goed. Afhankelijk van hoe uw baby de fles drinkt, wordt de hoeveelheid voeding de daaropvolgende dagen opgehoogd. Dit gaat in overleg met de verpleegkundige/kraamverzorgende van de afdeling en/of de kinderarts als deze bij de behandeling van uw baby betrokken is.

In de kraamtijd thuis wordt de hoeveelheid voeding in overleg met de kraamverzorgende en/of verloskundige verder opgehoogd. Na de kraamtijd zal het consultatiebureau dit vervolgen. Hier wordt uw baby bij ieder bezoek gewogen. De verpleegkundige van het consultatiebureauteam zal naar aanleiding van het gewicht van uw baby met u bespreken hoeveel voeding uw baby mag hebben en hoe vaak. Het is niet verstandig uw baby meer voeding te geven dan de hoeveelheid die bij het gewicht en de leeftijd van de baby past.

De totale hoeveelheid voeding per dag wordt gedeeld door het aantal voedingen dat de baby nodig heeft. Afhankelijk van het geboortegewicht krijgt een baby zeven of acht voedingen per 24 uur.

Het gewicht van uw baby wordt regelmatig bepaald. Alle baby’s vallen na de geboorte af. Mocht uw baby meer dan tien procent zijn afgevallen, dan zal er overleg plaatsvinden met de kinderarts (in het ziekenhuis) of verloskundige (in de thuissituatie).

Verwarmen van de voeding

Flesvoeding kan in een flessenwarmer, magnetron of au bain-marie verwarmd worden. Au bain-marie is geleidelijk aan verwarmen van de fles met voeding in een pan of kom met warm water. Lees de instructie voor het bereiden en bewaren van de voeding op de verpakking.

Instructies voor het geven van flesvoeding

Voed uw baby bij voorkeur in zijligging. Dit is de meest natuurlijke houding bij het geven van (borst)voeding. Ook zijligging met buik tegen buik, waarbij u iets naar achteren leunt, is een natuurlijke houding. In zijligging voeden vermindert bovendien de kans dat uw baby zich verslikt. De voeding die uw baby niet doorslikt, kan via de zijkant van z’n mondje er weer uit. Ook kan uw baby zo makkelijker en rustiger ademen. Daarnaast kunt u makkelijker even pauzeren tijdens het voeden, door de fles te kantelen. Uw baby kan dan een paar keer ademen, voordat hij weer verder drinkt.

Instructies:

• Neem voor het geven van de fles rustig de tijd.
• Het voeden duurt gemiddeld tussen de vijftien en dertig minuten (afhankelijk van de hoeveelheid aangeboden voeding).
• Ondersteun uw baby met uw arm.
• Houd de fles schuin, zodat de speen gevuld is met voeding.
• Strijk met de speen langs de lipjes en wacht tot uw kindje de mond wijd openspert.
• Breng de speen voorzichtig in het mondje; het kindje moet als het ware de speen zelf naar binnen zuigen.
• De lippen moeten goed om de speen sluiten en niet naar binnen worden gezogen.
• De tong ligt tijdens het drinken onder de speen.
• Na de voeding komt er meestal een boertje. Houd uw kindje hiervoor (half) rechtop. Over de schouder leggen en op het ruggetje kloppen is niet nodig.
• Wrijf zachtjes over zijn/haar rug en wacht rustig af tot het boertje komt.
• Eventuele rest voeding weggooien.

Tip

Niet alle baby’s drinken goed uit dezelfde speen. Wij adviseren u om niet te veel spenen te kopen, voordat u weet met welke speen uw baby het best drinkt.

Naar huis

Wanneer u naar huis gaat, krijgt u instructies mee over het aantal voedingen en de hoeveelheid voeding die uw baby nodig heeft.

Contact

Heeft u nog vragen, dan kunt u bellen met de locatie waar u onder behandeling bent:

Zwolle

Afdeling Verloskunde/Kraam
088 624 14 40​

Mocht u naar aanleiding van deze informatie nog vragen hebben, dan kunt u deze tijdens de opname stellen aan de verpleegkundige die voor u en uw baby zorgt. Na ontslag uit het ziekenhuis kunt u terecht bij de kraamverzorgende of het consultatiebureau.