Contact
  1. 8119-Stijve grote teen (hallux rigidus)

Een stijve grote teen wordt vaak veroorzaakt door slijtage/atrose. In deze folder leest u meer over de behandeling van een stijve grote teen, met en zonder operatie.

Waardoor ontstaat een stijve grote teen?

Een stijve grote teen wordt vaak veroorzaakt door slijtage/atrose. Het laagje kraakbeen tussen het basisgewricht van de grote teen wordt dunner en verdwijnt (gedeeltelijk). Meestal is er geen duidelijke oorzaak aan te wijzen voor het ontstaan van de slijtage. Soms is er wel een verklaring: een ongeval lang(er) geleden, reuma, jicht, verlammingen of een eerdere operatie.

Klachten

Meestal komt u met een stijve grote teen naar het ziekenhuis omdat de teen veel pijn geeft. Die pijn wordt veroorzaakt door het gemis van kraakbeen. Door de pijn gaat u de teen minder bewegen. Daarnaast probeert het lichaam het pijnlijke gewricht af te kapselen door extra bot te vormen, waardoor u de teen nog minder kan bewegen. Met name het omhoog bewegen (strekken) van de grote teen is beperkt. U kunt uw voet daardoor niet goed meer afwikkelen, waardoor lopen door de combinatie van pijn en stijfheid steeds lastiger gaat. Dit kan u tijdens uw werk, sport en in het dagelijks leven ernstig beperken. Soms hebben mensen niet zo zeer last van pijn het gewricht, maar meer van de ruimte innemende werking van het extra gevormde bot in de schoen.

Onderzoek

Om een stijve grote teen vast te stellen stelt de orthopeed u vragen, luistert hij naar uw klachten en doet lichamelijk onderzoek om de gevoeligheid en beperkte beweeglijkheid van het gewricht vast te stellen. Ook kan het extra aangegroeide bot gevoeld worden. Een röntgenfoto kan nodig zijn om te bepalen hoe ernstig de slijtage is. Hoeveel klachten u heeft en hoe ernstig de afwijking is, bepaalt welke behandeling voor u het meest geschikt is. Meestal wordt begonnen met het aanpassen van de schoen, maar soms is een operatie direct de beste optie. Na uitgebreide uitleg ten aanzien van de behandelmogelijkheden door uw arts, kunt u in overleg met uw arts besluiten welke opties in uw geval het verstandigst is.

Niet opereren

Door voor een steviger schoen te kiezen met een stijve loopzool, wikkelt de voet beter af en wordt de loopbeweging makkelijker waardoor u minder pijn heeft.

Eventueel kan een orthopedisch schoenmaker een zogenaamde OVAC (orthopedische voorziening aan confectieschoen) aan uw schoen maken. Daarbij wordt een paar van uw eigen schoenen voorzien van een stijve zool met een afwikkelbalkje ter hoogte van het versleten gewricht van de grote teen. Daardoor vindt de afwikkeling vooral plaats via de zool en wordt de grote teen minder geplaagd. Hieraan zijn wel kosten verbonden. Daarnaast kunt u eventueel pijnstillers gebruiken.

Operatie

Er zijn verschillende methoden voor een chirurgische correctie van een stijve grote teen. Afhankelijk van de ernst van de afwijking en metname de aard van uw klachten kiest de orthopeed in overleg met u voor een bepaalde operatiemethode.

De volgende operaties worden uitgevoerd (oplopend in ernst van de pijn en beperking in de beweeglijkheid):

  • Cheilectomie: tijdens deze operatie wordt het gewricht ontdaan van botuitsteeksels zodat het gewricht beter kan bewegen (dit wordt 'schoonmaken' genoemd). Deze operatie is met name een optie als het gewricht op zich niet zo pijnlijk is (bij bewegen) en er vooral klachten zijn als gevolg van de ruimte innemende werking van de botuitsteeksels in dichte schoenen.
  • Artrodese van het MTP-1-gewricht: tijdens deze operatie wordt het gewricht van kraakbeen ontdaan en vastgezet met een plaat en/of schroeven. U kunt een filmpje van deze operatie bekijken om te zien wat het inhoudt. De keuze zal op deze operatie vallen als uw grote teen gewricht erg pijnlijk is bij bewegen en als die pijn meer op de voorgrond staat dan de eventuele ruimte innemende werking van de botuitsteeksels.
  • Prothese: in Isala plaatsen we geen prothese bij een stijve grote teen. Naar onze mening zijn de resultaten van deze ingreep slechter dan van een artrodese. Volgens de laatste informatie is de vastzet-operatie de beste optie en zorgt deze vaak voor een hogere tevredenheid na de operatie. Er wordt nog steeds onderzoek naar gedaan in andere delen van Nederland. Hierbij worden de resultaten van beide operaties met elkaar vergeleken.

Na de operatie

Zorg dat u op de dag van de operatie twee elleboogkrukken meeneemt naar het ziekenhuis. Na de operatie komt de orthopedisch chirurg bij u langs op zaal. Hij bekijkt of u dezelfde dag of de volgende dag naar huis kan.

Na een cheilectomie moet u gedurende 1 tot 2 weken een voorvoetontlastende schoen (hakschoen) dragen. Het voordeel is dat de schoen uit kan als u niet loopt. Binnen 1 week mag u al starten met oefeningen om het gewricht snel op gang te helpen. 

Na een artrodese krijgt u voor 6 weken een gipsschoen met een afwikkelvoorziening er onder. Daarmee mag u de voet na 2 weken belasten. 

Complicaties

Algemene complicaties

  • Infectie: een infectie is helaas mogelijk bij elke operatie. Gelukkig komt een infectie na een operatie aan een stijve grote teen niet vaak voor, maar als het gebeurt kan operatief spoelen noodzakelijk zijn.
  • Trombose: verstopping van een ader doordat het been minder beweegt. Het wel of niet geven van bloedverdunners is een lastige afweging omdat bloedverdunners ook risico’s (bloeding) met zich mee kunnen brengen. U ontvangt spuiten om trombose te verlagen als u na de operatie een onderbeensgips krijgt en een van de volgende risicofactoren heeft: eerder trombose gehad, ouder dan 60 jaar, of een BMI boven de 30.
  • Doofheid rondom het litteken: door de huidsnede kunnen kleine huidzenuwen beschadigd raken. Dit geeft een doof gevoel in een gedeelte van de huid rondom de operatiewond. Meestal verdwijnen deze klachten in de loop van de tijd vanzelf. Soms zijn ze echter blijvend.
  • CRPS (dystrofie): dit is een ontregeling van de balans in de voet door de operatie wat zich kan uiten in diverse klachten zoals pijn, zwelling, verkleuring, temperatuursveranderingen, plaatselijk meer zweten of meer haargroei. Bij verdenking op CRPS (complex regionaal pijn syndroom) wordt u naar de (pijn)poli van de anesthesie (narcotiseur) of revalidatiearts verwezen: zij zijn hierin gespecialiseerd. Als u eerder CRPS heeft gehad, geeft u dat dan aan aan uw behandeld orthopedisch chirurg.

Complicaties correctie grote teen

  • Botten groeien vast maar niet in juiste stand: dit is een erg vervelende complicatie. Als de teen blijft zweven, te diep staat of afstaat, kan dit het lopen ernstig belemmeren. Dit kan een reden tot heroperatie zijn.
  • Bot groeit niet vast (non-union, pseudo-artrose): gelukkig komt deze complicatie zelden voor. Groeit het bot onverhoopt niet goed vast, dan is dit reden tot een heroperatie.
  • Last van metalen schroeven/plaatje: omdat de implantaten vrijwel direct onder de huid liggen – er ligt geen spier of vetweefsel overheen dat als stootkussen kan dienen - kunt u last krijgen van het materiaal. Als dat het geval is, kan in overleg met de orthopeed gekeken worden of het materiaal operatief verwijderd kan worden. Uiteraard moet een röntgenfoto dan wel aantonen dat het bot goed is vastgegroeid.

Stoppen met roken

Het is bekend dat voetoperaties bij rokers aanzienlijk vaker problemen geven met wondinfecties en niet goed vastgroeien van de botten dan bij niet-rokers. Deze problemen komen vijf keer vaker voor bij rokers dan bij niet-rokers.

Uit onderzoek blijkt dat als u ten minste 3 weken voor de operatie stopt met roken, het risico op deze complicaties daalt tot het niveau van een niet-roker. Daarom voert uw orthopedisch chirurg de operatie bij rokers alleen uit als u vanaf 3 weken vóór de operatie én tot minimaal 6 of 8 weken na de operatie volledig stopt met roken. Dit helpt het risico op vervelende complicaties zo laag mogelijk te houden. U kunt hulp krijgen van een Stoppen-met-Roken consulent binnen Isala, die samen met u kijkt welke stopmethode het beste bij u past.

Contact

Heeft u nog vragen, dan kunt u bellen met:

Orthopedie

088 624 56 56 (bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.30 tot 17.00 uur)

Laatst gewijzigd 21 maart 2025 / 8119