Contact
  1. 8461-Osteochondritis dissecans (OCD) knie

Bij osteochondritis dissecans (OCD) sterft een gedeelte van het kraakbeen in de knie samen met het onderliggende bot af en laat daarna los. In deze folder leest u hoe deze aandoening ontstaat, welke klachten erbij horen en hoe de behandeling eruit ziet.

Wat is OCD?

De knie bestaat uit drie botdelen:

  • het dijbeen (femur)
  • het scheenbeen (tibia)
  • en de knieschijf (patella).

In het kniegewricht ligt een zachte beschermlaag over de verschillende botdelen; het kraakbeen. Bij OCD sterft een gedeelte van dit kraakbeen samen met het onderliggende bot af (zie afbeelding 1). Het gedeelte dat afsterft blijft eerst op de plek, maar kan losraken en rondzweven in het kniegewricht. OCD kan pijnklachten geven en het losse gedeelte in de knie kan er ook voor zorgen dat de knie minder goed kan bewegen (slotklachten).

Illustratie osteochondritis dissecans (OCD) van de knie

Afbeelding 1: kraakbeen bij OCD

Er bestaan vier fases bij een OCD:

Fase 1

OCD zit vast en is omgeven door gezond weefsel.

Fase 2

OCD is gedeeltelijk losgelaten van het bot.

Fase 3

OCD is in zijn geheel losgelaten, maar zit nog op zijn plek.

Fase 4

OCD is volledig losgelaten en zweeft rond in het gewricht.

OCD komt vooral voor bij kinderen die in de groei zijn en vooral in de puberteit. Daarnaast komt OCD vaker voor bij jongens dan bij meisjes.

Wat is de oorzaak?

De exacte oorzaak van OCD is niet duidelijk. Waarschijnlijk speelt een lokaal verminderde bloedvoorziening een rol bij OCD. Ook zou het veroorzaakt kunnen worden door herhaaldelijk kleine trauma’s aan de knie, erfelijke factoren of hormoonstoornissen.

Wat zijn de klachten?

Niet alle mensen met OCD ervaren pijnklachten. In het beginstadium, wanneer het botdeel nog vast zit, worden er vaak geen pijnklachten ervaren. In de volgende fase, wanneer het botdeel los gaat zitten (maar nog wel op zijn plek ligt) wordt er meestal pijn en zwelling ervaren na inspanning (bijvoorbeeld na fietsen, wandelen, sporten). In de laatste fase, waarbij het botdeel met kraakbeen heeft losgelaten en niet meer op zijn plek ligt, kan er naast pijn en zwelling ook een beperking in het bewegen ontstaan (slotklachten).

Welke onderzoeken worden er gedaan?

De orthopedisch chirurg (of een arts in opleiding/physician assistant) stelt u eerst vragen en doet daarna lichamelijk onderzoek. Door een combinatie van het vraaggesprek en de bevindingen tijdens lichamelijk onderzoek (bijvoorbeeld pijn of functiebeperking bij bepaalde lichamelijke testen) kan de diagnose gesteld worden.

Daarnaast worden er ook röntgenfoto’s gemaakt. Op deze röntgenfoto is een OCD vaak zichtbaar. Naast de röntgenfoto kan er een MRI-onderzoek worden aangevraagd. Op deze MRI-scan is goed te zien in welke fase een OCD zich bevindt en wordt gekeken naar eventueel bijkomend letsel.

Wat is de behandeling?

De behandeling voor een OCD is afhankelijk van de fase waarin deze zich bevindt. Er zijn twee opties: een conservatieve behandeling (niet-operatief) of een operatieve behandeling.

Conservatieve (niet-operatieve) behandeling

Wanneer een OCD zich in fase 1 of 2 bevindt, is er kans op spontaan herstel. Zeker wanneer een patiënt nog in de groei is en de groeischijven nog niet volledig gesloten zijn.

Meestal wordt er gestart met een conservatieve behandeling. De patiënt mag belasten en bewegen op geleide van de (pijn)klachten. Sporten wordt afgeraden. Er volgen controles met een röntgenonderzoek om te bekijken of het fragment netjes op zijn plek blijft zitten.

Het succes van een conservatieve behandeling is van veel factoren afhankelijk, maar zeker in de groei is er een grote kans op volledige genezing.

Operatie

Als de conservatieve behandeling niet geslaagd is of wanneer een OCD zich in fase 3 of 4 bevindt, kan een operatie mogelijk helpen. De orthopedisch chirurg bespreekt welke operatie voor u de beste optie is.

Kijkoperatie met opboren OCD

Als het OCD-fragment stabiel is (fase 1 en 2), maar een patiënt blijft ondanks conservatieve therapie klachten houden, is het soms mogelijk een verbinding te maken tussen het OCD-fragment en het onderliggende bot. Dit gebeurt met een kijkoperatie waarin kleine gaatjes worden geboord vanuit het OCD-fragment naar het onderliggende bot. Het doel van de behandeling is dat het OCD-fragment geneest door een verbeterde bloedtoevoer en instroom van groeifactoren.

(Kijk)operatie met vastzetten OCD

Het vastzetten van een OCD-fragment of terugplaatsen van een OCD-fragment dat is losgeraakt (refixatie) gebeurt met schroeven die net onder het kraakbeenoppervlak komen te liggen. Het terugplaatsen van een OCD-fragment dat losgeraakt is, is alleen mogelijk als het botgedeelte van het fragment groot genoeg, vitaal en van goede kwaliteit is en het kraakbeen eroverheen intact. Het doel van de refixatie is dat het fragment weer netjes vastgroeit. Dit duurt ongeveer 6 – 8 weken. U mag de knie in deze periode niet belasten.

Osteochondral Autografting Transfer System (OATS)

Als het niet mogelijk is het OCD-fragment terug te plaatsen, is een OATS-procedure eventueel een optie. Een OATS-procedure is een transplantatie van een rondvormig stuk kraakbeen vanuit een onaangedaan gebied in uw knie (donorgebied) naar het OCD-defect. Het onaangedane gebied is een gebied van uw knie waar geen belasting op komt. Het kan zijn dat er meerdere OATS-pluggen nodig zijn voor het defect. Of dat mogelijk is, hangt af van de grootte van het donorgebied. Als er meerdere OATS-pluggen worden gebruikt, heet dit een mozaïekplastiek. Een OATS-procedure is alleen mogelijk bij kleine en middelgrote defecten.

Resultaat

Patiënten ervaren gemiddeld een verbetering in functie en afname van pijn na de behandeling. Echter is het herstel onder andere afhankelijk van de ingreep. De orthopedisch chirurg bespreekt de procedure en resultaten uitgebreid met u.

Complicaties

De operatie wordt door gespecialiseerde kniechirurgen uitgevoerd. Zij doen dit met zorg. Toch kunnen er soms complicaties optreden.

  • Algemene complicaties die kunnen optreden zijn: een wondinfectie, een trombosebeen, anesthesiegerelateerde risico’s en een nabloeding.
  • Specifieke complicaties zijn bijvoorbeeld: zwelling van de knie, doofheid van de huid rond de knie, het niet slagen van de fixatie van het fragment of OATS-procedure en slijtage van de knie op de lange termijn.

Contact

Heeft u nog vragen, dan kunt u bellen met de locatie waar u onder behandeling bent:

Zwolle, Kampen of Heerde

Orthopedie
088 624 56 56 (bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.30 tot 17.00 uur)

Meppel of Steenwijk

Orthopedie
088 624 96 56 (bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.30 tot 17.00 uur)

Kunt u niet komen? Laat het ons snel weten, dan maken wij een nieuwe afspraak.

Laatst gewijzigd 15 maart 2022 / 8461