Amandelen verwijderen bij kinderen Amandelen verwijderen bij kinderen
- Isala
- Patiëntenfolders
- 5310-Amandelen verwijderen kinderen

Voorbereiding, operatie en nazorg
Keelamandelen bestrijden binnendringende ziektekiemen. Soms hopen ziektekiemen zich op waardoor de amandelen ontstoken raken, zoals ook bij uw kind is gebeurd. Daarom heeft de keel-, neus- en oorarts (KNO-arts) in overleg met u besloten de amandelen te verwijderen. Hier leest u meer over de operatie, voorbereiding op de opname en nazorg thuis.
Keel- en neusamandelen
Keelamandelen
Keelamandelen zijn grote knobbels die achter in de keel zitten en die bestaan uit lymfeklierweefsel. Amandelen werken als een soort filters die binnendringende ziektekiemen bestrijden. Soms hopen de ziektekiemen zich in de amandelen op waardoor de amandelen ontstoken en opgezwollen raken. De amandelen zijn dan niet meer nuttig, maar worden zelf de oorzaak van ontstekingen. Vaak zijn ook lymfeklieren in de hals voelbaar.
Verschijnselen van ontstoken keelamandelen zijn:
- keelontstekingen
- slechte adem
- slikklachten, afgenomen eetlust
- koorts
- lymfeklierzwelling in de hals
- moeheid, hangerigheid
- snurken
Na het verwijderen van de keelamandelen kunnen deze klachten verdwijnen.
Neusamandel
De neusamandelen liggen boven de keel, achter het zachte gehemelte en bestaan uit lymfeklierweefsel. Vergrote of ontstoken neusamandelen blokkeren de uitgang van de neus naar de keel, waardoor de neusademhaling wordt verstoord en neusverkoudheid slecht geneest. Daarnaast wordt ook de uitgang van de buis van Eustachius naar de oren geblokkeerd. Hierdoor ontstaat er een vochtophoping achter de trommelvliezen. Dit vermindert het gehoor.
Wanneer de amandelen meer kwaad dan goed doen, stelt de KNO-arts voor om deze ziektebron te verwijderen. Het overige lymfestelsel zal de taak van de amandelen daarna overnemen. Als de keelamandelen ontstoken zijn, raakt ook de neusamandel ontstoken. Daarom wordt de neusamandel ook verwijderd als de keelamandelen worden verwijderd. Andersom, als de neus amandel wordt verwijderd, hoeven de keelamandelen niet altijd verwijderd te worden.
Verschijnselen van ontstoken neusamandel zijn:
- regelmatig terugkerende middenoorontsteking
- verkoudheden
- slapen met open mond
- snurken
- loopneus
- koortspieken
- hoesten
Na het verwijderen van de neusamandelen kunnen deze klachten verdwijnen.
Mogelijke complicaties
De meest voorkomende complicatie bij deze operatie is het ontstaan van een nabloeding. Ook kan het stemgeluid door de operatie (tijdelijk) veranderd zijn.
Voor de operatie
Om uw kind zo goed mogelijk voor te bereiden op de operatie, raden wij u aan om vooraf thuis te vertellen wat er gaat gebeuren. Ook kunt u samen met uw kind het fotoalbum 'amandelen knippen' onderaan deze pagina op de website bekijken.
Preoperatief onderzoek
Voor de operatie heeft uw kind een afspraak op de afdeling Preoperatief onderzoek. Om u goed voor te bereiden op de operatie vult u een vragenlijst in en heeft u een gesprek met de anesthesioloog. De anesthesioloog geeft u uitleg over de vorm van anesthesie die tijdens de operatie gebruikt wordt. Ook krijgt u uitleg over de pijnbestrijding.
Nuchter voor de operatie
Om ernstige complicaties zoals longontsteking te voorkomen, moet uw kind voor de operatie nuchter zijn. Wat nuchter zijn inhoudt, leest u in de folder 'Algehele anesthesie (narcose) bij kinderen'.
De begeleidende ouder wordt geadviseerd zelf van tevoren wel goed te eten. De ervaring heeft geleerd dat spanning in combinatie met een lege maag de kans op flauwvallen vergroot. Wees dus niet solidair nuchter met uw kind.
Mocht uw kind na de genoemde tijden toch gegeten en gedronken hebben, belt u dan zo spoedig mogelijk het volgende telefoonnummer (038) 424 23 14.
Lees meer over dit onderwerp in de folder Algehele anesthesie (narcose) bij kinderen op de website van Isala.
Ziekte
Is uw kind op de opnamedag ziek en / of heeft het koorts? Neemt u dan contact op met het volgende telefoonnummer (038) 424 23 14. Als uw kind in de drie weken vóór opname in contact is geweest met kinderziekten zoals bof, mazelen, rode hond, kinkhoest, roodvonk of waterpokken of wanneer uw kind in deze periode een vaccinatie heeft gekregen, neemt u contact op met onze polikliniek Keel-, neus- en oorheelkunde via telefoonnummer (038) 424 23 84.
Medicijnen
Als uw kind medicijnen gebruikt, geeft u deze dan volgens het voorschrift van de anesthesioloog, dat u kreeg op de afdeling Preoperatief onderzoek.
Om er voor te zorgen dat uw kind zo min mogelijk pijn heeft is het belangrijk dat u uw kind vóór de operatie pijnstilling geeft. Uw arts heeft een recept voor paracetamol en diclofenac uitgeschreven. Daarvan dient u de eerste dosis voordat u van huis vertrekt aan uw kind te geven.
Opname
U neemt het volgende mee naar het ziekenhuis:
- pyjama;
- sloffen;
- extra ondergoed, sokken;
- knuffel of lievelingsspeelgoed;
- eventuele medicijnen die uw kind gebruikt;
- eventuele eigen fles of tuitbeker;
- eventuele fopspeen als uw kind hieraan gehecht is;
- papieren zakdoekjes;
- emmer en handdoek voor terugreis in auto (i.v.m. spugen).
Let op
- Zorg ervoor dat uw kind geen sieraden draagt op de opnamedag, ook geen oorbellen.
- Als uw kind lang haar heeft, kunt u dit het beste bij elkaar binden in een vlecht of staart.
- Als ouder wordt u geadviseerd donkere kleding te dragen. Dit in verband met mogelijke vlekken in uw kleding, als u uw kind na de operatie op schoot neemt of als uw kind ineens moet spugen.
Melden
Meldt u zich op de afgesproken tijd bij de balie van het Behandelcentrum (gebouw W). Voor een goede organisatie is het belangrijk dat u op tijd aanwezig bent.
Er is één ouder/verzorger welkom op de afdeling. Voor de terugreis is het veiliger om met twee personen te zijn, voor het geval uw kind misselijk wordt onderweg. Het is niet toegestaan broertjes of zusjes mee te nemen. Een verpleegkundige haalt u op uit de wachtruimte. Deze verpleegkundige is gedurende de opname uw contactpersoon.
Voorbereiding
Bekijkt u thuis ter voorbereiding het digitale fotoboek met uw kind. Bij opname volgt een kort opnamegesprek met u en uw kind door de verpleegkundige. Op de kamer kan uw kind omkleden en de eigen pyjama aantrekken. Uw kind krijgt een naambandje om en de temperatuur wordt opgenomen met de oorthermometer. Als het gewicht nog niet bekend is, gaat uw kind nog even op de weegschaal.
Daarna kunt u samen met uw kind wachten in de speelhoek tot uw kind aan de beurt is. Wij verzoeken u als ouder om niet te eten en te drinken in de buurt van nuchtere kinderen in de wachtruimte.
Uw kind begeleiden bij de anesthesie
De verpleegkundige begeleidt uw kind en één van de ouders naar de operatiekamer. Uw kind neemt plaats op de behandeltafel en wordt onder narcose gebracht. Tijdens het toedienen van de narcose is het belangrijk dat u als ouder probeert om zelf zo rustig mogelijk te blijven, want dit straalt u dan ook uit naar uw kind.
Het onder narcose gaan met een kapje duurt vrij lang. Het is mogelijk dat uw kind bij het begin van de narcose wat onrustig beweegt of wegdraait met de ogen. Dit zijn normale reacties. Als uw kind slaapt, vraagt de verpleegkundige u de operatiekamer met haar te verlaten. U kunt op de uitslaapkamer wachten tot uw kind terugkomt. Dit duurt ongeveer vijf à tien minuten. Meer informatie over het begeleiden van uw kind bij narcose leest u in de folder Algehele anesthesie (narcose) bij kinderen op de website van Isala.
Na de operatie
Uw kind komt direct na de ingreep en het uitzuigen van de keel weer terug op de uitslaapkamer. Door het uitzuigen van de keel kan uw kind al wakker worden en beginnen te huilen. Uw kind zal na de ingreep flinke keelpijn hebben en kan overstuur zijn. Deze pijn kan ook doortrekken naar de oren, zodat uw kind kan klagen over oorpijn. Op de operatiekamer heeft uw kind meestal een infuusnaald ingebracht gekregen, waardoorheen eventueel een snelwerkende pijnstiller gegeven kan worden en waarop zo nodig een infuus kan worden aangesloten.
Het is goed als uw kind direct na de ingreep begint met drinken. Bij jongere kinderen gaat dat uit een eigen beker of fles het beste. Geef uw kind elke vijf minuten een slok koud drinken. Door de kou en slikbewegingen knijpen de bloedvaatjes goed samen waardoor het bloeden stopt en de pijn vermindert. Na de operatie kan uw kind oud bloed braken (donker van kleur). Hierover hoeft u zich geen zorgen te maken. Het is bloed dat tijdens de operatie in de maag is gekomen.
Het risico op nabloeden (spugen van helder rood bloed) is de eerste uren na de operatie het grootst. Kinderen blijven daarom ter observatie opgenomen op de afdeling. Als er geen tekenen zijn van een nabloeding, mag uw kind twee uur na de operatie naar huis. Zijn er wel tekenen van een nabloeding, dan bekijkt de KNO-arts welke behandeling noodzakelijk is.
Na de operatie komt de arts langs om u te vertellen hoe de operatie is verlopen. Voordat u naar huis gaat, verwijdert de verpleegkundige de infuusnaald en geeft zij u informatie over de nazorg.
Weer thuis
Bij thuiskomst kan uw kind zich de eerste paar dagen flink ziek voelen. Voorkom dat uw kind de eerste dagen kou vat en zich lichamelijk te veel inspant.
Pijn
Uw KNO-arts heeft een recept diclofenac en paracetamol tegen de pijn voorgeschreven. U kunt deze bij de apotheek ophalen. Ook al klaagt uw kind niet over pijn, toch adviseren wij u om consequent deze medicatie te geven gedurende de eerste dagen na de operatie. Hierdoor is er altijd wat pijnstillende stof in het bloed van uw kind aanwezig, waardoor hij of zij zich beter voelt en makkelijker kan drinken.
De dosering wordt bepaald door het gewicht van uw kind (zie tabel):
Gewicht kind | Dosering paracetamol zetpillen | Dosering diclofenac |
7 tot en met 9 kilo | 3 maal daags 240 mg | |
10 tot en met 14 kilo | 4 maal daags 240 mg | 2 maal daags 12,5 mg |
15 tot en met 19 kilo | 3 maal daags 500 mg | 3 maal daags 12,5 mg |
20 tot en met 29 kilo | 4 maal daags 500 mg | 4 maal daags 12,5 mg |
30 tot en met 39 kilo | 3 maal daags 1000 mg | 3 maal daags 25 mg |
Gedurende de eerste drie dagen kunt u uw kind pijnstilling geven volgens bovenstaand schema. Daarna kunt u het afbouwen, al naar gelang de pijnklachten. Als uw kind 's nachts wakker wordt, geef hem of haar dan een slokje koud water te drinken.
Nabloeding
Als uw kind helder rood bloed spuugt, kan dit duiden op een nabloeding. Andere verschijnselen van een nabloeding zijn:
- Uw kind is onrustig of juist sloom en slap.
- Uw kind ziet grauw/bleek.
- Er sijpelt regelmatig wat bloed uit de mond/neus (of uw kind slikt dit door).
Neemt u in deze gevallen contact op met het ziekenhuis. Overdag kunt u bellen met de polikliniek Keel-, neus- en oorheelkunde via telefoon (038) 424 2384. 's Avonds, 's nachts en in het weekend belt u met het algemene ziekenhuisnummer (038) 424 5000 en laat u zich doorverbinden met de afdeling Spoedeisende hulp.
Koorts
Vaak hebben kinderen na deze ingreep wat verhoging. Dit is normaal en de temperatuur zakt vaak na het geven van paracetamol. Mocht de temperatuur ondanks de paracetamol oplopen tot boven de 39 °C, neemt u dan contact op met de polikliniek Keel-, neus- en oorheelkunde.
Eten en drinken
Laat uw kind de eerste dagen regelmatig slokjes koud drinken, want dat houdt de keel schoon en bespoedigt de genezing. Ook ijsjes hebben een pijnstillende werking. Verder mag uw kind vanaf de operatiedag eten of drinken waar het zin in heeft. Zorg er wel voor dat uw kind voldoende blijft drinken.
Wond
Het knippen van keelamandelen veroorzaakt een grote wond. In enkele dagen tijd vormt zich een laagje op deze wond met een grijze kleur en een onaangename geur. Het is te vergelijken met een korstje op een wond op de huid en heeft dezelfde functie. Onder die korst vindt genezing plaats. Na ongeveer een week laat de korst vanzelf los. De wond is dan grotendeels hersteld.
Binnen blijven
Houd uw kind een paar dagen binnen om infectiegevaar te voorkomen. In het algemeen is een kind na een week weer voldoende opgeknapt om buiten te spelen en eventueel naar school/dagopvang te gaan.
Zwemmen
Het is verstandig om uw kind de eerste twee weken na de operatie niet te laten zwemmen, omdat het chloorwater het slijmvlies te veel irriteert.
Controle
De meeste kinderen knappen snel op na de ingreep. Een controleafspraak is dan ook meestal niet nodig. Mocht uw kind toch nog klachten hebben, dan kunt u binnen een jaar rechtstreeks bij de KNO-arts terecht. Is de ingreep langer dan een jaar geleden, dan is een verwijzing via uw huisarts noodzakelijk.
Contact
Heeft u nog vragen, dan kunt u bellen met de locatie waar u onder behandeling bent:
Zwolle
Keel-, neus- en oorheelkunde
(038) 424 23 84 (bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.30 tot 17.00 uur)
Kunt u niet komen? Laat het ons snel weten, dan maken wij een nieuwe afspraak.
Wij wensen uw kind een spoedig herstel.
Amandelen knippen
Wat gebeurt er als de amandelen van uw kind worden geknipt? Om dit kort en krachtig uit te leggen, hebben we een fotoalbum gemaakt. Met dit fotoalbum kunt u uw kind, maar ook uzelf, in de thuissituatie alvast goed voorbereiden op de operatie.
Let op
Vanwege het coronavirus hebben wij de werkwijze op onze afdeling (tijdelijk) aangepast. Wij hebben de belangrijkste veranderingen voor u op een rijtje gezet.

Behandelcentrum
Lotte gaat met haar ouders naar het Behandelcentrum. Ze wordt geopereerd aan haar amandelen. Haar ouders hebben Lotte thuis een zetpil of tablet gegeven. Hierin zit een pijnstillende stof dat er voor zorgt dat ze minder keelpijn heeft na de operatie.
Een lege maag is belangrijk voor de veiligheid van de operatie. Daarom heeft ze de afgelopen 6 uur niet meer gegeten. En mocht Lotte drinken volgens de afspraken hierover met de slaapdokter.

Aanmelden
Ze meldt zich bij de secretaresse en krijgt een kleurplaat.

Wachtruimte

Ophalen
Ze wordt opgehaald samen met andere kinderen die ook geopereerd worden aan hun keelamandelen. Best gezellig!

Uitleg
Samen krijgen ze uitleg over hoe het zal gaan vandaag.

Een kapje
Voor het slaapmiddel krijgt Lotte straks bij de dokter een kapje. De zuster vertelt Lotte er alles over. De beer krijgt als eerste het kapje op.

Oefenen met het kapje
Lotte mag ook even oefenen met het kapje.

Pyjama aantrekken
Ze gaan samen naar een 4-persoonskamer. Daar trekt Lotte haar pyjama aan. Thuis heeft ze haar armbandje en ringetje al afgedaan en haar haren in een staart. Ze heeft er ook aan gedacht haar nagellak eraf te halen.

Plastic armbandje
Ze krijgt een plastic armbandje om met daarop haar naam en geboortedatum. Zo weet iedereen dat zij Lotte is!

Temperatuur meten
De zuster komt langs om nog een paar vragen te stellen en om de temperatuur te meten in het oor van Lotte.

Speelhoek
Lotte mag met haar ouders naar de speelhoek waar nog meer kinderen spelen die wachten voor de operatie.

Ophalen
Als Lotte aan de beurt is wordt ze opgehaald. Papa gaat met haar mee naar de dokter, mama wordt naar de uitslaapkamer gebracht, waar ze wacht tot Lotte terug komt van de operatie.

Naar de operatiekamer
Lotte loopt in haar pyjama naar de operatiekamer. Haar knuffel mag ook mee. Er staat een team in blauwe kleding op haar te wachten.

Op het bed zitten
Lotte mag op het bed zitten terwijl de dokters samen nog allerlei vragen stellen aan haar vader. Dit doen ze om te controleren of alles klopt.

Narcose
De slaapdokter zorgt samen met zijn twee assistenten voor de narcose. Narcose betekent dat je in een diepe slaap wordt gebracht. Dan merk je niets van de operatie.

Een kapje
Lotte krijgt een kapje op waar lucht uitkomt. Het stinkt wel een beetje, daarom ademt ze goed door haar mond. Ze hoort eerst papa nog praten maar valt dan langzaam in slaap.

Uitslaapkamer
Lotte wordt wakker op de uitslaapkamer waar papa en mama ook zijn.

Water drinken
Ze moet meteen water drinken om haar keel goed schoon te spoelen.

Een bakje
Lotte voelt zich nog een beetje misselijk en spuugt rood slijm uit in een bakje. Dit komt door de operatie en gaat vanzelf weer over.

Eigen spulletjes
Lotte wordt net als de andere kinderen uit het groepje weer teruggebracht naar de kamer waar haar spulletjes liggen.

Goed drinken
Papa legt uit dat het heel belangrijk is voor Lotte om de komende uren goed te drinken, dan wordt haar keel het snelst weer beter en doet het minder pijn.

IJsjes
IJsjes helpen ook heel goed tegen een zere keel.

Zuster
De zuster is steeds op de kamer aanwezig en kijkt of het goed gaat met alle kinderen.

Infuusdopje
Lotte heeft goed gedronken en mag een paar uurtjes na de operatie alweer naar huis. De zuster haalt het infuusdopje uit haar hand. Dat doet geen pijn.

Pleister
Lotte krijgt een mooie pleister, haar knuffel krijgt er ook een!

Naar huis
Lotte mag naar huis. Het duurt nog wel een week voor ze weer naar school kan.

Dapperheidsdiploma
Ze heeft haar dapperheidsdiploma verdiend!




























