Contact
  1. 5546-Plaspoli

Binnenkort bezoekt u met uw kind de Plaspoli (of u bent er al onlangs al geweest), omdat uw kind regelmatig ongewild urine verliest (dit wordt incontinentie genoemd) of omdat uw kind moeite heeft met zindelijk worden. ​Op de Plaspoli van Isala werken een kinderarts en uroloog nauw samen met een verpleegkundig specialist om kinderen met plasproblemen te helpen. Hier leest u wat u kunt verwachten van de behandeling op de Plaspoli.

Wat is incontinentie?

Bij vrijwel alle vormen van incontinentie (ook bij kinderen) gaat het om het verlies van steeds kleine hoeveelheden urine met als gevolg natte plekken in de broek of in bed.

De meest voorkomende vorm van incontinentie op kinderleeftijd wordt meestal veroorzaakt door urineweginfecties, vaak al vanaf peuterleeftijd. Veel kinderen ontwikkelen een verkeerde reactie op aandrang en houden hun plas daardoor verkeerd op.

De blaas is niet alleen kramperig, maar komt in de loop van de tijd steeds moeilijker leeg met een urineweginfectie tot gevolg. Kinderen die hier last van hebben, moeten dus niet alleen leren hun plas beter op te houden, maar ook leren goed te plassen, zodat hun blaas helemaal leeg wordt.

Behandeling

De behandeling van incontinentie is gericht op het normaliseren van de manier van plassen (het plaspatroon). U bezoekt hiervoor de uroloog of kinderarts. Die richt zich op onderzoek van het plasprobleem van uw kind.

Ook vertelt de arts wat u en uw kind kunnen doen om dit probleem op te lossen. Soms schrijft hij/zij medicijnen voor om de blaas te ontspannen en/of om obstipatie (verstopping) tegen te gaan. Tijdens deze behandelingsperiode krijgen u en uw kind begeleiding van de verpleegkundig specialist.

Zindelijk worden

Ouders van kinderen met zindelijkheidsproblemen gaan niet meteen naar een gespecialiseerd team. Vaak proberen ze eerst van alles zelf. Soms helpt het als een deskundige zorgverlener advies geeft hoe u als ouders het best uw kind kan begeleiden in het leren naar de wc te gaan. De Plaspoli kan deze begeleiding eenmalig, maar ook voor een langere periode geven.

Leren om overdag droog te worden

De behandeling door de verpleegkundig specialist betekent een training die ongeveer een half jaar duurt. De behandeling kan bestaan uit:

  • polikliniekbezoeken;
  • telefonische instructie/coaching;
  • training in dagbehandeling.

Het nat zijn is het probleem van het kind zelf. Daarom staat hij of zij centraal tijdens de training en is hij of zij zelf verantwoordelijk voor resultaten. Ouders worden als supporters benaderd die het kind zo veel mogelijk aanmoedigen om goede resultaten te halen.

Tijdens de polibezoeken worden de leerelementen van de training uitgelegd:

  • hoe moet je plassen;
  • hoe vaak moet je plassen;
  • wanneer moet je plassen.

Flowmeter

Verder plast het kind tijdens elk polibezoek op een flowmeter. Hierbij kan hij of zij zelf direct (op een beeldscherm) zien of het plassen wel of niet goed gaat. Dit wordt de biofeedbackmethode genoemd.

Ook bekijkt de verpleegkundig specialist met een blaasscan of uw kind de blaas goed leeg plast. De blaasscan is een soort echoapparaat, dat met een beetje gel op de blote onderbuik van uw kind wordt geplaatst en meet hoeveel urine er in de blaas is achtergebleven.

Leren om ‘s nachts droog te worden

Bedplassen is geen ernstig medisch probleem, maar wel een lastig probleem. Het maakt het voor kinderen bijvoorbeeld moeilijk om uit logeren te gaan. Ook is het ‘s morgens vervelend wakker worden als het bed nat is. En het is voor kinderen een raar idee dat ze ‘s nachts als ze slapen geen controle hebben over hun blaas.

Het is bekend dat elk jaar 15% van de kinderen die in bed plassen, droog wordt zonder training. Trainen kan het proces van droog worden echter aanmerkelijk versnellen.

Motivatie

Hierbij is het wel van belang dat vooraf wordt bekeken of een kind gemotiveerd is. Is het kind gemotiveerd om droog te worden, dan is de kans op een succesvolle training groot. Zowel kind als ouders worden tijdens deze training gecoacht.

De training bestaat uit:

  • informatie over gedragsregels;
  • uitleg van de plaswekker;
  • begeleiding bij voorgeschreven medicijnen (indien nodig).

Contact

Heeft u nog vragen, dan kunt u bellen met de locatie waar uw kind onder behandeling is:

Zwolle, Kampen of Heerde

Kindergeneeskunde
088 624 50 50 (bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.30 tot 17.00 uur)

Urologie
088 624 27 40 (bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.30 tot 17.00 uur)

Meppel of Steenwijk

Kindergeneeskunde
088 624 32 46  (bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.30 tot 17.00 uur)

Het team van de Plaspoli bestaat uit:

  • dr. M.G. Steffens, uroloog
  • mw. M. Trompetter, uroloog
  • mw. F.J. Kloosterman-Eijgenraam, kinderarts
  • mw. J.L.A. Ekelmans-­Hogenkamp, verpleegkundig specialist
  • mw. G. Kroes, urotherapeut/verpleegkundig specialist
  • mw. F. Hoogeveen, kinderverpleegkundige
  • mw. A. Drost, urotherapeut
  • mw. E. de Vries, urotherapeut
  • mw. J. Hooijer, pedagogisch medewerker.

Verantwoording tekst

Deze tekst is samengesteld door het team van de Plaspoli met dank aan UMC Utrecht, divisie Kinderen en het AMC Amsterdam, afdeling Gastro-enterologie voor het gebruik van hun materiaal.

Laatst gewijzigd 23 november 2022 / 5546