Contact
  1. 8050-Achillespees kuitspierverlenging: voorbereiding operatie

Met een operatie kan uw achillespees of kuitspier verlengd worden. In deze folder vindt u meer informatie over de gang van zaken rondom deze operatie.

Oorzaak en klachten

De achillespees is de grootste pees van het menselijk lichaam. De pees verbindt de kuitspieren met het hielbeen. De achillespees is een kwetsbare plek. Bij een aangeboren of op latere leeftijd ontstane verkorting van de achillespees kunnen problemen ontstaan.

Een verkorte achillespees kan verschillende oorzaken hebben. Vaak treedt de verkorting op tijdens de groei. Soms ontstaat het op jonge leeftijd waarbij dan vaak op de tenen wordt gelopen. De belangrijkste oorzaak is een aandoening van de hersenen of de zenuwen. Hierdoor gaat het lopen minder goed en wordt de voet niet goed meer gebruikt. Wanneer de achillespees te kort is, kunnen verschillende problemen ontstaan tijdens het lopen:

  • een verhoogde eeltvorming onder de voet;
  • instabiliteitklachten van de enkel;
  • pijnklachten in de voet.

Mensen lopen door een verkorte achillespees vaak op de tenen.

Behandeling

Er zijn meerdere manieren om deze achillespeesklachten te behandelen, zoals relatieve rust, aanpassing in het loopschema, schoenadvies, fysiotherapie, steunzolen en een operatie.

Operatie

Achillespeesverlenging

Een achillespeesverlenging gebeurt over het algemeen door een aantal heel kleine steekgaatjes te maken in de achillespees. Hiermee wordt de achillespees gemiddeld één centimeter verlengd. Dit heeft een goed effect op de stand van de voet. Een achillespeesverlenging kan ook met behulp van een snee van ongeveer 10 centimeter plaatsvinden. Afhankelijk van de mate en type achillespeesverkorting wordt de operatiemethode gekozen.

Kuitspierverlening

Een andere techniek die veel wordt toegepast is de kuitspierverlenging. De kuitspierverlenging gebeurt door het maken van een klein sneetje van ongeveer 15 centimeter boven het hielbeen. Hiermee wordt de kuitspier gemiddeld één centimeter verlengd. Ook deze techniek heeft een groot effect op de stand van de voet. Het hele onderbeen en de voet worden na de operatie ingegipst, zodat het wondgebied kan genezen.

Welke operatie in uw geval het meest geschikt is, zal uw behandelend arts met u bespreken.

Voorbereiding operatie

  • U krijgt voorafgaand aan de operatie een preoperatieve screening op de afdeling Preoperatief onderzoek.
  • Haal vóór uw ziekenhuisopname elleboogkrukken. Het is belangrijk dat u de krukken bij opname in het ziekenhuis meebrengt. U kunt deze onder andere lenen bij thuiszorgwinkels (neem hiervoor een legitimatiebewijs mee).
  • Regel hulp bij thuiskomst van familie of vrienden. U bent direct na de operatie namelijk minder mobiel. Mocht u persoonlijke of huishoudelijke hulp nodig hebben, is het verstandig dit van tevoren te regelen.
  • U bent na de operatie niet in staat zelf auto te rijden. Regel dus vooraf vervoer naar huis.
  • Tijdens de preoperatieve screening krijgt u van de anesthesioloog informatie over de inname van medicijnen vóór de operatie.
  • Als u bloedverdunnende medicijnen gebruikt, mag u deze voor de operatie niet meer innemen. Gebruikt u Ascal? Stop hier dan 10 dagen voor de operatie mee. Gebruikt u Marcoumar, acenocoumarol of andere medicijnen via de Trombosedienst? Overleg dan met uw behandelend arts wanneer u hiermee moet stoppen.
  • Wij verzoeken u het gedeelte van het lichaam waar u wordt geopereerd niet meer te scheren of op een andere manier te ontharen. Dit vermindert het risico op een infectie. Als de chirurg scheren toch nodig vindt, gebeurt dit voor de operatie op de operatiekamer.

Complicaties

Zeldzame complicaties van deze operatie zijn een nabloeding of wondinfectie in het operatiegebied. Omdat u tijdens en vlak na de operatie stil ligt in bed en dus minder beweegt, kan er een verstopping van een bloedvat in het been (trombose) ontstaan. Trombose is herkenbaar aan een dikke en pijnlijke kuit. Zonder goede behandeling kan trombose ernstige gevolgen hebben. Het stolsel kan naar de longen of hersenen schieten.

Omdat er sneden in de huid worden gemaakt, kan een huidzenuw beschadigd raken. Dit geeft een doof gevoel in een gedeelte van de huid, aan de zijkant van uw voet. Meestal verdwijnen deze klachten in de loop van de tijd vanzelf. Soms zijn ze echter blijvend.

Direct na de operatie

In de meeste gevallen wordt u na de operatie één nacht opgenomen. De dag na de operatie krijgt u BKT-gips (badkamer-keuken-toiletgips) in onze gipskamer. Met dit gips mag u alleen naar de badkamer, keuken en het toilet lopen. Dus hele kleine stukje in huis, maximaal vijf tot tien meter per keer. Na twee weken krijgt u loopgips. 

Tot zes weken na de operatie moet u één keer per dag een spuitje (Fraxiparine) toedienen om trombose te voorkomen.

Een goede pijnbestrijding is belangrijk voor het genezingsproces. De recepten voor de medicijnen krijgt u tijdens uw opname in het ziekenhuis. Als dit onvoldoende helpt, neemt u dan contact met ons op.

Weer thuis

Gips

In totaal heeft u zes weken gips. Twee weken na de operatie wordt uw wond gecontroleerd en het gips gewisseld. U krijgt dan loopgips voor vier weken. Het gips wordt na zes weken na de operatie verwijderd door de gipsverbandmeester. U heeft dan geen afspraak met uw specialist. Zes weken na het verwijderen van gips heeft u een afspraak met uw specialist.

Wanneer mag ik weer lopen?

De eerste twee weken mag u alleen korte stukjes lopen, zoals beschreven onder het kopje “Direct na de operatie”. Twee weken na de operatie krijgt u loopgips. Hiermee mag u weer belast lopen.

Adviezen en leefregels

  • Vaak blijft uw voet nog lange tijd gezwollen. Om de zwelling te verminderen legt u uw been hoog. Dit doet u in ieder geval de eerste twee weken na de operatie. Uw voet ligt hierbij hoger dan uw knie. Leg ook tijdens het slapen uw been hoog. Zet hiervoor de achterkant van het bed omhoog of leg een kussen onder het matras.
  • U mag na de operatie niet zelf met de auto of fiets naar huis rijden. Het is verstandig om af te spreken dat iemand u komt halen. Zolang u gips heeft, is het juridisch niet toegestaan een voertuig te besturen.
  • Pas na het verwijderen van het loopgips beoordeelt uw specialist of fysiotherapie nodig is. In dat geval krijgt u een verwijsbrief voor fysiotherapie mee. U kunt dan zelf een afspraak bij een fysiotherapeut bij u in de buurt maken.
  • Wanneer u weer mag beginnen met sporten is afhankelijk van uw leeftijd en conditie. Begin voorzichtig als u weer mag sporten. Sterke en plotselinge bewegingen van uw kuitspier mag u lange tijd niet doen. Voor volwassenen kan dit tot elf maanden duren, voor kinderen is dit korter. Het onderstaande schema geeft per leeftijdsgroep aan wanneer u weer mag sporten. Overleg dit echter altijd met uw specialist.
    Kinderen onder 6 jaar mogen na het verwijderen van gips alles weer doen wat kan zonder pijn.
    Kinderen tussen 6 en 10 jaar mogen zes weken na het verwijderen van het gips voorzichtig gaan sporten. In deze periode mag er geen plotselinge kracht gezet worden tijdens de activiteiten, zoals sprinten en springen. Twaalf weken na het verwijderen van het gips mag er weer gewoon gesport worden.
    Jongeren van 10 tot 15 jaar mogen negen weken na het verwijderen van het gips voorzichtig gaan sporten. In deze periode mag er geen plotselinge kracht gezet worden tijdens de activiteiten, zoals sprinten en springen. Achttien weken na het verwijderen van het gips mag er weer gewoon gesport worden.
    Mensen van 15 jaar en ouder mogen twaalf weken na het verwijderen van het gips voorzichtig gaan sporten. In deze periode mag er geen plotselinge kracht gezet worden tijdens de activiteiten, zoals sprinten en springen. Vierentwintig weken na het verwijderen van het gips mag er weer gewoon gesport worden.
  • Fietsen of autorijden is na het verwijderen van het gips geen probleem.
  • U kunt weer gaan werken als u geen gips meer heeft. Heeft u zittend werk en heeft u vervoer? Dan kunt u mogelijk in overleg met uw bedrijfsarts uw werk parttime met gips weer beginnen.

Aanvullende informatie

Op verschillende sites kunt u terecht voor nuttige informatie:

Contact

Heeft u nog vragen, dan kunt u bellen met de locatie waar u onder behandeling bent:

Zwolle

Revalidatiegeneeskunde
088 624  56 48 (bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.30 tot 17.00 uur)

Orthopedie
088 624 56 56 (bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.30 tot 17.00 uur)

Spoedeisende hulp
088 624 50 00 (bereikbaar van maandag tot en met vrijdag na 17.00 uur en in het weekend)

Kunt u niet komen? Laat het ons snel weten, dan maken wij een nieuwe afspraak. 

Laatst gewijzigd 30 november 2021 / 8050