Contact
  1. 5324-Obductie volwassenen

Informatie voor nabestaanden

Een obductie is een onderzoek naar de doodsoorzaak. De behandelend arts van een overledene of de arts die de dood constateert, kan aan de nabestaanden vragen of obductie mag worden verricht. Hier kunt u lezen wat een obductie inhoudt. Ook wordt de toestemmingsprocedure uitgelegd.

Wat is een obductie?

Bij een obductie worden de organen in de borst- en buikholte van de overledene onderzocht. Soms is het nodig dat ook andere lichaamsdelen, zoals de hersenen, worden onderzocht. Een obductie wordt ook wel sectie, lijkopening of autopsie genoemd. Om de hersenen te kunnen onderzoeken is een zogenaamde schedellichting nodig. Het onderzoek wordt gedaan door een patholoog: een arts die gespecialiseerd is in deze vorm van onderzoek. Een obductie is te vergelijken met een operatie en wordt zo uitgevoerd dat er achteraf vrijwel niets meer van te zien is. De wond wordt afgedekt met pleisters. De patholoog voert het onderzoek vanzelfsprekend op een respectvolle manier uit. Aan een obductie zijn geen kosten verbonden.

Waarom een obductie?

Een obductie kan uitgevoerd worden om verschillende redenen:

  • vaststellen van de oorzaak van het overlijden (in sommige gevallen kan de directe doodsoorzaak niet worden vastgesteld);
  • vaststellen of de ziekte erfelijk of besmettelijk is;
  • onderzoek doen naar de resultaten van een medische behandeling.

Het laatste punt is niet meer van betekenis voor de patiënt zelf, maar wel voor volgende patiënten. De informatie die een obductie oplevert, helpt artsen om kritisch naar de uitgevoerde behandeling te kijken. Daarnaast is obductie van belang voor de wetenschap. Van veel ziekten is een groot deel van de kennis ontleend aan studies van obducties.

Wat gebeurt er bij een obductie?

Bij een obductie opent de patholoog het lichaam van een overledene om de organen te bekijken. Daarna worden de organen meestal één voor één uit het lichaam verwijderd, gewogen, en ook ingesneden om de binnenkant te bekijken. Uit elk orgaan neemt de patholoog een klein stukje weefsel om microscopisch te onderzoeken. Dat is belangrijk omdat niet alle afwijkingen met het blote oog te zien zijn. Daarna plaatst de patholoog de organen terug in het lichaam, behalve de organen die hij nog verder moet onderzoeken. Ten slotte sluit hij het lichaam.

Er zijn situaties waarin bepaald weefsel of bepaalde organen langer worden onderzocht:

  • Het orgaan is heel klein, zodat het in zijn geheel voor microscopisch onderzoek wordt meegenomen.
  • Het betreft een ingewikkelde afwijking van het orgaan die uitgebreider onderzoek noodzakelijk maakt.
  • Het weefsel of orgaan moet eerst bewerkt worden om het te kunnen onderzoeken. Dit kan enkele dagen, maar soms wel weken duren.

In de hiervoor genoemde situaties kunnen de weefsels of organen niet met de overledene begraven of gecremeerd worden, maar worden ze later verbrand door het ziekenhuis. Als u daartegen bezwaar heeft, dan kunt u dat kenbaar maken aan de arts. U kunt dan samen tot een oplossing komen die voor u aanvaardbaar is.

Toestemming

Aan de nabestaanden van de overledene wordt toestemming gevraagd voor een obductie. Nabestaanden zijn:

  • de echtgeno(o)t(e) of levensgezel (geregistreerde partner of andere levensgezel) van de overledene, of, als deze er niet is of niet te bereiken is;
  • de naaste bloed- of aanverwanten (tot en met de derde graad) die onmiddellijk bereikbaar zijn, of, als deze niet bereikbaar zijn;
  • de aanwezige meerderjarige erfgenamen, of anders;
  • personen die de zorg voor de overledene op zich nemen.

Geeft u als nabestaande toestemming voor een obductie, dan vult de arts een toestemmingsformulier in. Als ook andere lichaamsdelen, zoals de hersenen, worden onderzocht, dan vermeldt de arts dit duidelijk op het toestemmingsformulier. Vervolgens wordt de overledene naar het mortuarium Isala Zwolle overgebracht en wordt er binnen afzienbare tijd (meestal één dag) obductie verricht. De obductie duurt drie tot vijf uur.
Besluit u geen toestemming te geven, dan wordt geen obductie verricht. Ook kunt u een volledige obductie weigeren, maar een minder grote obductie wel toestaan.

Wanneer is er geen toestemming nodig?

Als er een verklaring van de overledene is (op de leeftijd van achttien jaar of ouder) waarin hij of zij om een obductie vraagt of hiervoor toestemming geeft, is er geen toestemming van u als nabestaande nodig.

Ook voor een gerechtelijke obductie is geen toestemming van de nabestaanden nodig. Tot een gerechtelijke obductie kan door de officier van justitie opdracht worden gegeven als er sprake is van een niet-natuurlijke dood, dat wil zeggen dat iemand is overleden aan de gevolgen van een verkeersongeval, een misdrijf en dergelijke. Door politie en justitie wordt dan een onderzoek naar de doodsoorzaak ingesteld. De officier van justitie beslist - na de gemeentelijk lijkschouwer te hebben gehoord - of het lichaam wordt vrijgegeven. In uitzonderlijke gevallen wordt het lichaam niet vrijgegeven en beveelt de officier van justitie een gerechtelijke obductie. De obductie wordt in dat geval verricht door een forensisch patholoog van het Forensisch Instituut te Rijswijk.
Als het lichaam wel wordt vrijgegeven, kunnen rouwbezoek en begrafenis of crematie op de normale manier plaatsvinden. Ook kan eventueel - als u als nabestaande daarvoor toestemming geeft - een obductie in het ziekenhuis worden uitgevoerd door een patholoog.

Na de obductie

Na een obductie wordt de overledene overgedragen aan de begrafenisondernemer. Vervolgens kan de overledene gewassen en gekleed worden en normaal worden opgebaard in de rouwkamer of een woonhuis. Van de obductie is in verreweg de meeste gevallen niets meer te zien. Een uitzondering daarop is wanneer bij kale mensen een schedellichting voor hersenonderzoek heeft plaatsgevonden.

Uitslag van het onderzoek

Nadat ook microscopisch onderzoek is gedaan, geeft de patholoog de resultaten van het onderzoek door aan de arts die de obductie heeft aangevraagd. Dat is meestal de arts die de overledene heeft behandeld. Als u daar prijs op stelt, maakt deze arts een afspraak met u om de uitslag van het onderzoek te bespreken. Deze afspraak is meestal zo’n twee maanden na de obductie, als het onderzoek en het verslag helemaal afgerond zijn. Is er een schedellichting gedaan, dan is een definitief verslag pas na vier maanden beschikbaar.

Tot slot

We hopen dat deze informatie u helpt bij het maken van uw keuze. Heeft u nog vragen, stelt u die dan gerust aan de behandelend arts of verpleegkundige.

Laatst gewijzigd 8 februari 2022 / 5324 / L