Contact
  1. 6191-Boezemfibrilleren

Het hart is een holle spier die het bloed door ons lichaam pompt. Normaal gesproken  is de hartslag in rust ongeveer tussen de 60 en 90 slagen per minuut. Het tempo loopt op als er bijvoorbeeld inspanning wordt geleverd. Bij een ritmestoornis is er een verstoring van de normale hartslag. Er zijn verschillende soorten ritmestoornissen. De hartritmestoornis die het meest voorkomt, is boezemfibrilleren. Dit wordt ook wel atriumfibrilleren (AF) genoemd.

De kans op boezemfibrilleren neemt toe met de leeftijd. Het is een van de meest voorkomende ziektebeelden in de cardiologische praktijk. Hier leest u meer over de oorzaken van boezemfibrilleren, de huidige behandelingsmogelijkheden en de nieuwe methoden.

Het hart

Het hart bestaat uit vier holtes: twee hartboezems en twee hartkamers. De boezems vangen het bloed op dat in het hart terug komt en pompen het naar de kamers. Deze boezems hebben een dunne spierwand. De linker hartkamer heeft een dikke spierwand en pompt het bloed het lichaam in (grote bloedsomloop), de rechter hartkamer heeft een minder dikke spierwand en pompt het bloed de longcirculatie in (kleine bloedsomloop).

De vier hartkleppen liggen tussen de boezems en de kamers en bij de uitgang van de kamers, waar de grote bloedvaten (de longslagader en de aorta) beginnen. De kleppen zorgen ervoor dat het bloed niet terug kan stromen.

Het rondpompen van het bloed gebeurt als volgt: 

  • Kleine bloedsomloop
    zuurstofarm bloed stroomt uit de aders van het lichaam naar de rechterboezem. Vandaar gaat het naar de rechterkamer. De rechterkamer pompt het zuurstofarme bloed via de longslagader naar de longen, waar het zuurstof opneemt.
  • Grote bloedsomloop
    het zuurstofrijke bloed wordt via de longaders (longvenen) teruggevoerd naar het hart, en komt in de linkerboezem terecht. Vandaar gaat het naar de linkerkamer. Die pompt het zuurstofrijke bloed door het hele lichaam.

Bekijk het filmpje van de Hartstichting over de bouw en werking van het hart.

Het hartritme

Normaal gesproken wordt de elektrische aansturing van het hartritme ’geregeld’ door een groepje cellen (de zogenaamde pacemakercellen) in de bovenkant van de rechterboezem. Dit groepje cellen noemen we de sinusknoop.

De sinusknoop geeft in rust bij de meeste mensen 60 tot 90 elektrische pulsjes per minuut. Bij inspanning, stress of koorts kan dit aantal (afhankelijk van de leeftijd) oplopen tot honderdvijftig tot tweehonderd per minuut. De sinusknoop zorgt dat de rechter- en de linkerboezem tegelijkertijd samentrekken. Vervolgens worden de hartkamers geactiveerd via een speciale groep cellen die zorgen voor de geleiding van elektrische pulsjes van de boezems naar de kamers, de zogenaamde AV knoop. Hierdoor worden de beide hartkamers van het hart tegelijkertijd met bloed gevuld. Een normale hartslag wordt sinusritme genoemd.

De elektrische puls loopt vanuit de sinusknoop over de beide boezems en vandaar naar de hartkamers. Dat gebeurt via zenuwbanen die het pulsje geleiden naar de atrioventriculaire knoop (AV-knoop) en de bundel van His. Zo komt de puls bij de beide, met bloed gevulde hartkamers, waardoor deze tegelijkertijd samentrekken en het bloed verder pompen.

Een hartslag verloopt dus zo: 

  • De boezems worden gevuld met bloed uit de longen (links) / de rest van het lichaam (rechts).
  • De sinusknoop geeft een elektrische puls.
  • De boezems trekken samen en het bloed stroomt naar de kamers.
  • De elektrische puls loopt via de AV-knoop en de bundel van His naar de kamers.
  • De kamers trekken samen en pompen het bloed naar de longen (rechts) / de rest van het lichaam (links).

Medische illustratie van het hart

Afbeelding 1: Het hart

Boezemfibrilleren

Bij boezemfibrilleren wordt het tempo van de hartslag niet meer bepaald door de sinusknoop. Er zijn meerdere elektrische circuitjes ontstaan in de spierwanden van de boezems, waardoor als het ware meerdere elektrische impulsen kriskras door de boezems lopen en zo een chaotische activatie veroorzaken. Dit wordt ook wel fibrillatie genoemd. Tijdens deze elektrische chaos kunnen de hartboezems niet meer vloeiend leegknijpen en stroomt het bloed minder efficiënt naar de kamers. De vulling van de kamers neemt af, en de prestatie van het hart vermindert. Van het grote aantal elektrische prikkels dat nu de AV-knoop bereikt, wordt een deel door deze knoop weg gefilterd en dus niet doorgegeven. De kamers trekken niet in hetzelfde tempo samen als elektrische chaos van de boezems.

Bovendien worden de prikkels niet altijd in dezelfde verhouding doorgelaten, zodat er een onregelmatige hartslag ontstaat. Die is meestal nog wel behoorlijk snel, bijvoorbeeld honderd tot honderdzestig per minuut, of zelfs nog sneller.

Oorzaken van boezemfibrilleren

Boezemfibrilleren kan verschillende oorzaken hebben.

Leeftijd

Met het stijgen van de leeftijd neemt de kans op boezemfibrilleren toe. We zien het maar bij hooguit een half procent van de mensen van veertig jaar oud. Terwijl boezemfibrilleren bij vijf tot vijftien procent van de mensen van tachtig jaar voorkomt.

Hoge bloeddruk

Veel patiënten met boezemfibrilleren hebben een verhoogde bloeddruk (hypertensie).
Hartlijden

In een aantal gevallen is er sprake van onderliggend hartlijden, zoals:

  • Een afwijking van de hartspier (ernstige verdikking, ontsteking, verlittekening) met vaak een slechte pompfunctie als gevolg.
  • Problemen met de kransslagaders en een doorgemaakt hartinfarct. De kransslagaders zijn de slagaders die de hartspier van zuurstofrijk bloed voorzien. Als de kransslagaders vernauwd of verstopt zijn, kan een hartinfarct ontstaan.
    Hartkleplijden, zoals afwijkingen van de mitralisklep (deze klep ligt tussen de linkerboezem en linkerkamer).

Medische illustratie hartritme

Afbeelding 2: Hartritme

Overactieve schildklier

Een andere bekende oorzaak is een te sterke werking van de schildklier (hyperthyreoïdie).

Overgewicht

Onderzoek heeft aangetoond dat gewichtsverlies de last van boezemfibrilleren en de duur van het boezemfibrilleren kan verminderen. Ook zijn er structurele verbeteringen in het hart te zien bij gewichtsverlies van meer dan 10 procent en afname van de risicofactoren voor hart- en vaatziekten.
Bron: Long-Term Effect of Goal Directed Weight Management on an Atrial Fibrillation Cohort: A 5-Year Follow-Up Study (LEGACY Study). Gepresenteerd op de ACC Scientific Session 2015 door: Pathak RK, Centre for Heart Rhythm Disorders, University of Adelaide, Adelaide, Australia

Ook OSAS (ademhalings pauzes in de slaap), bloedarmoede, spanning en stress kunnen boezemfibrilleren veroorzaken. Boezemfibrilleren kan ook een reactie zijn op alcohol, koffie, (cola) of bepaalde voedingsmiddelen. De ritmestoornis kan ook ontstaan bij mensen die drugs (cocaïne, amfetaminen) gebruiken.

Onbekende oorzaak

In ongeveer 20% van de gevallen is er, ook na uitgebreide onderzoeken, geen duidelijke oorzaak te vinden. Het is opvallend dat atleten die aan zéér intensieve sportbeoefening doen, duursporters zoals marathonlopers, nogal eens te kampen hebben met boezemfibrilleren.

Symptomen van boezemfibrilleren

Tijdens boezemfibrilleren functioneren de boezems niet optimaal. Er komt minder bloed in de hartkamers, zodat het hele hart minder goed presteert. Daardoor kunnen klachten ontstaan zoals:

  • hartkloppingen
  • een onregelmatige hartslag, dan weer snel dan weer wat langzamer
  • vermoeidheid
  • kortademigheid
  • pijn op de borst
  • duizeligheid
  • vocht vasthouden

Dit zijn slechts enkele van de mogelijke klachten. Maar er zijn ook mensen die niet merken dat er sprake is van boezemfibrilleren en bij wie de ritmestoornis toevallig wordt ontdekt.

De duur van het boezemfibrilleren

Op basis van de duur van het boezemfibrilleren onderscheiden we vijf vormen:

  • De eerste aanval van boezemfibrilleren
  • Paroxysmaal boezemfibrilleren
    Dat is een aanvalsgewijze vorm van boezemfibrilleren, wat uren tot maximaal 7 dagen kan duren en herstelt spontaan.
  • Persisterend boezemfibrilleren
    Hierbij is de ritmestoornis aanhoudend en kan alleen worden opgeheven door medicatie en/of cardioversie.
  • Langdurig persisterend boezemfibrilleren, het boezemfibrilleren kan een jaar duren, maar het is nog mogelijk om het sinusritme te herstellen.
  • Permanent of chronisch boezemfibrilleren
    Als de ritmestoornis niet door een elektrische cardioversie kan worden beëindigd, spreken we van permanent of chronisch boezemfibrilleren. Er wordt niet meer gestreefd naar sinusritme.

Wanneer treedt boezemfibrilleren op?

Bij de ene patiënt ontstaat boezemfibrilleren vooral bij inspanning, bij de andere met name in rustsituaties, na het eten of in de slaap. Soms is er een duidelijke toename van de klachten na inname van cafeïne (koffie en cola) en/of alcohol.

Mogelijke gevolgen van boezemfibrilleren

De belangrijkste complicaties zijn:

  • Omdat de boezems niet meer georganiseerd samentrekken, kunnen er bloedstolsels in de boezems ontstaan die op andere plaatsen in het lichaam een infarct kunnen veroorzaken, zoals een herseninfarct. Dat is het grootste risico van boezemfibrilleren.
  • De pompfunctie van het hart gaat achteruit en de hartholten worden wijder, ofwel de 'rek' gaat eruit.
    Hierdoor kan hartfalen ontstaan of erger worden. Dit is een gevolg van een langdurig te hoge hartslag. 
    Bron: Hartstichting
  • In sommige gevallen kan het tijdens boezemfibrilleren lastig zijn om met medicijnen het hartritme te reguleren. Het hartritme kan veel te snel gaan, wat het hart kan overbelasten, of het hartritme kan veel te langzaam gaan wat duizeligheid of wegrakingen kan veroorzaken. In het laatste geval kan de implantatie van een pacemaker uitkomst bieden.

Diagnose boezemfibrilleren

De diagnose boezemfibrilleren wordt gesteld met een hartfilmpje (ECG). Als het hartritme aanvalsgewijs in boezemfibrilleren is, kan het lastig zijn om de ritmestoornis te 'vangen'. Vaak zijn meerdere bezoeken aan de polikliniek nodig om de juiste diagnose en behandeling vast te stellen.

In Isala Hartcentrum is een gespecialiseerde polikliniek voor boezemfibrilleren (de AF-poli). Hier werkt een physician assistant (PA) samen met de cardioloog.

Patiënten die door hun huisarts of specialist zijn verwezen naar de AF-poli, worden door de PA volgens een vast protocol volledig in kaart gebracht. De patiënt en verwant krijgen uitgebreide uitleg over het ziektebeeld en de uitslagen van de aanvullende hartonderzoeken. Belangrijke onderzoeken zijn onder andere een hartfilmpje, een holteronderzoek (waarbij gedurende één of twee etmalen continu het hartritme wordt geregistreerd) een echo, een inspanningstest en een uitgebreid bloedonderzoek. Als alle onderzoeksresultaten bekend zijn, maakt de PA samen met de cardioloog een behandelplan op maat. Indien nodig vindt aanvullende diagnostiek en behandeling met medicijnen plaats. 

Physician assistant
De physician assistant (PA) neemt taken over van de medisch specialist, zoals het lichamelijk onderzoek, het in kaart brengen van klachten (anamnese), de diagnose en de behandeling van veelvoorkomende (chronische) ziekten. PA's kunnen onder supervisie ook medische ingrepen verrichten of als zaalarts werken. De PA heeft een brede medische masteropleiding gevolgd en werkt nauw samen met de cardioloog.

Behandelmethoden

Er is een aantal behandelmethoden:

  • Medicijnen
  • Cardioversie
  • Ingrepen

Behandeling met medicijnen

Er zijn verschillende mogelijkheden om boezemfibrilleren te behandelen met medicijnen.

Hartritme-medicijnen

Er bestaan verschillende medicijnen die het hartritme kunnen verbeteren.

  • Ritmecontrole
    Medicatie die erop gericht is om het boezemfibrilleren te voorkomen of de beëindigen.
  • Frequentiecontrole
    Medicatie die bij chronisch boezemfibrilleren het tempo van de hartslag moet reguleren: niet te snel en niet te langzaam.

Sommige medicijnen hebben beide effecten (ritme- én frequentiecontrole). De behandelmanieren (ritme- en frequentiecontrole) zijn beide even goed als we kijken naar de levensverwachting. Maar omdat vooral jonge mensen de ritmestoornis als heel vervelend ervaren, heeft bij deze patiënten de ritmecontrole de voorkeur.

Bloedverdunners (orale anti coagulantia)

U krijgt een bloedverdunner voorgeschreven om het risico op een herseninfarct (beroerte) te verkleinen. Dat risico is niet bij iedereen even groot. Dat hangt af van uw leeftijd en de aanwezigheid van andere aandoeningen zoals hoge bloeddruk, suikerziekte, of een eerder hersen- of hartinfarct. Bij jonge mensen kunnen de nadelen van bloedverdunners groter zijn dan de voordelen. Dan wordt geen bloedverdunner voorgeschreven.

Er zijn verschillende bloedverdunners op de markt. Van oudsher worden de middelen van de trombosedienst voorgeschreven zoals acenocoumarol en fenprocoumon. De dosering van deze middelen komt heel nauw en regelmatig bloedprikken is noodzakelijk.

Infographic herken een beroerte

Afbeelding 3: Herken een beroerte

Tegenwoordig zijn ook de directe of nieuwe orale anti coagulantia ofwel de DOAC 's (of NOAC's). Deze zijn niet geschikt voor iedereen. De DOAC's werken op een heel andere manier dan de middelen van de trombosedienst. Regelmatig bloedprikken is niet meer nodig. De PA of arts bespreekt welk middel voor u het meest geschikt is.
Bron: www.gezondheidenco.nl

Overigens wordt de kans op een herseninfarct of TIA nooit 0 procent. Bij alarmsignalen zoals een scheve mond, een verlamde arm en onduidelijke spraak, belt u dan 112.

Cardioversie

Een cardioversie heeft als doel het boezemfibrilleren om te zetten naar normaal sinusritme. Om een cardioversie uit te voeren moet aan een aantal voorwaarden worden voldaan, zoals het goed ingesteld zijn op de bloedverdunners. Als het boezemfibrilleren korter dan 24 uur bestaat kan hiervan worden afgeweken.

Een cardioversie kan worden overwogen als iemand veel last heeft van het boezemfibrilleren. Als iemand weinig of geen beperkingen ervaart van de ritmestoornis, of als de ritmestoornis chronisch is, dan wordt afgezien van een cardioversie.

Er bestaan twee soorten cardioversie: chemisch en elektrisch. Uw arts bepaalt welke methode voor u het beste is.

  • Chemische cardioversie
    Hierbij krijgt u een infuus met hartritmemedicijnen waardoor het boezemfibrilleren meestal stopt en overgaat in het normale ritme.
  • Elektrische cardioversie
    Deze bestaat uit een stroomschok met een AED die tijdens een korte narcose wordt toegediend.

Meer informatie over cardioversie staat in de folder Cardioversie in dagbehandeling en folder Cardioversie (acuut).

Ingrepen

Hartritmemedicijnen hebben niet altijd het gewenste resultaat. Het kan ook voorkomen dat een medicijn goed werkt op het ritme, maar te veel of te zware bijwerkingen geeft. Dan moeten we kijken naar andere vormen van behandeling.

De belangrijkste niet-medicamenteuze behandelingsvormen zijn:

  • Katheterablatie met longvenenisolatie. Meer informatie staat in de folder Ablatietechnieken bij boezemfibrilleren.
  • Hartritmeoperatie: klassieke Maze-hartoperatie.
  • Katheterablatie van de bundel van His na een pacemaker implantatie.
    Deze ingreep vindt plaats als er sprake is van blijvend boezemfibrilleren met een hoge hartslag ondanks medicijnen. Behandelingen zoals een katheterablatie of een hartritmeoperatie hebben geen succes gehad of zijn geen goede optie. De enige manier om dan nog de hartslag te vertragen is het doorbreken van de elektrische verbinding tussen de boezems en de kamers van het hart.
    Het doorbranden van de bundel van His is dan onomkeerbaar. Vandaar dat enkele weken van te voren een pacemaker wordt geplaatst. Als de geleiding is doorgebrand, kan het boezemfibrilleren blijven bestaan, maar worden de prikkels niet meer doorgegeven naar de kamers. U voelt dus geen ritmestoornis meer. En de pacemaker bepaalt vanaf nu het harttempo.

Het maakt voor uw levensverwachting niet uit of uw hartritme vooral door het normale sinusritme of door boezemfibrilleren wordt bepaald.

De bovengenoemde behandelingen hebben als doel uw kwaliteit van leven te verbeteren, door uw hartklachten te verminderen. Vaak kunt u daardoor met bepaalde medicijnen stoppen, zodat u minder last heeft van bijwerkingen.

Sommige patiënten met boezemfibrilleren moeten een pacemaker krijgen. Die dient om zeer trage hartritmes en/of langdurige pauzes in de hartslag te ondervangen.

Voorbereidend gesprek

De cardioloog bekijkt op basis van uw situatie of u het beste behandeld kunt worden met de traditionele technieken of een van deze nieuwe vormen van behandeling. Tijdens een voorbereidend gesprek zal uw cardioloog zijn bevindingen met u bespreken.

In sommige gevallen is hartkatheterisatie gewenst om op verschillende plaatsen de druk in het hart te meten en om de kransslagaders en hartkamers in kaart te brengen.

Ablatie van de bundel van His

In de meeste gevallen kan de hartritmemedicatie na een ablatie van de bundel van His worden gestaakt. U moet wel doorgaan met de bloedverdunners.

Wat te doen bij een aanval van boezemfibrilleren?

Veel patiënten voelen direct wanneer er een nieuwe aanval met boezemfibrilleren ontstaat. U zult dit waarschijnlijk als zeer hinderlijk ervaren, maar het is in principe niet gevaarlijk zolang de ritmestoornis korter dan 48 uur bestaat. Meestal gaat de ritmestoornis weer snel over.

Als de ritmestoornis veel klachten geeft en/of uren aanhoudt, dan kunt u altijd overleggen met uw huisarts. Deze kan besluiten u naar het ziekenhuis te sturen om eventueel de bovengenoemde cardioversie te ondergaan.

Het is belangrijk dat u voor deze ingreep minimaal vier tot zes uur nuchter bent. U kunt daarom het beste uit voorzorg even niet eten en drinken tijdens een lang aanhoudende ritmestoornis. Verder moet u zich realiseren dat midden in de nacht een cardioversie alleen wordt uitgevoerd bij levensbedreigende situaties.

Mochten er zich toch ernstige klachten voordoen als duizeligheid met de neiging tot flauwvallen of andere klachten die acute behandeling behoeven, meldt u zich dan via de polikliniek Cardiologie of via de Centrale balie van Isala.

Wat te doen wanneer u bekend bent met aanvalsgewijs boezemfibrilleren

Als u ondanks medicatiegebruik ernstige belemmeringen ervaart tijdens kortdurende aanvallen van uw ritmestoornis. Indien de ritmestoornis niet overgaat en u ervaart hierdoor belemmeringen, kunt u in aanmerking komen voor een cardioversie. Indien nodig kan uw huisarts u hiervoor met spoed doorverwijzen naar de eerste harthulp van Isala Hartcentrum. Let op: Als u geen bloedverdunners gebruikt moet dit binnen 24 uur na het ontstaan van de ritmestoornis.

Wat te doen wanneer u bekend bent met chronisch boezemfibrilleren

Als u in toenemende mate vermoeid en kortademig bent of als u in drie dagen 3 kg aankomt in gewicht.

Maandag t/m vrijdag
Polikliniek Cardiologie, t 088 624 23 74 (van 8.30 tot 17.00 uur). U kunt dit nummer ook bellen voor vragen over medicatiegebruik of herhaalrecepten van de hartritmemedicatie.

Na 17.00 uur en in het weekend
Centrale balie van Isala, t 088 624 50 00. U wordt doorverbonden met de dienstdoende assistent van de afdeling Cardiologie.

Hartrevalidatie

U krijgt na uw behandeling een verwijzing van uw cardioloog naar het hartrevalidatiecentrum. Een hartrevalidatieprogramma helpt u bij een voorspoedig herstel. Veel patiënten zijn na een ingreep aan het hart erg onzeker over hun lichaam. Wat kan ik wel, wat kan ik niet? Thuis komen de vragen over bewegen, voeding, werk en leefstijl. Vaak kunt u en mag u meer dan u denkt. Maar het is ook belangrijk dat u nieuwe klachten voorkomt.
In Zwolle volgt u het hartrevalidatieprogramma bij het Isala Harthuis. Wij bekijken samen met u wat het beste past bij uw persoonlijke doelen en situatie. Dit doen we volgens de Richtlijn Hartrevalidatie van de Nederlandse Hartstichting. Lees voor meer informatie ook de folder Hartrevalidatie.

Contact

Heeft u nog vragen, dan kunt u bellen met de afdeling waar u onder behandeling bent.

Zwolle

Cardiologie
088 624 23 74 (bereikbaar op werkdagen van 8.30 tot 17.00 uur)

Kunt u niet komen? Laat het ons snel weten, dan maken wij een nieuwe afspraak.

Op de website www.hartstichting.nl is ook veel informatie te vinden.

Laatst gewijzigd 30 november 2021 / 6191