Contact
  1. 6483-Vernauwing-urineleider

De urineleider (ureter) is de buis die loopt tussen de nier en de blaas. Elke nier heeft zijn eigen urineleider. Normaal gesproken is een urineleider overal even wijd. We spreken van vernauwing als door obstructie (verstopping) de doorgang van de urineleider nauwer is geworden, waardoor problemen in de afvloed van urine zijn ontstaan. In deze folder leest u meer informatie over de behandeling. Zo bent u goed voorbereid.

Klachten

Een geleidelijke vernauwing van de urineleider geeft weinig of zelfs helemaal geen klachten. Zo’n vernauwing komt vaak pas aan het licht bij afwijkende uitslagen van bloedonderzoek of radiologisch onderzoek dat om andere redenen bij u is gedaan. Bijvoorbeeld een echo of een scan. Als door de vernauwing de urine niet meer goed van de nier naar de blaas kan stromen, zorgt dat voor stuwing in de nier. Dit kan pijn geven in uw zij. Ook kan de werking van de aangedane nier hierdoor op termijn minder worden.

Oorzaken

Eén van de meest voorkomende oorzaken van vernauwing is obstructie (verstopping) van de urineleider, door een niersteen die in de urineleider geklemd zit. Hierdoor kan de urine er niet meer langs en zet het urineverzamelsysteem uit. Dit is merkbaar als stuwing van de nier. Soms is de urineleider van buitenaf dichtgedrukt met vernauwing als gevolg, bijvoorbeeld door een tumor in de onderbuik of door uitzaaiingen van een tumor ergens anders in de buik. Een minder vaak voorkomende oorzaak is een vernauwing in de urineleider door littekenvorming door eerdere operaties in- of aan de urineleider.

Behandeling

Als er stuwing optreedt in de urineleider, is opheffen van de vernauwing noodzakelijk. Als de oorzaak van de vernauwing niet eenvoudig kan worden opgelost, is het soms noodzakelijk om een slangetje in de gestuwde nier te plaatsen. Dit kan op twee verschillende manieren:

  1. Dubbel J katheter (JJ)
    Dit is een inwendig slangetje dat op de polikliniek of de operatiekamer wordt ingebracht via de plasbuis. Het is een dunne katheter met aan weerszijde een krulletje (vandaar de naam ‘dubbel J’). Eén krulletje wordt in de nier gelegd en het andere krulletje in de blaas. De urine kan dan ongestoord van de nier, langs het vernauwde stuk in de urineleider, naar de blaas stromen. Meer informatie hierover kunt u lezen in de folder Het inbrengen van een dubbel J katheter.
  2. Nefrostomiekatheter (NSK)
    Als het niet lukt of mogelijk is een dubbel J in te brengen, dan plaatst de radioloog een nefrostomiekatheter (nierdrain, nefrodrain) via uw rug/zij. Dit gebeurt door de nier, na lokale verdoving van de huid, van buitenaf aan te prikken. Een nefrostomiekatheter is een dun slangetje dat ook met een krulletje in de nier vast zit, maar dan direct door de huid heen naar buiten komt. De urine uit de nier loopt dan rechtstreeks via het slangetje in een zak, die aan uw been wordt vastgemaakt. Als de urine in de nier geïnfecteerd raakt, wordt met spoed een nefrostomiekatheter ingebracht om de ontstoken, gestuwde nier te ontlasten. Meer informatie hierover leest u in de folder Het inbrengen van een urinedrain (nefrostomiekatheter).

Na het inbrengen van een dubbel J katheter of nefrostomiekatheter, vindt verder onderzoek plaats naar de oorzaak van de obstructie. Meestal volgt dan een behandeling om de vernauwing op te heffen. Nierstenen die de urineleider verstoppen, worden bijvoorbeeld behandeld. Zo is op termijn het slangetje niet meer nodig.

Contact

Heeft u nog vragen, dan kunt u bellen met de locatie waar u onder behandeling bent:

Zwolle en Kampen

Urologie
088 624 27 40 (bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.30 tot 17.00 uur)

Meppel

Urologie
088 624 96 33 (bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.00 tot 16.30 uur)

Mailen mag ook: info.urologie@isala.nl.

Kunt u niet komen? Laat het ons snel weten, dan maken wij een nieuwe afspraak. 

Laatst gewijzigd 10 maart 2022 / 6483