Contact
  1. 8697-Kinderfysiotherapie: gebroken sleutelbeen bij een baby (claviculafractuur)

Tijdens de geboorte heeft uw baby zijn of haar sleutelbeen gebroken. In deze folder leest u waar u de eerste weken op kunt letten tijdens het verzorgen van uw kind.

Wat is een gebroken sleutelbeen?

Bij een gebroken sleutelbeen zit er een breukje in het sleutelbeen. Om het sleutelbeen zit een botvlies. Dit botvlies is vaak nog wel heel en houdt de botdelen dan op hun plek. Uw baby kan door de breuk wel pijn hebben. Hierdoor zal het zijn of haar armpje minder gebruiken.

Na ongeveer een week ontstaat er een verdikking rond de breuk. Dat betekent dat de botdelen weer aan elkaar groeien.

Waar moet u de eerste twee weken op letten?

Het armpje van uw kind moet de eerste 2 weken voldoende rust krijgen. Zo kan de breuk goed herstellen. Dit doet u door de eerste 2 weken extra voorzichtig te zijn bij het vasthouden en verzorgen van uw baby. Dit voorkomt ook dat uw kind onnodig pijn heeft.

De kinderfysiotherapeut laat u in het ziekenhuis zien hoe u uw kind kunt verzorgen zonder de arm onnodig te bewegen.
U kunt de arm van uw kind gerust aanraken en strelen. Dit is juist goed. Het helpt uw kind bewust te worden van zijn of haar arm. Waardoor hij of zij het armpje na de breuk weer goed gaat gebruiken.

Wat is een goede houding van de arm?

De arm moet dicht bij het lichaam van uw kind blijven. Dit kunt u op meerdere manieren doen:

  • Leg het armpje op de borst van uw kind. Met het handje bij de mond. Zo kan uw kind wel aan het eigen gezicht voelen en ook op de vingertjes sabbelen.
  • Speld de mouw vast aan het truitje op de borst. Dit doet u met een veiligheidsspeld. `
  • Wilt u uw kindje door kraamvisite laten vasthouden? Leg uw kind dan op een kussen.
  • Ook kunt u de eerste week de arm in de romper laten. Of een omslagdoek om uw kindje slaan. Dit geeft wat extra bescherming.

“mouw aan het truitje vastspelden”

Welke houdingen zijn niet goed?

  • U mag de arm aan de kant van de breuk niet te ver optillen. De elleboog mag niet boven de schouder uitkomen.
  • Laat de arm van de baby niet naar achteren afhangen. Zo voorkomt u dat het hele gewicht van de arm aan de schouder trekt.
  • Trek uw baby niet aan de armen omhoog.
  • Til uw baby niet onder de oksels op.
  • Laat uw baby nog even niet op de buik liggen.

“elleboog niet boven schouderhoogte (90 graden)”

Welke houdingen mogen wel?

Als uw baby geen pijn aangeeft, mag het gerust op de zij liggen van de kant waar de breuk niet zit.

Hoe laat u uw kindje slapen?

Tijdens het slapen ligt uw kindje op de rug. Het hoofd afwisselend naar links en naar rechts gedraaid. Na elke voeding wisselt u de kant waar het hoofdje heen draait. Let er goed op dat uw kindje zijn of haar hoofd niet alleen naar de kant zonder breuk draait.
Draait uw kindje het hoofd vaak naar dezelfde kant? Dan noemen we dat een voorkeurshouding. Een voorkeurshouding is niet goed voor de ontwikkeling van uw kindje. Uw kinderfysiotherapeut kan u helpen om dit tegen te gaan.

Hoe doet u uw kindje in bad?

U mag uw kind gewoon in bad doen. Gebruik hierbij geen tummy tub of andere bad-emmer. Houd uw baby vast rond het hoofd, de schouders, de baby ligt met de zijde zonder breuk naar u toe gericht. Laat daarbij het hoofdje op uw pols rusten. Met uw hand ondersteunt u de bovenarm aan de kant van de breuk. Zo zakt het armpje niet teveel omlaag. Bij het in bad tillen ondersteunt u met uw andere hand de billen.

Het is handig om een antislipmatje op de bodem van het badje te leggen. U hoeft de billen dan eenmaal in badje niet meer te ondersteunen. Zo heeft u een hand vrij om uw baby te wassen.

Afdrogen

Om ook het okseltje goed te drogen, mag u de arm best iets optillen. Let er wel op dat de elleboog niet boven de schouderhoogte komt.

Hoe kleedt u uw baby aan- en uit?

Doe eerst de aangedane arm in de mouw. Dit is dus het armpje aan de kant van de breuk. Daarna doet u de andere arm door de mouw. Bij het uitkleden doet u dit precies andersom.
Het makkelijkst zijn hemdjes en truitjes met een wijde hals of overslaghemdjes. Heeft uw kind een rompertje aan? Trek deze dan via de benen aan- en uit. Ook is het handig om uw kind met aankleedkussen en al om te draaien.

Hoe tilt u uw baby op?

  • Draai uw kind eerst naar de gezonde zijde. Ondersteun daarbij de schouder aan de kant van de breuk met uw hand. (foto links)
  • Houd uw kind tijdens het optillen dicht tegen u aan. Met uw lichaam ondersteunt u zo de aangedane arm (de arm aan de kant van de breuk). (foto rechts)

Hoe draagt u uw kind?

U draagt uw kind het beste met de aangedane arm naar u toe. Zo houdt u de arm met uw eigen lichaam op de juiste plek. De aangedane arm ligt op de borst van uw kind.

“dragen”

Rechtop tegen uw schouder:
Als u uw kind rechtop tegen u aan wilt dragen, doet u het volgende:

  • U houdt 1 hand onder de billen;
  • Met uw andere arm ondersteunt u de aangedane arm. Dit doet u terwijl de elleboog van uw kindje gebogen is. Dit zorgt voor steun rondom de schouders en de bovenarm.

"niet zo..."

"maar zo!"


Hoe geeft u uw baby borstvoeding?

Leg uw baby tijdens het voeden op een kussen. Zo ligt uw kindje al op de goede hoogte. Ook hoeft hij of zij zich zo bijna niet op de zij te draaien.
U kunt uw kind ook op zijn of haar zij leggen op de kant waar de breuk niet zit. Zo kunt u uw kind met kussen en al van de ene naar de andere borst verplaatsen. Let er wel goed op dat de armen op de borst van uw kind liggen.

Hoe vervoert u uw baby in het autostoeltje?

Leg het armpje aan de kant van de breuk op een opgerold handdoekje. Speld daarbij het mouwtje vast aan het truitje op de borst. Dit voorkomt dat de arm en schouder te ver naar achteren kunnen zakken.

Wat mag er wel en niet na de eerste 2 weken?

Na de eerste 2 weken mag uw baby meer bewegen. Als uw kindje geen pijn aangeeft, mag u zijn of haar armpje ook weer hoger dan schouderhoogte (90 graden) optillen.
Rond deze tijd komt u voor controle bij de kinderfysiotherapeut. De kinderfysiotherapeut kijkt hoe het herstel verloopt en of er nog verdere afspraken nodig zijn.

Contact

Heeft u nog vragen, dan kunt u bellen met:

Kinderfysiotherapie

088 – 624 32 24 (bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.30 tot 17.00 uur)

Laatst gewijzigd 26 april 2024 / 8697