Contact
  1. 5351-Hydrocele- en spermatocele-operatie

Een hydrocele- of spermatocele operatie is een operatie aan de balzak, waarbij een goedaardige zwelling wordt verwijderd. In deze folder leest u meer over de twee soorten zwellingen en wat u bij deze operatie kunt verwachten. Zo bent u goed voorbereid.

Twee soorten zwellingen

  • Een hydrocèle is een goedaardige zwelling, gevuld met vocht. Hydros is water en cèle is een holte. Een hydrocèle komt veel voor en hoeft meestal niet te worden behandeld.
  • Een spermatocèle is een holte gevuld met zaadvocht. Een spermatocèle is vaak los van de zaadbal te voelen. 

Een hydrocèle of spermatocèle is altijd goedaardig. Er bestaat nooit het gevaar dat het kwaadaardig kan worden als er niets aan wordt gedaan.

Ontstaan van zwellingen

Hydrocèle

Normaal worden de zaadballen omgeven door een met vocht gevuld vlies, waarbinnen de zaadbal kan bewegen. Onder bepaalde omstandigheden (zoals een ongeval of infectie), maar heel vaak ook zonder aanwijsbare oorzaak, neemt de hoeveelheid vocht rond de bal sterk toe. Zo ontstaat een hydrocèle.

Soms ontstaat een hydrocèle ook als reactie op een gezwel of ernstige ontsteking. Het is dan belangrijk dat de oorzaak van de hydrocèle nader wordt onderzocht. Meestal is een lichamelijk onderzoek hiertoe voldoende, maar soms is echografisch onderzoek van de balzak nodig. Vaak zijn hydrocèles klein en zacht aanvoelend. Maar ze kunnen ook groot worden, tot wel 15 cm in doorsnede.

Spermatocèle

Spermatocèles ontstaan vanuit de bijbal. Het zaadvocht dat in de zaadbal wordt gevormd, wordt naar de bijbal getransporteerd, waar verdere rijping plaatsvindt. Vanuit de bijbal gaat het zaadvocht via de zaadleider richting prostaat.

De bijbal bestaat uit talrijke kleine verzamelbuisjes. Soms ontstaat een verwijding van zo’n buisje, omdat het zaadtransport niet goed verloopt. Bijvoorbeeld bij een ontsteking of na een ongeval. Vaak blijft zo’n verwijding klein, maar soms wordt deze groter en dan ontstaat een spermatocèle.

Hinderlijk, dan operatie

Hydrocèles en spermatocèles gaan meestal niet vanzelf weer weg. Maar vaak geven ze geen klachten; ze zijn pijnloos en meestal beperkt van grootte. Ze hoeven dan ook vaak niet te worden behandeld. Maar soms worden ze zó groot dat ze hinderlijk worden en klachten geven bij bepaalde activiteiten. Soms wordt het cosmetische aspect als storend ervaren.

Als een spermatocèle of hydrocèle moet worden behandeld, betekent dat een operatie. De ingreep vindt plaats onder algehele verdoving (narcose) of regionale verdoving met een ruggenprik. Meer informatie hierover krijgt u tijdens het preoperatief spreekuur. De operatie wordt vaak in dagbehandeling of tijdens een korte opname verricht.

Voorbereiding

Nadat u met uw behandelend arts heeft besproken dat u een operatieve ingreep zult ondergaan, krijgt u een afspraak voor een preoperatief onderzoek. Meer informatie over dit onderzoek en de opname kunt u lezen in de folder Opname in Isala.

Oproep voor operatie

Zodra uw operatie gepland staat, ontvangt u hierover schriftelijk bericht van onze planningscoördinator. Een week vóór uw operatie, belt onze collega het tijdstip van uw opname door.

  • Bent u telefonisch niet bereikbaar? Dan ontvangt u opnieuw schriftelijk bericht.
  • Heeft u vragen over uw opname? Bel dan 088 624 24 36.
  • Gebruikt u bloedverdunnende medicijnen? De afdeling Preoperatief onderzoek informeert u óf en wanneer u hiermee moet stoppen.

Opname

Meldt u zich op de afgesproken tijd bij de Centrale balie in de Centrale hal van het ziekenhuis. Een gastheer of -vrouw brengt u daarna naar de verpleegafdeling. Daar heeft u een gesprek met een verpleegkundige over de gang van zaken op de afdeling. De verpleegkundige begeleidt u zo veel mogelijk tijdens uw opname.

Voorbereiding op de operatie

  • Voorafgaand aan uw operatie krijgt u medicijnen. Deze zijn door de anesthesioloog voorgeschreven.
  • Zodra u aan de beurt bent, brengt een verpleegkundige u naar de operatiekamer.
  • U ontmoet hier de anesthesioloog. U heeft hem of een van zijn collega’s ook al gesproken bij het preoperatief onderzoek. Lees ook de folder Algehele anesthesie (narcose) 
  • Vanaf zeven dagen vóór uw operatie mag u het operatiegebied niet meer zelf ontharen met een tondeuse, scheermesje of ontharingscrème. Hiermee vergroot u namelijk het risico op infecties na de operatie.
  • Als de arts vindt dat het operatiegebied toch moet worden onthaard, dan doet de operatieassistent dit vlak voor de operatie met een speciale tondeuse.

Operatie

  • De ingreep duurt ongeveer 30 minuten.
  • De uroloog maakt een snede in de balzak.
  • Via deze snede worden de bal en bijbal geïnspecteerd.
  • Vervolgens wordt de hydrocèle of spermatocèle verwijderd.
  • De wond wordt met oplosbare hechtingen gesloten. 
 

Na de operatie

Na de operatie wordt u naar de verkoeverkamer (recovery of uitslaapkamer) gebracht. Hier verblijft u totdat u weer goed wakker bent en/of de verdoving is uitgewerkt.

Herstel                                                                      

  • Zodra u weer op de verpleegafdeling bent, begint uw herstel.
  • Op de operatiedag controleert de verpleegkundige regelmatig uw bloeddruk, pols en temperatuur.
  • Ook bespreekt de verpleegkundige de verpleegkundige zorg met u.                                                      

Pijn

De verpleegkundige vraagt u een paar keer dag hoeveel pijn u heeft. Zo hebben wij een duidelijk beeld van de hoeveelheid pijn die u heeft. En kunnen wij daar op inspelen. Meer informatie over pijnbestrijding en pijnregistratie leest u in de folder Pijnbestrijding en pijnregistratie.                                                                   

Ontslag

Meestal kunt u dezelfde dag weer naar huis.

Instructies voor een goed herstel

Specifieke leefregels         

  • Draag na de operatie een onderbroek die steun geeft (dus geen wijde boxershort). Draag deze overdag en ‘s nachts. Zo vermindert u de kans op zwelling.
  • Het verband waarmee de balzak is ingepakt, moet u 24 uur laten zitten. Zodra de wond droog is, mag u het verband verwijderen. Er hoeft dan geen verband meer op. 
  • U mag dan ook weer douchen. 
  • Vaak is er na de operatie een zwelling rondom de zaadbal. Dit gaat geleidelijk vanzelf weer over. 
  • U mag de eerste week niet fietsen, sporten, in bad, zwemmen, naar de sauna of zwaar tillen.

 Voeding

U mag alles eten en drinken, zoals u thuis gewend bent.

Pijnbestrijding

  • Paracetamol: 4 keer per dag 1.000 mg. Slik de pijnstillers op vaste tijden: 8.00-12.00-17.00-22.00 uur. Heeft u geen pijn meer ?Dan kunt u de paracetamol afbouwen.
  • Het kan zijn dat uw arts u ook andere medicijnen tegen de pijn adviseert (naast Paracetamol). 

 Bloedverdunnende medicijnen (indien van toepassing)

  • Gebruikt u bloedverdunnende medicijnen? Uw arts en/of eventuele trombosedienst geeft aan u door wanneer u deze weer mag gebruiken.
  • Eventuele nieuw voorgeschreven medicijnen kunt u ophalen bij de ziekenhuisapotheek of uw eigen apotheek. De verpleegkundige geeft u hier informatie over. 

Complicaties

  • Soms ontstaat er na de ingreep een bloeduitstorting, heeft u overmatig pijn in het wondgebied of krijgt u een infectie. 
  • Een blauwverkleuring van de wond komt regelmatig voor. Dit hoeft niet te worden behandeld. 
  • Een hydrocèle komt zelden terug (1 à 2 procent). Maar na een spermatocèle operatie kan een nieuwe spermatocèle ontstaan. Dat komt doordat een operatie aan de bijbal -zoals bij een spermatocèle- een afsluiting kan veroorzaken in het transportsysteem van zaadcellen tussen zaadbal en prostaat. Dit kan resulteren in sterilisatie aan de geopereerde zijde. Daarom geldt een zekere terughoudendheid bij de behandeling van spermatocèles als er nog een kinderwens is. Dit geldt niet voor een hydrocèle-operatie.

Controle

Als controle noodzakelijk is, krijgt u een afspraak thuisgestuurd voor het spreekuur van de uroloog.

Wanneer moet u contact opnemen?

Neem contact op met het ziekenhuis bij:

  • koorts (boven 38,5 graden)
  • zwelling van het wondgebied
  • toenemende pijn ondanks medicijnen tegen de pijn
  • als u iets niet vertrouwt

Contact

Heeft u nog vragen, dan kunt u bellen met de locatie waar u onder behandeling bent:

Zwolle en Kampen

Urologie
088 624 27 40 (bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.30 tot 17.00 uur)

Meppel

Urologie
088 624 96 33 (bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.00 tot 16.30 uur)

Verantwoording

Bij het schrijven van deze informatie heeft Isala gebruikgemaakt van een brochure van de Nederlandse Vereniging voor Urologie.​

Laatst gewijzigd 6 juli 2023 / 5351