Contact
  1. 5946-PET-CT-onderzoek met contrastmiddel

​Om ontstekingsprocessen of tumoren in het lichaam in beeld te brengen kan een PET-CT-onderzoek worden uitgevoerd.

Wat is een PET-CT-onderzoek?

Het onderzoek wordt uitgevoerd op de afdeling Nucleaire geneeskunde. Een PET-CT-onderzoek is een combinatie van de Positron Emissie Tomografie (PET-scan) en een Computer Tomografie (CT-scan).

Positron Emissie Tomografie (PET-scan) 

Positron Emissie Tomografie (PET) is een techniek die de glucosestofwisseling (glucose = bloedsuiker) in het lichaam in beeld brengt. Deze stofwisseling is gestoord bij ontstekingsprocessen en tumoren. Bij dit onderzoek wordt de radioactieve vloeistof FDG (Fluor-18-glucose) via een infuus in de bloedbaan ingespoten. Vervolgens wordt er een scan gemaakt. De radioactieve stof die u krijgt toegediend, is niet gevaarlijk en verdwijnt binnen enkele uren weer uit het lichaam. De radioactieve stof heeft geen bijwerkingen.

Computer Tomografie (CT-scan)

Een computer-tomografie (CT-scan) laat doorsneden van het lichaam zien, die met behulp van röntgenstraling zijn gemaakt. De computer projecteert de resultaten van de CT-scan over de resultaten van de PET-scan heen.

Voorbereidingen

Thuis

  • Één à tweewerkdagen vóór het onderzoek wordt u thuis gebeld. Een van onze medewerkers neemt dan een vragenlijst met u door. Als u die dagen niet thuis bent, kunt u ons ook bellen op een tijdstip dat u schikt. Wij zijn tussen 8.00 en 17.00 uur bereikbaar.
  • Wilt u tijdens het onderzoek een rustgevend tabletje? Dan is het raadzaam om vervoer te regelen. 
    • Dit tabletje heeft als bijwerking dat u minder alert kunt zijn en daarom mag u na het onderzoek gedurende 8 uur niet zelf deelnemen aan het verkeer. 
  • Het is belangrijk dat u op de dagen voor en na het onderzoek voldoende vocht en zout binnenkrijgt. Op de dag vóór het onderzoek en op de dag na het onderzoek vragen wij u daarom om twee liter vocht (zoals water) en één kop bouillon te drinken. Als u een vochtbeperkt dieet heeft, is extra drinken niet nodig. 
  • Het is van belang dat u, in de twee dagen voor het onderzoek, er voor zorgt dat u het niet koud heeft.
  • Draagt u een kunstgebit? Deze moet uit bij het maken van de foto's. Houd hier rekening mee bij het (eventueel) aanbrengen van kleefpasta.
  • Tip: neem eventueel iets te eten mee voor na het onderzoek.

 Op de onderzoeksdag

  • Vanaf zes uur voorafgaand aan het onderzoek mag u niets meer eten en drinken; water drinken is wel toegestaan. Ook wordt u verzocht gedurende deze periode niet te roken.
  • In de twee uur vóór uw afspraak moet u één liter water drinken. Voorbeeld: als u zich om 10.00 uur moet melden, dan drinkt u tussen 8.00 en 10.00 uur één liter water.
  • U mag normaal plassen, want het is niet nodig om met een volle blaas te komen.
  • U kunt uw medicijnen gebruiken zoals u gewend bent. Voor diabeten gelden aparte instructies (zie hieronder: Bij diabetes).
  • Op de dag van het onderzoek moet u inspanning, zoals fietsen en wandelen zo veel mogelijk vermijden.
  • Voor het onderzoek is het belangrijk dat u gemakkelijke kleding draagt; de bovenkleding zonder ritsen of knopen. U kunt tijdens het onderzoek geen bh dragen. Sieraden kunt u beter thuis laten.
  • In de voorbereidingsruimte kunt u via uw eigen smartphone naar muziek luisteren.

Bijzondere omstandigheden

  • Als u (mogelijk) zwanger bent, wilt u dit dan doorgeven tijdens het telefonisch gesprek op de werkdag vóór het onderzoek?
  • Geeft u borstvoeding? Stop het geven van borstvoeding tot zes uur na de injectie van de radioactieve stof. Afkolven is wel toegestaan, deze voeding kan ook worden gegeven.
  • Neem geen kinderen of (mogelijk) zwangeren mee. Tot zes uur na het onderzoek is het aan te raden zo min mogelijk contact te hebben met kinderen of (mogelijk) zwangeren.

 Bij diabetes

  • Bij gebruik van Metformine: de dag voor het onderzoek en de dag van het onderzoek stoppen, ongeacht het tijdstip van het onderzoek.
  • Bij gebruik van andere tabletten:
    Als u zich vóór 13.00 uur moet melden, mag u geen ontbijt gebruiken en geen diabetesmedicatie.
    Als u zich na 13.00 uur moet melden, mag u vóór 8.00 uur ’s morgens ontbijten en zoals gebruikelijk uw diabetesmedicatie innemen, daarna niet meer eten tot na het onderzoek.
  • Bij insuline-injecties:
    Als u zich vóór 10.00 uur moet melden, mag u geen ontbijt gebruiken en geen insuline.
    Als u zich tussen 10.00 en 13.00 uur moet melden, mag u geen ontbijt gebruiken en een halve dosis insuline.
    Als u zich na 13.00 uur moet melden, mag u vóór 8.00 uur ’s morgens ontbijten en een normale dosis insuline, geen middageten en geen verdere injecties meer.
  • Andere medicijnen die niet met diabetes te maken hebben, kunt u gewoon innemen.

Dag van het onderzoek

Melden

Voor elke afspraak in Isala meldt u zich met uw identiteitsbewijs (ID, paspoort of rijbewijs) aan bij een digitale aanmeldzuil in de centrale hal. Als u de stappen van aanmelden heeft doorlopen, ontvangt u een ticket met barcode en de tijd dat wij u op onze afdeling verwachten. Vervolgens gaat u naar de afdeling Nucleaire geneeskunde. Op de afdeling scant u opnieuw de barcode van uw ticket bij de aanmeldzuil. U kunt in de aangegeven wachtruimte plaatsnemen.

Belangrijk!
Omdat het radioactieve materiaal maar heel kort houdbaar is en speciaal voor u wordt besteld, is het van het grootste belang dat u op tijd aanwezig bent. En u aan de voorbereidingen houdt. 

Onderzoek

U gaat eerst naar het toilet om uit te plassen. Daarna geeft de laborant u uitleg over het onderzoek. Bent u bang voor kleine ruimtes, dan kunt u vragen naar een rustgevend tabletje. Als dit het geval is, mag u na het onderzoek gedurende 8 uur niet zelf aan het verkeer deelnemen.

Het onderzoek ziet er verder als volgt uit:

  • Er wordt een infuusnaald in uw arm ingebracht. Via het infuus of via een vingerprik wordt uw bloedsuiker gecontroleerd. Uw bloedsuikerwaarde mag niet te hoog zijn.
  • Vervolgens wordt de radioactieve stof toegediend. De radioactieve stof moet één uur inwerken. Gedurende die tijd ligt u op een bed en moet u zich zo min mogelijk bewegen.
  • U krijgt eventueel een deken om te voorkomen dat u het koud krijgt en u mag naar muziek luisteren.
  • Na de inwerktijd gaat u weer naar het toilet om uit te plassen. Er wordt u gevraagd gebit en hoorapparaten uit te doen. Daarna worden de foto's gemaakt met de PET-CT-scanner. Hierbij ligt u op een smal bed dat stapsgewijs door de scanner schuift. Elke stap duurt ongeveer drie minuten. Het apparaat maakt geen hard geluid. Er worden foto's gemaakt van uw kruin tot en met de liezen/knieën. Het is belangrijk dat u stil ligt tijdens het scannen.
  • Aansluitend wordt een CT-scan gemaakt met een jodiumhoudend contrastmiddel dat via een infuusnaald in uw arm wordt ingebracht. Dit is nodig om de bloedvaten in uw lichaam zichtbaar te maken.
Afbeelding PET-CT-ScanAfbeelding 1: PET-CT-scan

 

Hoelang duurt het onderzoek?

De scantijd duurt van ongeveer 35 minuten tot maximaal 60 minuten. Daarna bent u klaar en kunt u de afdeling verlaten. In totaal duurt het onderzoek 1,5 tot 2,5 uur (dit is inclusief een wachttijd van 1 uur).

Let op!
Soms komt het helaas voor dat een onderzoek niet doorgaat op het afgesproken moment. Dit heeft te maken met de levering van de benodigde radioactieve stof. Het productieproces van deze stof is niet eenvoudig en het eindproduct moet aan strenge eisen voldoen. Dit wordt dan ook zorgvuldig getest voordat het wordt getransporteerd naar de diverse ziekenhuizen. Het komt voor dat een bepaalde levering wordt afgekeurd. Wij horen dit pas kort van tevoren en zijn dan genoodzaakt uw onderzoek te verplaatsen naar een ander tijdstip en soms zelfs naar een andere dag. Wij begrijpen dat dit heel vervelend voor u is. Wij vragen hiervoor uw begrip.

Na het onderzoek

Na het onderzoek vragen wij u nog vijftien minuten in de voorbereidingsruimte plaats te nemen. Pas na deze tijd zal de infuusnaald worden verwijderd. Dit om een eventuele reactie op het contrastmiddel snel te kunnen behandelen met medicijnen. Daarna kunt u in principe naar huis.

Ook is het belangrijk dat u na het onderzoek extra drinkt, dat wil zeggen: in ieder geval twee liter. Op die manier raakt u de contrastvloeistof weer snel kwijt uit uw lichaam. Als u een vochtbeperkt dieet heeft, is extra drinken niet nodig.

Risico's en bijwerkingen jodiumhoudende contrastvloeistof bij toediening via een infuus

Als er bij het onderzoek gebruik wordt gemaakt van contrastvloeistof via het infuus, dan kan een allergische reactie optreden. De kans hierop is klein en is de afgelopen jaren sterk afgenomen door verbetering van de jodiumhoudende contrastvloeistoffen.

Allergische reacties

Soms kunnen contrastvloeistoffen bij toediening via het infuus een overgevoeligheidsreactie veroorzaken. Dit betreft meestal een milde reactie (niezen, jeuk of galbulten) die optreedt binnen een uur na het onderzoek. In zeldzame gevallen kan een ernstige reactie (shock) ontstaan. Het is daarom belangrijk te weten of u overgevoelig bent voor contrast. Reacties op contrastvloeistof treden in de regel binnen één uur na de injectie op. U wordt daarom altijd goed geobserveerd bij de injectie, zodat wanneer nodig een eventuele reactie meteen kan worden behandeld.

Heeft u eerder last gehad van een allergische reactie toen röntgencontrastvloeistof bij u gebruikt werd? Of bent u overgevoelig voor jodiumhoudende stoffen? Neem dan vooraf contact op met uw behandelend arts, zodat eventuele voorzorgsmaatregelen genomen kunnen worden of gekozen kan worden voor een alternatief onderzoek.
Bij eventuele reacties thuis kunt u contact opnemen met uw huisarts.

Verstoring nierfunctie

Bij onderzoek met een jodiumhoudend contrastmiddel is het van belang dat uw nieren goed werken. Door de toediening van de contrastvloeistof bestaat de kans dat de nierfunctie achteruitgaat. Om de nierfunctie te bepalen is bloedonderzoek nodig. In sommige gevallen moeten, op basis van het bloedonderzoek, voorzorgsmaatregelen genomen worden om het risico op nierfunctievermindering te verkleinen. Bekijk voor meer informatie over het voorkomen van nierfunctieverslechtering als gevolg van jodiumhoudende contrastvloeistof de folder 'Contrastpoli'.

Radioactieve vloeistof

De radioactieve stof die u krijgt toegediend, levert geen gevaar op voor uw gezondheid en verlaat op natuurlijke wijze uw lichaam.

Risico's bij toedienen radioactieve stof

Als u een onderzoek op de afdeling Nucleaire geneeskunde moet ondergaan, krijgt u meestal door een naald of een infuus een radioactieve stof toegediend in een bloedvat. Hierbij kunnen enkele complicaties optreden.

Mogelijke complicaties

  • regelmatig: hematoom (blauwe plek) op de plaats van de toediening;
  • zelden: de naald of het infuus zit niet goed en radioactieve stof komt niet in bloedbaan. Dit kan soms kortdurend pijnlijk zijn.

Uitslag

De uitslag van het onderzoek is niet direct bekend. De afdeling Nucleaire geneeskunde stuurt de uitslag van het onderzoek naar uw behandelend arts, die u erover zal informeren.

Voorlichtingsfilm PET-CT-scan

In de voorlichtingsfilm kunt u zien hoe een PET-CT-onderzoek ongeveer verloopt.

Let op: Dit is een algemene film, het precieze verloop van het PET-CT-onderzoek staat hierboven beschreven.
Video PET-scan onderzoek

Contact

Heeft u nog vragen, dan kunt u bellen met de locatie waar u onder behandeling bent: 

Zwolle

Nucleaire geneeskunde
088 624 52 38 (bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.00 tot 17.00 uur)

Laatst gewijzigd 16 april 2024 / 5946