Contact
  1. 8367-Beroerte (PID): H4 Verblijf op de BCU en verpleegafdeling Neurologie Isala Meppel

Patiënten Informatie Dossier

U bent opgenomen op de Braincare unit van Isala in Meppel omdat u een beroerte heeft gehad. De Braincare unit is een onderdeel van de afdeling Neurologie.

In principe verblijft u 48 uur op de Braincare unit. De neuroloog kan beslissen dat u korter of langer moet blijven.

Controles

Het doel van uw opname is de schade die de beroerte in uw hersenen heeft veroorzaakt, zo klein mogelijk te houden. Het is belangrijk dat de eerste 48 uur uw vitale functies goed gecontroleerd worden:

  • Wij meten zeer regelmatig uw bloeddruk, hartfrequentie, lichaamstemperatuur, zuurstofgehalte en de bloedsuikerspiegel.
  • Wij controleren uw bewustzijn door het stellen van bepaalde vragen.
  • Wij controleren uw pupillen middels een lampje.
  • Wij testen de kracht in uw ledematen.

Voor deze controles wordt u ook ‘s nachts wakker gemaakt. 

Om uw hartritme te registreren, wordt u aangesloten op een telemeter. De gegevens van de telemeter worden continu bekeken op de intensive care (afdeling C1). Zo proberen we afwijkingen op te sporen en zo nodig te behandelen. Na 48 uur is deze intensieve controle meestal niet meer nodig. U wordt dan overgeplaatst naar een andere kamer op de verpleegafdeling Neurologie.

Bezoek

Tijdens uw verblijf in het ziekenhuis willen familie en vrienden uiteraard op bezoek komen. Dit mag natuurlijk tijdens de bezoektijden. Als u net opgenomen bent op de Braincare unit is kort bezoek buiten bezoektijden alleen mogelijk na overleg met de verpleegkundige. Een opname is erg vermoeiend en kost veel energie. Wij willen u dan ook vragen om maximaal 2 bezoekers per keer te laten komen.

Revalideren in het ziekenhuis

Zo gauw uw situatie het toelaat, start u met revalideren. Het is heel belangrijk om snel te starten met oefenen. In de eerste 12 weken treedt namelijk het meeste herstel op. Het is wetenschappelijk bewezen dan snel starten met revalideren werkt. Wij moedigen u dan ook aan om zo snel als mogelijk uw bed uit te gaan en zoveel mogelijk dingen weer zelf te doen. De therapeuten en verpleegkundigen helpen u hierbij.

Uw revalidatieteam kan bestaan uit: ergotherapeut, fysiotherapeut, logopedist en revalidatiearts.

Multidisciplinair overleg (MDO)

Elke week is er op de afdeling een overleg waarbij alle disciplines, artsen, revalidatiearts en ook de transferverpleegkundige aanwezig zijn. Samen stellen zij doelen voor u op en een advies voor het na-traject. Soms is het nodig om het herstel nog even af te wachten. Dan wordt uw situatie de week erop in het volgende MDO opnieuw besproken.

Revalidatiearts

Als dat nodig is, schakelt de neuroloog tijdens uw opname in het ziekenhuis de revalidatiearts in. De revalidatiearts geeft u advies over hoe u kunt revalideren na uw ontslag uit het ziekenhuis. De revalidatiearts kijkt naar de gevolgen van de beroerte. Naar wat u nog wel en wat u niet meer kunt bij het verzorgen van uzelf, het bewegen, communiceren, werken, uw hobby’s en relaties. Daarbij houdt de revalidatiearts ook rekening met uw manier van leven, voordat u een beroerte kreeg.

Fysiotherapeut

Heeft u moeite met bewegen? Dan kan de fysiotherapeut tijdens uw opname bij u langskomen. Tijdens zijn eerste bezoek bekijkt de fysiotherapeut welke problemen u heeft bij het bewegen. Hij bespreekt uw klachten met u en doet onderzoek. Tijdens het onderzoek kijkt hij naar:

  • uw spierkracht;
  • het gevoel in uw lichaam;
  • uw balans:
  • uw houding.

Als fysiotherapie u kan helpen, start de behandeling al tijdens uw opname in het ziekenhuis. De behandelingen van de fysiotherapeut worden persoonlijk op uw situatie afgestemd. Het behandelplan bespreekt de fysiotherapeut met u. In dit behandelplan kunnen bijvoorbeeld oefeningen staan voor het oefenen van arm en/of been; maar ook het oefenen om rechtop te kunnen zitten, om vanuit bed in de stoel te gaan zitten, om te staan, te lopen, trap te lopen.

Het oefenen met de fysiotherapeut vindt plaats op uw kamer, op de gang of in een aparte ruimte. Naast het oefenen met de fysiotherapeut is het vaak ook belangrijk dat u zelf oefent: alleen of met hulp van de verpleegkundige of van uw naasten. De fysiotherapeut geeft u hierover advies. Zo nodig geeft hij u de oefeningen ook op papier, als geheugensteun.

Rust voldoende, maar oefen daarnaast ook meerdere keren op een dag. Dit is heel belangrijk. Zo houdt u uw lichaam in conditie.
Tijdens uw behandeling test de fysiotherapeut geregeld uw vooruitgang. Het kan goed zijn dat ook uw naasten weten welke oefeningen u moet doen. Zo kunnen zij u helpen met oefenen. Vraag hier gerust naar bij uw fysiotherapeut.

Revalideren na ontslag

Als u met ontslag uit het ziekenhuis mag, bekijken de artsen en therapeuten uit uw revalidatieteam samen wat het beste revalidatietraject voor u is.

Naam fysiotherapeut:

Logopedist

De logopedist kijkt naar de gevolgen van de beroerte voor het begrijpen en produceren van taal, het lezen en schrijven, het spreken, uw mondmotoriek en/of het slikken.

Afname slikproef

Bij opname op de Braincare unit helpt de verpleegkundige u met een ‘slikproef’. Met deze slikproef kijken we of u veilig kunt eten en drinken. Soms zijn er een poosje aanpassingen nodig totdat u weer beter kunt slikken. Zo kan het nodig zijn dat u tijdelijk een neus-maagsonde krijgt om voedsel binnen te krijgen.

Observatie en onderzoek

De logopedist heeft een intakegesprek met u. Daarna volgt een logopedisch onderzoek. Bij het onderzoek kijkt de logopedist naar: 

  • mondmotoriek
    Er wordt gekeken naar de gevoeligheid en de werking van de spieren in en rond de mond.
  • slikfunctie
    De slikfunctie wordt beoordeeld en er wordt geadviseerd hoe u veilig kunt eten en drinken.
  • spraak
    Er wordt gekeken naar de ademhaling, stemgeving, klankkleur, intonatie en het duidelijk kunnen uitspreken van woorden.
  • talig functioneren
    Er wordt gekeken naar het begrijpen van taal, het spreken, lezen en schrijven.

Behandelplan en trainen

Uit het onderzoek kunnen doelen naar voren komen, waar u samen met de logopedist en de verpleging aan gaat werken. De behandelingen starten al in het ziekenhuis. De behandelingen kunnen gericht zijn op:

  • Het trainen van de mondmotoriek.
  • Het trainen van de slikfunctie, zodat u steeds vastere soorten voedsel kan eten.
  • Het trainen van uw stemgebruik: het duidelijk spreken, ademhaling, klankkleur en/of de toonhoogte.
  • Het trainen van het taalbegrip, de taalproductie, het lezen en/of het schrijven.
  • Het inzetten van een ondersteunend communicatiehulpmiddel.
  • Het informeren van u en uw familie over de logopedische problemen.

Naam logopedist:

Ergotherapie

De ergotherapeut bekijkt of de beroerte gevolgen heeft voor het uitvoeren van alledaagse handelingen.

Onderzoek en observatie

Als u op de Braincare unit ligt, komt de ergotherapeut bij u langs. Hij houdt een intakegesprek met u. Tijdens dit gesprek vraagt hij naar de klachten die u heeft in vergelijking met voor de beroerte. Daarnaast kan hij een onderzoek uitvoeren om meer te weten te komen over uw klachten.

Na deze kennismaking bekijkt de ergotherapeut, als het kan, hoe u dagelijkse activiteiten doet. Gaat aankleden bijvoorbeeld lastiger omdat u krachtverlies heeft in uw armen? Of heeft u moeite om een afspraak in uw telefoon te plannen, omdat u de stappen niet meer weet? Door met u mee te kijken, ziet de ergotherapeut op welk vlak uw problemen liggen. Dit is voor elke patiënt anders.
Op basis van deze screening stelt de ergotherapeut behandeldoelen voor u op. Als het kan, wordt er al in het ziekenhuis gestart met de behandeling.

Naam ergotherapeut:

 

Laatst gewijzigd 30 november 2021 / 8367 / P