Contact
  1. 5625-Blaasbestraling

Bijlage van het PID Blaaskanker

Radiotherapie (bestraling) wordt bij blaaskanker gegeven als:

  • een tumor in de blaaswand groeit.
  • een operatie niet kan of niet wenselijk is.

Soms krijgt u naast radiotherapie ook chemotherapie. Deze folder gaat alleen over bestraling bij blaaskanker.

Belangrijk om te weten

De ligging van de organen in de onderbuik is afhankelijk van hoe vol de blaas en de endeldarm zijn. Daarom worden de volgende aanwijzingen gegeven: plasvoorschrift voor de juiste vulling van de blaas en het zoveel mogelijk tegengaan van lucht (gasvorming) in de darmen.

Plasvoorschrift

Het plasvoorschrift kan per behandeling verschillen. Tijdens het consult met de arts, of nadat de CT-scan is gemaakt, wordt met u besproken of u met een volle of lege blaas wordt bestraald. Als u met een volle blaas wordt bestraald, vragen wij u voor elke bestraling één uur van tevoren uit te plassen en nadien binnen 15 minuten drie bekers water (in totaal 400 ml) te drinken. Nadat de bestraling is geweest, mag u weer naar het toilet. Wanneer u wordt bestraald met een lege blaas, vragen wij u vlak voor de bestraling naar het toilet te gaan. Hierdoor is de blaas tijdens de bestraling zo klein mogelijk.

Tegengaan van lucht in de darmen

Lucht in de darmen kan de ligging van de darmen veranderen. Door uw voeding en leefwijze aan te passen, kunt u meer of minder last krijgen van lucht in uw darmen. Dit is bij ieder persoon anders en hangt af van wat en hoeveel u hiervan eet. Probeer de volgende producten zo min mogelijk te eten om de hoeveelheid lucht zo min mogelijk te laten zijn:

  • Ui, koolsoorten (vaak kan broccoli en bloemkool wel), peulvruchten, prei, spruiten, paprika;
  • Producten met veel suiker of sorbitol (zoetstof);
  • Bier en koolzuurhoudende dranken.

Vermijd het inslikken van lucht. Liever niet: 

  • kauwen op kauwgom;
  • te snel eten;
  • praten tijdens het kauwen;
  • drinken door een rietje;
  • roken.

Algemene tips om regelmatig naar de wc te kunnen gaan:

  • Beweeg minimaal 30 minuten per dag;
  • Eet op regelmatige tijdstippen;
  • Drink voldoende, tenminste 1,5 liter per dag;
  • Voelt u dat u naar de wc moet? Wacht dan niet en ga meteen naar de wc.

Bijwerkingen

Zowel tijdens als na de periode van bestraling kunt u bijwerkingen krijgen. Meestal ontstaan deze bijwerkingen niet direct, maar pas na enige tijd. Ook verschillen de bijwerkingen van persoon tot persoon.
Algemene bijwerkingen van bestraling zijn vermoeidheid en huidirritatie. Zie hiervoor onze algemene folder. Daarnaast heeft u bij de bestraling van uw blaas kans op darm- en plasklachten.

Vaak moeten plassen

De klachten die kunnen ontstaan lijken op die van een blaasontsteking:

  • vaak kleine beetjes plassen;
  • heel nodig moeten plassen (maar vaak laat de eerste straal op zich wachten en verloopt het plassen moeilijk of komt er niets);
  • een schrijnend gevoel tijdens het plassen;
  • pijn in de onderbuik;
  • troebele urine;
  • kleine beetjes bloed in de urine.

Na beëindiging van de bestraling verdwijnen de klachten meestal binnen enkele weken.

Adviezen bij vaak plassen:

  • Drink veel: 1,5 tot 2 liter per dag. Als u veel drinkt, verdunt de urine. De kleur is dan lichtgeel. U heeft dan minder kans op blaasontsteking;
  • Beperk alcoholische dranken;
  • Gebruik niet te veel kruiden;
  • Controleer altijd de kleur van uw urine. Als u heel donkergekleurde of roze urine heeft, kunt u een blaasontsteking hebben.

Regelmatig dunne ontlasting

Bij de bestraling van de blaas, kan de endeldarm (het laatste stuk van de darm) reageren. Het voelt dan of u nodig naar de wc moet, maar er komt maar weinig ontlasting. Ook kunt u last krijgen van dunne ontlasting, al dan niet met slijm en/of een beetje bloed. Dit is een normale reactie. Nadat u gestopt bent met de bestraling, verminderen en verdwijnen de klachten meestal vanzelf.

Adviezen als u vaak naar de wc moet:

  • Eet meerdere kleine maaltijden per dag.
  • Drink voldoende: 1,5 tot 2 liter vocht per dag.
  • Beperk voedingsmiddelen en dranken die uw darmen stimuleren, zoals vetrijke maaltijden, alcohol, koolzuurhoudende dranken en scherpe kruiden.
  • Beperk voedingsmiddelen die lucht veroorzaken. Dit zijn: prei, peulvruchten, kool, ui, knoflook en kauwgom. Bloemkool en Chinese kool kunnen meestal wel.
  • Gebruik vezelrijke voeding. Vezels binden het vocht in de ontlasting. Fijne voedingsvezels prikkelen de darm minder dan grove voedingsvezels. Voorbeelden van voedingsmiddelen met fijne voedingsvezels zijn: All Bran®, Nutrigan®, bloem, havermout, griesmeel, maïzena, Bambix®, Brinta®, bruinbrood en fijn volkorenbrood, volkorenbeschuit, ontbijtkoek, aardappelen, fijngesneden gekookte groente en zeer fijngesneden rauwkost, geschild/ontpit fruit en vruchtensap.
  • Kies liever voor zure melkproducten (bijvoorbeeld karnemelk) dan voor zoete melkproducten.
  • Ga bij het plassen op het toilet zitten. Zo voorkomt u dat het ongewenste verlies van slijm en/of ontlasting uw kleding vies maakt.

BeterDichtbij

Binnen Isala maken we gebruik van de app BeterDichtbij. Via deze app kunt u gemakkelijk en veilig berichten sturen en beeldbellen met uw behandelaar. Wanneer u een tekstbericht verstuurt, ontvangt u binnen 3 werkdagen een reactie. Gebruik deze app niet voor spoed of medische vragen die niet kunnen wachten, neem in die situaties altijd telefonisch contact op. Meer informatie over berichten sturen en beeldbellen leest u in de folder BeterDichtbij App op Isala.nl/beterdichtbij.

Contact

Heeft u nog vragen, dan kunt u bellen met de locatie waar u onder behandeling bent:

Zwolle

Radiotherapie
088 624 54 49 (bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.00 tot 17.00 uur)

Laatst gewijzigd 13 mei 2025 / 5625 / P