Contact
  1. 8575-Balzakspatader

In deze folder leest u informatie over een balzakspatader en de behandeling ervan.

Wat is een balzakspatader?

In uw balzak lopen bloedvaten die het bloed vervoeren. Een ander woord voor bloedvat is ader. Als de ader die het het bloed naar boven vervoert niet meer goed werkt, ontstaat een balzakspatader (varicocèle). De kleppen in de ader werken dan niet goed meer.

Wanneer moet een balzakspatader behandeld worden?

Balzakspataders komen veel voor. De meeste mannen hebben er geen last van. Maar sommige mannen voelen de spatader wel bij inspanning, zoals sporten of hoesten.
Een balzakspatader hoeft niet altijd behandeld te worden. Alleen als u klachten heeft is een behandeling nodig.

Heeft een balzakspatader iets te maken met uw vruchtbaarheid?

Soms wordt een balzakspatader in verband gebracht met onvruchtbaarheid. Maar daar is nog nooit bewijs voor geleverd.

Wat houdt de behandeling in?

Tijdens een operatie wordt de balzakspatader afgebonden of afgesloten.

Hoe bereidt u zich voor op de operatie?

U krijgt een afspraak voor een preoperatief onderzoek. Meer informatie over dit onderzoek en uw opname leest u in de folders 'Preoperatief onderzoek' en 'Opname in Isala'.

Gebruikt u bloedverdunnende medicijnen? Bij het preoperatief onderzoek hoort u óf en wanneer u hiermee moet stoppen.

Vanaf 7 dagen vóór uw operatie mag u het operatiegebied niet meer zelf ontharen met een tondeuse, scheermesje of ontharingscrème. Ontharen vergroot namelijk het risico op infecties na de operatie.

Wanneer krijgt u een oproep voor de operatie?

U krijgt een brief thuisgestuurd met de datum van uw operatie. Deze brief krijgt u zodra uw operatie gepland staat. Een week vóór uw operatie belt onze collega het tijdstip van uw opname door. Bent u telefonisch niet bereikbaar? Dan krijgt u het tijdstip van uw opname ook per brief thuisgestuurd.

Waar moet u zich melden op de dag van de opname?

Meld u op de afgesproken tijd bij de Centrale balie in de Centrale hal van het ziekenhuis. Een gastheer of -vrouw brengt u daarna naar de verpleegafdeling. Een verpleegkundige vertelt u daar meer over hoe alles verloopt. De verpleegkundige begeleidt u zo veel mogelijk tijdens uw opname.

Hoe verloopt de voorbereiding op de operatie?

Voor uw operatie krijgt u medicijnen. Deze medicijnen zijn door de anesthesioloog voorgeschreven. De anesthesioloog is de arts die zorgt voor uw narcose. Zodra u aan de beurt bent, brengt een verpleegkundige u naar de operatiekamer.

In de operatiekamer ontmoet u de anesthesioloog. U heeft hem of een van zijn collega’s ook al gesproken bij het preoperatief onderzoek. Lees ook de folder 'Algehele anesthesie (narcose)'

Vindt de arts dat het operatiegebied toch moet worden onthaard? Dan doet de operatieassistent dit vlak voor de operatie met een speciale tondeuse.

Wat gebeurt er tijdens de operatie?

De operatie vindt meestal plaats onder algehele narcose. De operatie duurt ongeveer 30 tot 45 minuten. Tijdens de operatie wordt de ader hoog in uw lies, in de buik, opgezocht. Daarna wordt de ader afgebonden.
Er zijn twee manieren waarop u geopereerd kunt worden:

  • Laparoscopische varicocèle operatie;
  • Embolisatie.

Een laparoscopische varicocèle operatie

De operatie wordt uitgevoerd via kleine sneetjes in de buikwand. De sneetjes zijn ongeveer 1 centimeter. Via één sneetje wordt een lange, dunne buis in de buik gebracht met een camera. Het beeld wordt weergegeven op een televisiescherm. Via de andere sneetjes brengt de chirurg instrumenten in waarmee hij of zij opereert.
Bij deze manier van opereren worden de spataders met een 'clip' afgebonden.

Embolisatie

Deze operatie wordt uitgevoerd via een katheter (dun kunststof slangetje). Dit slangetje wordt in de balzak gebracht tot in de te behandelen ader. De ader wordt mechanisch afgesloten. Er bestaat altijd een kleine kans dat de ingreep op deze manier niet lukt. Dan is er alsnog een operatie nodig.

Wat gebeurt er na de operatie?

Na de operatie wordt u naar de verkoeverkamer (recovery of uitslaapkamer) gebracht. Hier blijft u totdat u weer goed wakker bent en/of de verdoving is uitgewerkt. Daarna wordt u weer naar de verpleegafdeling gebracht.

Hoe verloopt het herstel?

Zodra u weer op de verpleegafdeling bent, begint uw herstel. Op de operatiedag controleert de verpleegkundige regelmatig uw bloeddruk, pols en temperatuur. Ook bespreekt de verpleegkundige de verpleegkundige zorg met u.

Het totale herstel van de operatie duurt 2 tot 3 weken. De resultaten van de operatie zijn goed; de kans op een terugkerende balzakspatader is slechts 5%.

Hoe gaat de bestrijding van pijn?

De verpleegkundige vraagt u een paar keer dag hoeveel pijn u heeft. Zo houden wij goed in de gaten of de pijnverlichtende maatregelen genoeg helpen.
Meer informatie over pijnbestrijding en pijnregistratie kunt u lezen in de folder 'Pijnbestrijding en pijnregistratie'.

Wanneer mag u het ziekenhuis verlaten (met ontslag)?

Meestal mag u dezelfde dag weer naar huis.

Aan welke leefregels kunt u zich na de operatie het beste houden?

Houdt u de komende periode aan de volgende leefregels. Dit helpt om goed te herstellen.

  • Draag na de operatie een onderbroek die steun geeft (dus geen wijde boxershort). Draag deze overdag en ‘s nachts. Zo heeft u minder kans op zwelling.
  • Laat het verband of de pleisters 24 uur zitten. Daarna mag u het verband verwijderen en kunt u weer douchen.
  • Vaak is de zaadbal na de operatie gezwollen. Dit gaat langzaam vanzelf weer over.
  • U mag de eerste week niet fietsen, sporten, in bad, zwemmen, naar de sauna of zwaar tillen.
  • U mag alles eten en drinken, zoals u thuis gewend bent.

Kan ik thuis pijnbestrijding gebruiken?

Bij pijn mag u 4 keer per dag 1.000 mg paracetamol gebruiken. Slik de pijnstillers op vaste tijden: om 8.00 uur, om 12.00 uur, om 17.00 uur en om 22.00 uur.

Heeft u geen pijn meer? Bouw dan de paracetamol weer af.
Het kan zijn dat uw arts u ook andere medicijnen tegen de pijn aanraadt (naast Paracetamol).

Gebruikt u bloedverdunnende medicijnen? Uw arts en/of de trombosedienst vertellen u wanneer u deze weer mag gebruiken.

Krijgt u nieuwe medicijnen voorgeschreven? Dan kunt u deze ophalen bij de ziekenhuisapotheek of uw eigen apotheek. De verpleegkundige geeft u hier informatie over.

Welke ongewenste klachten kunt u na de operatie krijgen?

Zoals bij elke operatie kunnen er bloedingen en wondinfecties ontstaan. Lees hieronder bij welke klachten u het ziekenhuis moet bellen.

  • Bij een klein aantal patiënten ontstaat vochtophoping rond de testikel in de balzak. Meestal gaat de zwelling vanzelf na een tijdje over.
  • Vaak wordt de balzak blauw, door een bloeduitstorting. Ook dit gaat vanzelf over.

Moet u voor controle naar het ziekenhuis komen?

Als dat nodig is, krijgt u een afspraak thuisgestuurd voor het spreekuur van de uroloog. Als de operatie wordt gedaan, omdat u verminderd vruchtbaar bent, kunt u pas 3 tot 6 maanden na de operatie verbetering verwachten. Het heeft geen zin om eerder spermacontroles te doen.

Bij welke klachten na uw operatie moet u contact opnemen met het ziekenhuis?

  • Bij koorts (boven 38,5 graden);
  • Bij forse zwelling van het wondgebied;
  • Bij pijn die steeds erger wordt, ondanks medicijnen tegen de pijn;
  • Als u iets niet vertrouwt.

Contact

Heeft u nog vragen, dan kunt u bellen met de locatie waar u onder behandeling bent:

Zwolle en Kampen

Urologie
088 624 27 40 (bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.30 tot 17.00 uur)

Meppel

Urologie
088 624 96 33 (bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.00 tot 16.30 uur)

Heeft u vragen over uw opname?
Bel dan: 088 624 24 36

Laatst gewijzigd 19 maart 2024 / 8575

Gerelateerde folders