Contact
  1. 5741-Aorta operatie borstkas

Bijlage van het PID Hartoperatie

U wordt geopereerd aan uw aorta (grote lichaamsslagader) in de borstkas. De reden hiervoor is een aneurysma (verwijde aorta) of een dissectie (gescheurde vaatwand). In deze bijlage leest u meer over deze ziektes en de behandelingen die daarbij horen. Deze bijlage is ook bedoeld voor mensen die al geopereerd zijn door een spoedsituatie. U kunt dan na uw operatie rustig nalezen welke operatie u heeft gehad.

Het hart en de bloedsomloop

Het hart is een holle spier die het bloed door uw lichaam pompt. In het bloed zitten zuurstof en voedingsstoffen voor uw spieren en organen. Dit is nodig om te kunnen leven.

Het hart bestaat uit vier holtes: twee hartboezems en twee hartkamers.
De boezems vangen het bloed op dat in het hart terug komt en pompen het naar de kamers.
De kamers pompen het bloed het lichaam in.

 Afbeelding hart- en bloedsomloop schematisch
Afbeelding 1: Hart- en bloedsomloop

 

Het rondpompen van het bloed gebeurt als volgt (zie afbeelding 1):

  • Kleine bloedsomloop:
    zuurstofarm bloed stroomt uit de aders van het lichaam naar de rechterboezem.
    Daarna gaat het naar de rechterkamer. De rechterkamer pompt het zuurstofarme bloed via de longslagader naar de longen, waar het zuurstof opneemt.
  • Grote bloedsomloop:
    het zuurstofrijke bloed gaat via de longaders (longvenen) terug naar het hart en komt in de linkerboezem terecht. Daarna gaat het naar de linkerkamer. De linkerkamer pompt het zuurstofrijke bloed via de aorta (lichaamsslagader) door het hele lichaam.

Vanuit de aorta lopen de slagaderen naar uw spieren en organen, zoals de hersenen, nieren, lever en darmen. Het bloed geeft het zuurstof af in de organen en spieren. Het zuurstofarme bloed gaat vervolgens terug naar het hart via uw aderen.

Tussen de vier holtes en bij het begin van de longslagader en de aorta liggen hartkleppen. De hartkleppen zorgen ervoor dat het bloed niet terug kan stromen. De hartklep tussen de aorta en de linkerkamer noemen we de aortaklep.

Op de website van de Nederlandse Hartstichting kunt u ook de volgende filmpjes bekijken:

Hoe ziet de aorta er uit?

De aorta is de grote lichaamsslagader die uw lichaam zuurstofrijk bloed geeft. De aorta loopt vanaf de linkerkamer van het hart via de wervelkolom naar uw buik. De aorta splitst zich naar steeds kleinere vaten en haarvaten, waardoor het bloed naar uw spieren en organen wordt vervoerd.

Afbeelding aorta in borstkas
Afbeelding 2: De aorta
 

De aorta is als volgt opgebouwd:

  • Het eerste deel van de aorta loopt omhoog. Dit deel noemen we de aorta ascendens, ofwel de stijgende aorta. Uit dit deel ontstaan de kransvaten. Dit zijn de vaten die de hartspier bloed geven.
  • Vervolgens maakt de aorta een boog naar beneden. Vanuit deze aortaboog lopen vaten naar het hoofd en de armen.
  • Het laatste deel van de aorta noemen we de aorta descendens, de dalende aorta. Vanuit dit deel van de aorta lopen vaten naar de rest van het lichaam, zoals de organen in uw buik en de benen.

Telkens als uw hartspier samentrekt, stroomt er bloed onder grote druk de aorta in. De wand van de aorta bestaat daarom uit drie verschillende lagen. Deze lagen zorgen samen voor een stevige en soepele aorta, die deze druk aan kan.

Problemen met de aorta

Er zijn twee belangrijke problemen die kunnen ontstaan bij de aorta: een aneurysma of een dissectie. Deze problemen hebben verschillende oorzaken en vragen om verschillende behandelingen.

Aneurysma

Een aneurysma is een verwijding van de aorta tot meer dan twee keer de normale grootte. De verwijding ontstaat, omdat de vaatwand op die plek zwakker wordt. De oorzaak hiervan is meestal ziekte in de middelste laag van de vaatwand. Oorzaken kunnen zijn:

  • slagaderverkalking (arteriosclerose);
  • hoge bloeddruk;
  • ontstekingen in de vaatwand die niet weg gaan (chronisch);
  • aangeboren aandoening, bijvoorbeeld de ziekte van Marfan.

Deze oorzaken beschadigen de soepele vezels in de vaatwand. Hierdoor verliest de vaatwand stevigheid en soepelheid en wordt zwakker.

De meeste mensen voelen niet dat ze een aneurysma hebben. Bloedvaten hebben namelijk geen gevoel. Een aneurysma kan ontdekt worden via een CT-scan of een echo van de borstkas. Meestal wordt een aneurysma van de aorta bij toeval ontdekt, omdat er een CT-scan of echo gemaakt moet worden voor andere klachten.

Een aneurysma kan steeds groter worden en uiteindelijk leiden tot een scheur in de aorta. Dit kan leiden tot een levensbedreigende bloeding. De volgende behandelingen zijn mogelijk:

  • Medicijnen die het risico op scheuren kleiner maken. Regelmatig controles bij de arts om te kijken of het aneurysma gegroeid is, zijn dan ook nodig.
  • Een operatie.

Dissectie

Als de binnenwand en de buitenwand van de aorta zich van elkaar losmaken, heet dat een dissectie. Door een scheurtje in de binnenwand van de aorta komt er steeds meer bloed tussen de verschillende wandlagen van de aorta. Hierdoor kunnen de lagen loslaten van elkaar. Oorzaak is ziekte in de middelste laag van de vaatwand. Het spier- en bindweefsel beschadigt.

Een dissectie kan steeds groter worden. Dat kan zelfs over de hele lengte van de aorta gebeuren. Belangrijke haarvaten van de aorta kunnen dan dicht gaan zitten. Daardoor krijgen spieren en organen geen of niet genoeg zuurstof.

De volgende behandelingen zijn mogelijk. Welke behandeling voor u geldt, hangt af van de plaats van de dissectie.

  • Dissectie in de aorta ascendens;
    een operatie is zeker nodig. Het mag niet gebeuren dat de dissectie zich verder uitbreidt richting het hart. Dit zou anders leiden tot een levensbedreigende situatie.
  • Dissectie in de aorta descendens;
    de arts bekijkt in overleg met u of de behandeling met medicijnen en bedrust kan. Misschien is toch een operatie nodig. Dat hangt af van de risico’s in uw geval. Een spoedoperatie is alleen nodig als er schade aan de organen dreigt of als er een levensbedreigende bloeding ontstaat.
    Het liefst wordt gewacht met opereren. We geven dan bedrust en medicijnen die de bloeddruk verlagen en die de pijn wegnemen. Na de acute fase blijft u onder controle van de arts. Met CT-scans bepaalt de arts of een geplande operatie op een later moment toch nog nodig is. De risico’s bij een geplande operatie zijn veel kleiner dan bij een spoedoperatie.

De operatie

Bij een operatie van een aneurysma of dissectie wordt in het zieke gedeelte van de aorta een vaatprothese geplaatst. Dit gebeurt via een operatie waarbij het borstbeen geopend wordt. Dit is nodig om goed bij de aorta ascendens en de aortaboog te kunnen komen. Hierbij ontstaat een wond van ongeveer 25 centimeter. Tijdens de operatie neemt de hartlongmachine uw ademhaling en bloedsomloop over. Op die manier kan de chirurg veilig de operatie uitvoeren aan het zieke deel van uw aorta.

Er zijn verschillende operaties mogelijk. De keuze hangt af van de plek waar het aneurysma of de dissectie zit. Hieronder vindt u een beschrijving van de verschillende soorten operaties.

Vervangen van de aorta ascendens

Als het aneurysma of de dissectie alleen in de aorta ascendens zit, wordt het zieke deel vervangen door een vaatprothese. Dit gebeurt met een rechte buis (zie afbeelding 3).
Het zieke deel van de aorta wordt eerst verwijderd. Daarna plaatst de chirurg de vaatprothese in de aorta. Deze operatie duurt gemiddeld 6 tot 7 uur.

Afbeelding vervanging aorta ascendens Afbeelding 3: Vervanging van aorta ascendens

Vervangen van de aortawortel

Als het aneurysma of de dissectie in de aorta ascendens doorloopt tot vlak boven de aortaklep, is de aortaklep ook beschadigd. Alleen een vaatprothese plaatsen is in dit geval niet genoeg. De aortaklep moet ook gerepareerd of vervangen worden.
Tijdens de operatie worden de aortaklep en de wortel van de aorta vervangen door een aortaklepprothese. Hier zit de vaatprothese aan vast (zie afbeelding 4). De kransvaten die uit de aortawortel komen, worden ook aan de prothese vast gemaakt.
Deze operatie duurt gemiddeld 6 tot 8 uur. Dit hangt af van de oorzaak en de grootte van het aneurysma of de dissectie.
Afbeelding vervanging aoratawortelAfbeelding 4: Vervanging van aortawortel 

 

Kunstklep of biologische klep

Bij het vervangen van een hartklep bestaat de keuze tussen een kunstklep of een biologische klep. Aan beide zitten voor- en nadelen:

  • Een kunstklep slijt niet. Maar u moet uw leven lang antistollingsmedicijnen slikken. U blijft daarvoor onder controle van de trombosedienst. Ook kunt u een kunstklep horen tikken.
  • Een biologische klep maakt geen geluid en u hoeft geen antistollingsmedicijnen te slikken. Het nadeel van een biologische klep is dat deze wel slijt. De klep moet na verloop van tijd misschien weer eens een keer vervangen worden.

De arts bespreekt voor de operatie met u voor welk soort hartklep u kiest. Bij een spoedoperatie is daar geen tijd voor. De arts maakt dan een keuze en probeert daarbij rekening te houden met wat het beste past bij uw leeftijd en omstandigheden.

Vervangen van de aortaboog

Uit de aortaboog vertakken zich vaten naar zowel de hersenen als de armen (zie afbeelding 2). Als de aortaboog vervangen moet worden, moet de bloedsomloop naar uw hersenen gestopt worden tijdens de operatie. Dit moet op een veilige manier gebeuren, omdat hersenen niet te lang zonder zuurstof kunnen. Om ervoor te zorgen dat er geen schade ontstaat, wordt het lichaam tijdens dit moment extra beschermd via koeling. Als het lichaam diep gekoeld is, gebruiken organen namelijk veel minder zuurstof. Tijdens diepe koeling kan de bloedsomloop langere tijd gestopt worden, zonder dat er schade ontstaat aan het lichaam.

Diepe koeling

Tijdens de operatie wordt het lichaam gekoeld naar 18 graden Celsius met hulp van de hartlongmachine. Bij deze lage temperatuur kan uw bloedsomloop tijdelijk worden stop gezet. De chirurg kan op dat moment het zieke deel uit de aortaboog vervangen door een vaatprothese. De vaten die uit de aortaboog komen, worden aan de vaatprothese vast gemaakt (zie afbeelding 5). Daarna wordt de hartlongmachine weer aangezet om uw bloedsomloop te starten en uw lichaam weer op normale lichaamstemperatuur te brengen.

.

Afbeelding vervanging aortaboog Afbeelding 5: Vervanging van aortaboog 

 

Door het diepe koelen duurt deze operatie langer. Het koelen en weer opwarmen van het lichaam moet namelijk heel langzaam gebeuren, zodat er geen schade aan weefsels ontstaan. Gemiddeld duurt deze operatie 8 uur.

Na de operatie

Na de operatie blijft u minimaal 24 uur op de Intensive care. Als er geen problemen ontstaan, gaat u naar de verpleegafdeling Thoraxchirurgie om verder te herstellen. Meer informatie over uw opname in het ziekenhuis vindt u in hoofdstuk 4 ‘Na de operatie’ van het Patiënten Informatie Dossier ‘Hartoperatie’.

Risico’s en mogelijke problemen

Net als bij andere hartoperaties kunnen er problemen ontstaan zoals hart- en longproblemen, nabloedingen, koorts en trombose (bloedstolling).

Operaties aan de aorta, en vooral dissecties, zijn grote operaties. De kans op problemen is daardoor groter en de soort problemen vaak ernstiger dan bij minder moeilijke hartoperaties.

Sommige problemen die mogelijk ontstaan na een operatie aan een aneurysma of dissectie zijn:

  • Hersenschade;
    Ondanks een zo goed mogelijke bescherming via koeling tijdens de operatie kan schade ontstaan. Dat verschilt van een beetje in de war zijn tot een ernstige hersenbeschadiging.
  • Nierfunctiestoornissen;
    Deze stoornissen zijn vaak tijdelijk en worden met medicijnen behandeld. Bij ernstige schade is soms (tijdelijke) nierdialyse nodig.
  • Long- en/of blaasontsteking;
    Na een operatie aan de aorta bent u hier meer gevoelig voor. De behandeling vindt plaats met antibiotica.
  • Nabloeding;
    Soms is een nieuwe operatie nodig om de bloeding te stoppen.

Hartrevalidatie

Veel patiënten zijn na een operatie aan het hart erg onzeker over hun lichaam. Wat kan ik wel, wat kan ik niet? Thuis komen de vragen over bewegen, voeding, werk en leefstijl. Vaak kunt u en mag u meer dan u denkt. Over de situatie thuis na de operatie kunt u meer lezen in Hoofdstuk 5 van het PID. Het is belangrijk dat u geen nieuwe klachten krijgt.
U kunt een hartrevalidatieprogramma volgen bij Isala Harthuis. Wij bekijken samen met u wat het beste past bij uw persoonlijke doelen en situatie. Dit doen we volgens de Richtlijn Hartrevalidatie van de Nederlandse Hartstichting.
Na uw behandeling in Isala bespreekt uw cardioloog met u de mogelijkheid om een hartrevalidatieprogramma te volgen. Als dat niet het geval is vraag dat dan gerust. Lees voor meer informatie ook de folder 'Hartrevalidatie'.

Contact

Heeft u nog vragen, dan kunt u bellen met de locatie waar u onder behandeling bent:

Zwolle

Isala Hartcentrum
Thoraxchirurgie
(088) 624 28 66 (bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.30 tot 17.00 uur)

Laatst gewijzigd 22 juni 2023 / 5741 / P