Okselklierdissectie bij melanoom Okselklierdissectie bij melanoom

Door het verwijderen van alle lymfeklieren met uitzaaiingen is uw kans op genezing niet groter. Wetenschappelijk onderzoek heeft dit jammer genoeg nog niet aangetoond. Een operatie is nodig om eventuele problemen in de oksel door uitzaaiingen te voorkomen.

Operatie

U wordt geopereerd in het Behandelcentrum. In principe wordt u niet van tevoren opgenomen. Het kan wel zo zijn dat u een nacht moet blijven.

Duur

De ingreep duurt ongeveer 90 minuten.

Na de operatie

Uitslag

Nadat de lymfeklieren uit uw oksel verwijderd zijn, worden deze onderzocht door de patholoog op uitzaaiingen. De aantasting van de lymfeklieren is een belangrijke factor bij het bepalen van het stadium van de ziekte. U krijgt de uitslag ongeveer 5 tot 10 werkdagen na de operatie van de verpleegkundig specialist.

Uitslaapkamer

Na de operatie gaat u voor observatie naar de uitslaapkamer. U heeft dan een infuus in uw arm voor vocht en eventuele medicatie. Als u wakker bent en alles goed gaat, brengt een verpleegkundige u terug naar de verpleegafdeling.

Wonddrain

Tijdens de verwijdering van de okselklieren krijgt u een wonddrain (slangetje). Via deze drain worden na de operatie lymfevocht en wondvocht afgevoerd. De drain wordt er na 24 uur eruit gehaald (tenzij er een bijzondere reden is om dit niet te doen).

Klachten

Door de operatie kunnen de volgende klachten ontstaan:

• pijn;
• vochtophoping bij het wondgebied;
• gevoelloosheid van de huid bij het operatiegebied door zenuwbeschadiging, dit herstelt vaak gedeeltelijk na een aantal weken.

Pijnbestrijding

Het kan zijn dat u na de operatie nog pijn heeft. U mag daarvoor 3 tot 4 keer per dag 1000 mg paracetamol innemen. Voor goede pijnstilling is het belangrijk dat u zich de eerste dagen na de ingreep consequent aan de tijden en de dosering houdt. Daarna kunt u de pijnstillers naar behoefte afbouwen.

Complicaties

Geen enkele operatie is zonder risico’s. Houdt u er daarom rekening mee dat (een van) de volgende complicaties kunnen optreden:

• wondinfectie;
• opengaan van de wond;
• seroom (ophoping van vocht in het wondgebied);
• schouderstijfheid;
• lymfoedeem.

Seroom

Het kan zijn dat de wond en de huid eromheen na een paar dagen opzetten. Dit komt door ophoping van lymfe- en wondvocht dat door de verstoorde afvoer minder goed afgevoerd wordt. We noemen dit seroom. Het kan zijn dat het seroom door een opening in het litteken spontaan naar buiten komt. Dek de wond dan af met een gaas- of maandverband. Voor bescherming van uw matras kunt u eventueel een zeiltje onder uw hoeslaken leggen.

Indien het opgehoopte vocht een vervelend en/of pijnlijk gevoel geeft of u maakt zich ongerust dan kunt u contact opnemen met het secretariaat van de Mammapolikliniek via 088 624 34 87. De secretaresse maakt dan voor u een afspraak op het spreekuur bij de doktersassistente om te kijken of het seroom gepuncteerd moet worden. Bij een seroompunctie wordt het vocht met een naald en een slangetje afgevoerd. Dit is over het algemeen niet pijnlijk.

Schouderstijfheid

Na de operatie mag u op geleide van de pijn de arm weer gaan gebruiken. Dit betekent dat u uw arm mag bewegen en gebruiken tot het pijn doet. Forceer niet, maar wees ook niet te voorzichtig. Doorgaans kunnen mensen binnen enkele weken de arm weer net zo gebruiken als vóór de operatie.

Oefeningen

Soms merken mensen dat de beweeglijkheid van de arm zich niet 'spontaan' herstelt. De schouder kan stijver worden na de operatie. Het is dan verstandig de volgende oefeningen te doen om de functie van de arm en schouder te herstellen.

• Voer de oefeningen elke dag drie tot vier keer uit.
• Wanneer de hechtingen nog aanwezig zijn of het litteken nog herstellende is, hoeft u niet bang te zijn dat door de oefeningen de wond opengaat, zolang u binnen uw pijngrens blijft. Uw arm ontzien en te voorzichtig bewegen is niet goed. Dit kan schouderklachten veroorzaken.
• Adem tijdens de oefeningen goed door, let erop dat u uw adem niet vasthoudt.
• Houd uw rug recht tijdens de oefeningen, strek uzelf uit.
• U kunt de meeste oefeningen zowel staand als liggend uitvoeren. Het is goed om liggend te beginnen. In een later stadium is zittend of staand beter, het liefst voor een spiegel. U kunt dan zelf zien of u de oefeningen goed uitvoert.

Oefening 1

Vouw uw handen of pak uw pols vast en breng de armen gestrekt omhoog, als dit mogelijk is (niet forceren!). Laat ze daarna weer zakken. Herhaal dit vijf tot tien keer.

Oefening 2

Ga met uw gezicht naar de muur staan, met uw tenen ongeveer tegen de muur. ‘Kruip’ met beide handen langs de muur omhoog en weer terug. Herhaal dit vijf tot tien keer.

Oefening 3

Ga met uw buik tegen de muur staan en beweeg beide armen zijwaarts omhoog, alsof u cirkels op de muur tekent. Breng uw armen weer terug. Herhaal dit vijf tot tien keer.

 Afbeelding: Oefening 3

Oefening 4

Afbeelding: Oefening 4

 

Oefening 5

Leg uw handen losjes achter in uw nek. Houd uw ellebogen eerst ontspannen naar voren en breng ze daarna naar achteren en weer terug naar voren. Herhaal dit vijf tot tien keer.

 

Afbeelding: Oefening 5

Lukt het niet om de schouder weer helemaal soepel te krijgen met behulp van deze oefeningen, bespreek dit dan met uw regieverpleegkundige oncologie of bestralingsarts. Het is dan zinvol om begeleiding te krijgen van een fysiotherapeut.

Lymfoedeem

Lymfoedeem na een okselklierdissectie is een chronisch ophoping van vocht en eiwitten in de arm of borst aan de kant van de operatie. Het is vaak een late complicatie en kan zich ook jaren later openbaren. Het is een complicatie die grofweg bij 30% van de mensen ontstaat.

Een beginnend lymfoedeem geeft een moe en zwaar gevoel in uw arm, waarbij ook tintelingen kunnen voorkomen. Sommige mensen ervaren een afknellend gevoel. In enkele gevallen kan een acute zwelling van uw ledemaat optreden, inclusief de voet. Bij lymfoedeem heeft u een verhoogd risico op wondroos (erysipelas), huidklachten en gewrichtsklachten. Bij al deze symptomen is het belangrijk dat u actie onderneemt om verdere toename van het lymfoedeem te voorkomen. Dit betekent dat u contact op moet nemen met uw behandelaar. Als het nodig is, verwijzen wij u door naar een huidtherapeut van het Dermatologisch centrum.

Contact

Heeft u nog vragen, dan kunt u bellen met de locatie waar u onder behandeling bent:

Zwolle

Mammapolikliniek
088 624 34 87 (bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.30 tot 17.00 uur)

Kunt u niet komen? Laat het ons snel weten, dan maken wij een nieuwe afspraak.