Nierkanker (PID): H2 Nierkanker en onderzoeken Nierkanker (PID): H2 Nierkanker en onderzoeken
- Isala
- Patiëntenfolders
- 6601-Nierkanker (PID): H2 Nierkanker en onderzoeken
Patiënten Informatie Dossier
De nieren
Ieder mens heeft normaal gesproken 2 nieren. Deze zijn onderdeel van de urinewegen. Het zijn boonvormige organen van ongeveer 12 centimeter. De nieren bevinden zich ter hoogte van uw middel. Ze liggen in een beschermend vetkussentje aan de binnenkant van de rug.
Om de nieren zit het nierkapsel. Daarbinnen liggen de nierschors en het niermerg. In het niermerg zitten ongeveer een miljoen kleine filtertjes: de nefronen. Bovenop elke nier ligt een klier: de bijnier. Dit is een apart orgaan, dat hormonen maakt.
Bekijk deze informatiefilm over niercelkanker
Afbeelding 1: Tekening van de urinewegen.
- Nierslagader
- Aorta
- Onderste holle ader
- Nierader
- Nier
- Urineleiders
- Blaas
- Plasbuis
- Bekken
Afbeelding 2: Dwarsdoorsnede van de nier.
a. nierkapsel
b. nierschors
c. niermerg en nefronen
d. nierbekken
e. bloedvaten
f. urineleider
Hoe werken de nieren?
De nieren hebben 3 belangrijke functies:
- het verwijderen van afvalstoffen
- het regelen van de vochtbalans
- het maken van hormonen.
Verwijderen van afvalstoffen
Ons lichaam maakt allerlei afvalstoffen. De nieren filteren de afvalstoffen uit het bloed. De nefronen, miljoenen nierbuisjes in de nier, halen die afvalstoffen uit het bloed. Deze afvalstoffen worden als urine via de urineleiders afgevoerd naar de blaas en zorgen dat deze als urine het lichaam verlaten. Per dag zuiveren de nieren 180 tot 200 liter bloed.
Regelen van de vochtbalans
Het menselijk lichaam bestaat voor 80 procent uit water. De nieren zorgen voor een zo goed mogelijke samenstelling van het vocht in uw lichaam en ze zorgen dat de hoeveelheid vocht in het lichaam gelijk blijft. Zo zorgen de nieren ervoor dat het lichaam goed kan blijven functioneren bij veel en weinig transpireren, bij veel en weinig drinken en bij warm en koud weer.
Maken van hormonen
De nieren en de bijnieren maken hormonen. Deze hormonen zijn belangrijk voor de bloeddruk, het kalkgehalte in de botten en het vormen van rode bloedlichaampjes.
De nieren hebben een grote reservecapaciteit. Als één nier uitvalt, heeft de andere nier genoeg capaciteit om alle functies goed uit te voeren. Met één nier kan een mens prima leven. Klachten ontstaan pas als de ene nier nog maar voor 30% werkt.
Nierkanker
Kanker is een verzamelnaam voor meerdere aandoeningen. Nierkanker is daar één van. Bij nierkanker is er een kwaadaardige tumor (gezwel) in de nier ontstaan. Kanker is een ongecontroleerde deling van lichaamscellen, waardoor omliggend weefsel worden weggedrukt of beschadigd. Soms zorgt nierkanker voor uitzaaiingen oftewel verspreiding van kankercellen naar andere delen van het lichaam.
Er zijn verschillende vormen van nierkanker
De meest voorkomende kanker in de nier is het niercelcarcinoom (carcinoom = kanker). Bij ongeveer 10% van de mensen met kanker in de nier is er sprake van het urotheelcelcarcinoom. Deze kanker onstaat vanuit de binnenbekleding (het slijmvlies) van het nierbekken, de urineleiders of de blaas.
Verschijnselen
Onderstaande verschijnselen kunnen voorkomen bij nierkanker:
- bloed in de urine
- rugpijn of pijn in de zij (nierstreek)
- bloedarmoede
- blijvende koorts
- nachtelijk zweten
- weinig energie
- minder of geen zin in eten
- onverklaarbaar gewichtsverlies
- voelbare zwelling boven in de buik
Mensen met nierkanker hebben in het begin meestal geen klachten. Dat maakt het moeilijk om de ziekte in een vroeg stadium vast te stellen. Een tumor in de nier wordt vaak per toeval ontdekt bij een onderzoek dat met een andere reden wordt gedaan.
Cijfers
- In Nederland krijgen per jaar ongeveer 2.600 mensen de diagnose nierkanker
- Van de mensen met nierkanker is 64% man en 36% vrouw
- Nierkanker komt het meest voor in de leeftijd tussen 60 en 74 jaar
Oorzaak
De belangrijkste risicofactor voor nierkanker is roken. Rokers hebben ongeveer 1,5 keer zoveel risico op nierkanker in vergelijking met niet-rokers. Overgewicht en hoge bloeddruk kunnen ook een rol spelen in het ontstaan van nierkanker. Bij ongeveer 2% van de mensen met nierkanker is er sprake van erfelijke aanleg.
Onderzoeken
Om nierkanker en het stadium van de kanker te kunnen vaststellen zijn verschillende onderzoeken nodig.
Bloedonderzoek
Er zijn geen bloedonderzoeken die nierkanker aantonen. Wel kunnen we in het bloed onderzoeken hoe de nieren functioneren en wat het effect is van de nierkanker op de rest van het lichaam.
Echografie
Met behulp van geluidsgolven worden organen en weefsels zichtbaar gemaakt op een beeldscherm. Zo kunnen wij een eventuele tumor en/of uitzaaiingen zien. Lees de folder over echografie voor meer informatie.
CT nieren
Als er verdenking is op nierkanker laat uw arts een CT-scan maken om meer informatie te krijgen over de grootte van de tumor en om te zien of er uitzaaiingen zijn.
Een CT-scan maakt een nauwkeurige afbeelding door gebruik van röntgenstraling. Bij dit onderzoek ligt u op een smalle tafel en schuift u door een ring. Vanuit die ring worden verschillende foto’s gemaakt, die door een computer worden samengevoegd tot een afbeelding.
Lees de folder over CT nieren voor meer informatie.
Röntgenfoto (X-thorax) of CT thorax
Dit is een röntgenfoto van de borstkas waarmee we kijken of er uitzaaiingen in de longen zijn.
Nierbiopt
Bij twijfel over de diagnose nierkanker of om het type nierkanker te bepalen, kan een biopt genomen worden uit de tumor. Dit gebeurt alleen als het gevolgen voor de behandeling heeft. Lees de folder over CT geleide biopt voor meer informatie.
Diverse stadia van nierkanker
De uroloog bespreekt het stadium van uw ziekte met u. Hiervoor is een indeling in stadia gemaakt. Deze termen hoort u vaak in gesprekken met uw uroloog of verpleegkundige. Hieronder leggen we deze uit.
- T-stadium: Dit geeft aan hoe groot de tumor is en of deze is uitgezaaid.
- Stadium T1: De tumor is kleiner dan 7 cm en beperkt zich tot de nier.
- Stadium T2: De tumor is groter dan 7 cm en beperkt zich tot de nier.
- Stadium T3: De tumor heeft zich uitgebreid in de aderen rondom de nier en/of het omliggende vetweefsel.
- Stadium T4: De tumor heeft zich uitgebreid tot buiten het vlies dat rondom de nier ligt (fascie van Gerota) of tot in de bijnier.
- Stadium N+: Tumorcellen hebben zich verspreid naar omliggende lymfklieren
- Stadium M+: Tumorcellen hebben zich verspreid naar lymfklieren elders in het lichaam, andere organen of naar de botten.
Verschillende stadia nierkanker (bron: www.alleroverurologie.nl)